tijd in bij minister LNV
Provincie dient advies en concept beheerplannen op tijd in bij
minister LNV
2 september 2009
De provincie heeft haar advies en de concept beheerplannen voor de
afgesproken datum van 1 september ingeleverd bij de minister van LNV.
Gedeputeerde Douwe Hollenga: "Wij zijn tevreden dat de plannen weinig
tot geen beperkingen zullen opleveren voor bestaand gebruik en
activiteiten in beide gebieden. De natuurdoelen die de minister heeft
gesteld voor het Zuidlaardermeergebied en Lieftinghsbroek achten we
haalbaar op termijn". Daarvoor moeten wel de nodige maatregelen worden
uitgevoerd, vooral op nationaal niveau. Inzet van het rijk is ook
nodig bij de uitvoering en voor de financiering van de beheerplannen.
Het beheerplan voor het Zuidlaardermeergebied is voor gebruikers en
beheerders met name belangrijk vanwege de toetsing van huidige
activiteiten. Bij Lieftinghsbroek is vooral de stikstofproblematiek
van belang. Samen met inwoners en gebruikers zijn maatregelen bedacht
om een goede leefomgeving voor de bijzondere natuurwaarden te creëren.
Zuidlaardermeer
De bijzondere vogels en vis die beschermd worden zijn de roerdomp,
porseleinhoen, rietzanger, kolgans, smient, kleine zwaan en grote
modderkruiper. Maatregelen die worden voorgesteld zijn: aanpassen
beheer en herinrichten rietkragen en rietmoerassen, instellen
natuurlijk waterpeil en uitbreiden ganzenfoerageergebieden.
Voorgesteld wordt om de grenzen van het Natura
2000-Zuidlaardermeergebied enigszins aan te passen, nl. om enkele
bestaande natuurpercelen toe te voegen en een landbouwperceel erbuiten
te laten. Belangrijk voor de gebruikers is ook het voorstel om een
storingsvrije zone bij de rietoevers in te stellen bij activiteiten
als schaatsen en varen. De provincie wil samen met inwoners en
organisaties hiervoor goede praktische oplossingen bedenken.
Lieftinghsbroek
In Lieftinghsbroek worden 3 waardevolle (ouder dan 100 jaar)
bossoorten en het aanwezige, steeds zeldzamer wordende, blauwgrasland
beschermd. Voor het behoud van deze bijzondere waarden op de lange
termijn moet de uitstoot van stikstof drastisch worden verminderd.
Omdat lokale bedrijven daar maar weinig (10%) aan bijdragen, zijn
vooral landelijke maatregelen nodig in de veehouderij, vervoer en
industrie. Bestaande bedrijven hebben geen (nieuwe) vergunning nodig.
Douwe Hollenga: "Ik ben tevreden dat er ook ruimte is voor de
ontwikkeling van bestaande melkveehouderijen rond Lieftinghsbroek en
deze bedrijven niet op slot worden gezet. Ik zal mij hier ook hard
voor maken bij de minister". In overleg met lokale bedrijven zal nog
nader worden bekeken of en welke maatregelen mogelijk zijn en of en
hoe deze te financieren zijn. De verdroging kan waarschijnlijk worden
opgelost door maatregelen in de waterhuishouding.
2 september 2009
Provincie Groningen