Ingezonden persbericht


Rotterdam, 28 augustus 2009.

Havens verontwaardigd over uitspraak in Optas-kwestie

Werknemers en werkgevers in de havens van Rotterdam, Amsterdam en Zeeland zijn verontwaardigd over de uitspraak van de Haagse rechtbank in hun strijd tegen de Stichting Optas, de voormalige beheerder van het gelijknamige havenpensioenfonds. Zij hadden voor de rechtbank het ontslag van de vijf bestuursleden van Optas geëist, maar dat verzoek is door de rechtbank niet gehonoreerd.

Naar de mening van de havenwerkgevers en -werknemers, verenigd in de Stichting Belangenbehartiging Pensioengerechtigden van de Vervoer- en Havenbedrijven (Stichting BPVH), heeft de Haagse rechtbank met haar vonnis onterecht de handelwijze van Optas-bestuur gesanctioneerd. Een handelwijze, waarbij het vermogen verkregen uit de verkoop van de aandelen van Optas aan Aegon uit de haven -waar het is opgebouwd- wordt weggesluisd en kan worden besteed naar goed dunken van het Optas bestuur. De rechtbank gaat daarbij volledig voorbij aan de argumentatie van Stichting BPVH.

Volgens Stichting BPVH hebben de Optas-bestuursleden onrechtmatig én in strijd met de statuten gehandeld. Ook beschuldigen zij Optas van wanbeheer. De stichting Optas beheert een bedrag van 1,5 miljard; de opbrengst van de verkoop van het havenpensioenfonds aan verzekeraar Aegon. Door het, volgens de havenwerkgevers en -werknemers, stiekem wijzigen van statuten kan nu geld, dat is bestemd voor havenpensioenen, voor andere doelen worden aangewend.

Aan het handelen van de bestuursleden van Stichting Optas worden door de Haagse rechtbank geen kritische beschouwingen gewijd. Eerder deze maand heeft de Ondernemingskamer van het Hof in Amsterdam dat wél gedaan. In een, door Stichting BPVH, aangespannen
jaarrekeningprocedure tegen Aegon oordeelde zij dat de opstelling van het bestuur van de Stichting Optas haar `bepaaldelijk als geenszins vanzelfsprekend' voorkomt en ook dat bij voorbaat geenszins kan worden uitgesloten dat Stichting Optas de opbrengst van de verkoop van het pensioenfonds (groten)deels moet aanwenden voor havenpensioenen.

2

De jaarrekeningprocedure was aangespannen, omdat de havenpartijen van mening zijn dat Aegon haar resultaat te hoog voorstelt. In de jaarrekening wordt namelijk niet vermeld dat het beklemd vermogen dat Aegon beheert niet ter beschikking staat aan de aandeelhouders, maar bestemd is voor havenpensioenen.

Vorig jaar al was de rechtbank van Rotterdam, na het houden van een voorlopig getuigen verhoor in deze kwestie, van mening dat de verkoopopbrengst terug moet in het havendomein.

Aegon weigert met de havensector te praten over het beleid met betrekking tot het zogenaamde `beklemd vermogen'. De stichting Optas op haar beurt wil de opbrengst van de verkoop naar eigen goed dunken besteden.

Stichting BPVH bestudeert de mogelijkheden in beide zaken om in hoger beroep en/of cassatie te gaan. Ook andere (rechts)maatregelen worden niet uitgesloten.


* * * einde persbericht * * *

Noot voor de redactie,