4. Voortgangsrapportage project commissies verplichte GGz
Voortgangsrapportage project commissies verplichte GGz
Kamerstuk, 24 augustus 2009
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
24 augustus 2009
CZ/CGG-2946003
Geachte voorzitter,
Hierbij informeer ik u, mede namens de Minister van Justitie, over de
voortgang van het project Commissies Verplichte Geestelijke
Gezondheidszorg (GGz). De commissies hebben een centrale rol in de
nieuwe wettelijke regeling ter vervanging van de Wet bijzondere
opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet bopz).
Het project is opgezet om meer duidelijkheid te krijgen over de
vormgeving en de omvang van het takenpakket van de multidisciplinaire
adviescommissies. Daartoe zijn in de afgelopen periode in de
arrondissementsregio's Groningen, Amsterdam, Rotterdam en Utrecht
experimentele commissies tot stand gebracht.
In mijn brief van 17 februari 2009 (Kamerstukken II 2008/09, 25 763,
nr. 21) heb ik u voor mei 2009 de advisering aangekondigd van de
stuurgroep die het project begeleidt. In bijgaande
voortgangsrapportage licht de voorzitter van de stuurgroep toe dat
deze planning niet haalbaar bleek. Het eindadvies van het project zal
de stuurgroep uitbrengen in december 2009. Echter ook met de
bijgestelde planning zullen de resultaten van het project beschikbaar
zijn voor de parlementaire behandeling van het voorstel voor de Wet
Verplichte GGz in de Tweede Kamer.
De voortgangsrapportage geeft aan dat het project tot en met juni 2009
onder andere de volgende resultaten heeft geboekt:
* Over de status en rol van de commisie-adviezen heeft het project
werkafspraken gemaakt met Bopz-rechters en officieren van justitie
in de vier pilotregio's. Dat was nodig omdat de experimentele
commissies onder de huidige wetgeving (Wet bopz) werken. De
adviezen van de commissies in de pilotregio's dienen bij
machtigingsverzoeken niet te worden betrokken op rechterlijke
besluiten op grond van de Wet bopz.
* Overleg met het College bescherming persoonsgegevens leverde op
dat een ontheffingsverzoek voor dit project niet strikt
noodzakelijk is. De pilotcommissies kunnen beschikken over
dossiers van patiënten als het 'informed consent' goed is
geregeld.
* Het project ontwikkelde een 'Procesbeschrijving werkwijze
pilotcommisses', een privacy-reglement en een
toestemmingsformulier, waarmee de patiënt kan aangeven dat hij of
zij akkoord gaat met deelname aan de werkzaamheden van de
pilotcommissie Verplichte GGz.
* In de periode maart - juni 2009 zijn 25 patiënten op vrijwillige
basis voor de experimentele commissies verschenen. De inzet van
het project is er op gericht om voor half oktober in totaal 60
casussen gerealiseerd te hebben.
Opvallend was dat alle commissies meestal van patiënten na afloop
te horen kregen dat zij zich tijdens de hoorzitting serieus
genomen voelden, al waren zij het uiteraard niet altijd eens met
de voorgestelde gedwongen zorg. Ook de eerste indrukken over de
meerwaarde van multidisciplinair overleg in de commissies zijn
positief.
* Een onafhankelijk onderzoeksbureau heeft voorafgaand aan de start
van de experimentele commissies een analysekader opgesteld ten
behoeve van de evaluatie van het project. Dit maakt het mogelijk
om de huidige en toekomstige besluitvorming over onvrijwillige
zorg te analyseren op de volgende onderwerpen:
o Het proces van besluitvorming;
o De rolverdeling;
o De informatie en de wijze waarop de informatie door de rechter
wordt mee genomen in de uitspraak;
o De administratieve lasten en kosten.
Op dit moment zijn nog te weinig onderzoeksgegevens beschikbaar om
uitspraken te doen over de resultaten van de pilotcommissies
Verplichte GGz. Echter in de pilotregio's blijkt dat bij hen die
direct betrokken zijn geweest bij de hoorzittingen en bij de
totstandkoming van de commissieadviezen de aanvankelijke scepsis is
vervangen door toenemend enthousiasme over de experimentele
multidisciplinaire adviescommissies.
Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport