Partij voor de Vrijheid (PVV)
AO Medezeggenschap pensioengerechtigden - Inbreng
woensdag 02 september 2009
Hieronder de inbreng van Teun van Dijck tijdens het AO Medezeggenschap
pensioengerechtigden in pensioenfondsbesturen d.d. 2 september 2009.
Eindelijk medezeggenschap pensioengerechtigden!
Uit de SER evaluatie blijkt dat de medezeggenschap van
gepensioneerden de afgelopen jaren veder is gestegen. Toch voldoet
ongeveer 30% van de fondsen nog niet aan het convenant en zijn 70%
van de pensioengerechtigden niet vertegenwoordigd in de
fondsbesturen.
Het medezeggenschapsconvenant was bedoeld om de medezeggenschap van
pensioengerechtigden te verbeteren o.b.v. zelfregulering. We zien
nu dat pensioengerechtigden nog te veel aan de zijlijn staan als
het gaat om inspraak bij pensioenfondsen.
De indieners zijn van mening dat pensioengerechtigden een
volwaardige plaats verdienen in het pensioenfondsbestuur. De
Partij voor de Vrijheid is het hier mee eens.
Pensioengerechtigden vormen één van de laatste grote groepen
mensen, in de samenleving, over wie veel wordt gesproken, maar die
geen zeggenschap hebben en niet mogen mee beslissen over datgene
waar ze zich voor sterk gemaakt hebben. Het gaat over hen, maar
niet mét hen!
Deze groep verdient een volwaardige plaats in het pensioenbestuur,
net als de werknemers en werkgevers. De timing voor dit initiatief
is dan ook perfect, mede gelet op de crisis waarin vele
pensioenfondsen zich bevinden.
Deze initiatiefwet regelt onder meer de de zetelverdeling naar rato
van het aantal deelnemers. De PVV vraagt zich af of hier mede in
het licht van de aankomende vergrijzing van fondsen geen maximum
aan toegekend moet worden, zodat de medezeggenschapsverhoudingen in
balans blijven. Gaarne een reactie.
Uit de evaluatie blijkt dat 80% van de OPF-en reeds heeft gekozen
voor bestuursdeelname van de pensioengerechtigden, terwijl 1 op de
5 ook nog een deelnemersraad heeft waarin pensioengerechtigden
deelnemen.
De PVV vraagt zich af of deelname in zowel pensioenbestuur als
deelnemersraad niet dubbel op is. Waarom hebben de initiatiefnemers
niet gekozen voor afschaffing van de deelnemersraad, dit met 't oog
op de dubbele medezeggenschap en de efficiency en effectiviteit van
de besluitvorming.
Bij een Opf was het of-of : of een deelnemersraad of
bestuursdeelname. Met dit wetsvoorstel wordt het en/en. Is deze
extra bestuurslaag niet overdreven. Gaarne een toelichting!
Ook de STAR heeft het ook over een onnodige verzwaring van de
governance-last, daar gepensioneerden reeds zitting hebben in de
deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan.
Uit de evaluatie blijkt ook dat pensioenfondsen problemen hebben
met de bemensing, deskundigheid en de kosten. Hoe worden deze
knelpunten ondervangen door dit wetsvoorstel?
Ook hoor ik uit 't veld (STAR/VB/OPF/ANBO) dan men afwijzend staat
tegenover dit wetsvoorstel. Men wil liever de
vereenvoudigingvoorstellen van minister Donner afwachten alvorens
voor de aanpassing te kiezen. In oktober komt het kabinet met een
notitie over stroomlijning van de governance bij pensioenfondsen.
Waarom wordt hier niet op gewacht en hoe zit het met het draagvlak
voor dit wetsvoorstel?
Ook vrezen de koepels voor een gliding scale qua inspraak. Nu nemen
de pensioengerechtigden zitting, straks willen de slapers ook en
dan de jongeren, vrouwen etc.
Hoe kunnen de initiatiefnemers deze angst wegnemen?
De STAR is ook bang dat bij meer medezeggenschap van
pensioengerechtigden de deelbelangen gaan overheersen in de
fondsbesturen. Terwijl juist hier het collectieve belang moeten
gelden. Teveel medezeggenschap ondermijnt de kwaliteit van het
fondsbestuur, aldus de STAR. Kunnen de initiatiefnemers hierop
ingaan.
Tenslotte vraagt de PVV zich af in hoeverre de belangen van
pensioengerechtigden niet reeds worden behartigd in de
fondsbesturen door de sociale partners (lees: vakbonden).
Vakbonden vertegenwoordigen tenslotte de belangen van zowel
werknemers als gepensioneerden (22 % van de leden is 65+). In
hoeverre bestaat hier kans op overlap oftewel dubbele
vertegenwoordiging. Kunnen vakbonden ook pensioengerechtigden
afvaardigen in het pensioenbestuur?