Leefbaar Rotterdam


woensdag, augustus 19, 2009

verklaringen tegen uithuwelijking

Rotterdam, 19 augustus 2009

Betreft: schriftelijke vragen ter schriftelijke beantwoording Onderwerp: verklaringen tegen uithuwelijking

Geacht College,

Rotterdam zou deze zomer starten met een pilot om uithuwelijking in het land van herkomst te moeten voorkomen. Er is gestart met voorlichting, maar tot mijn teleurstelling is er van een verklaring, waarin de jongeren aangeven zich tegen gedwongen huwelijken te verzetten, nog geen sprake.

Uit uw brief van 15 mei 2009 blijkt dat het Ministerie van Justitie de juridische grondslag voor toepassing van dergelijke contracten door een extern bureau heeft laten toetsen. De resultaten hiervan leveren echter vooralsnog onvoldoende handreikingen op om de aanpak op lokaal niveau vorm te geven.

De aanpak van gedwongen huwelijken is voor veel betrokken professionals nog een relatief onbekend terrein. De onderzoeken concluderen dat er nauwelijks zicht is op omvang en verschijningsvormen van gedwongen huwelijken in Nederland. Bij het Openbaar Ministerie zijn geen gedwongen huwelijkzaken bekend of geregistreerd. Bij de politie en het OM ontbreekt deskundigheid rond gedwongen huwelijken. Het ontbreekt aan concrete handvatten voor politie en Openbaar Ministerie om strafrechtelijke actie te ondernemen, aldus de nadere toelichting in de brief.

Wij zien niet in dat het gebrek aan kennis en statistieken van de omvang en de verschijningsvormen van gedwongen huwelijken bij professionals, de politie en het Openbaar Ministerie, reden is om de meisjes aan hun lot over te laten. Tenzij u er aan twijfelt of uithuwelijking wel voorkomt. Iets waar prominente PvdA-ers als Van Heemst en Arib toch van overtuigd lijken. Of is dat zoals gewoonlijk weer veel geluid, maar weinig resultaat? Ik heb daarom de volgende vragen.


1. Hoe kan het toch dat we helemaal geen cijfers hebben over dit alom bekende fenomeen van om culturele, religieuze en economische redenen gearrangeerde huwelijken (kijk bijvoorbeeld ook naar huwelijken tussen allochtone neven en nichten en de gevolgen daarvan), terwijl er in ons land door zoveel neutrale wetenschappers en onderzoeksbureaus toch zoveel onderzocht wordt?

2. Twijfelt u er aan of uithuwelijking van Nederlandse allochtone meisjes voorkomt?

- Zo ja, waarom maakt u zich dan zo druk met allerlei preventief, makkelijk en duur beleid als voorlichting en training?
- Zo nee, waarom heeft u niet voor de meisjes die het willen en durven, de mogelijkheid geopend om in ieder geval het signaal af te geven dat ze na de vakantie graag terug willen komen?


3. Waarom is het ontbreken van een concreet handvat voor politie en OM een reden om de meisjes die het betreft de mogelijkheid te ontnemen dat zij een signaal af kunnen geven dat ze terug naar Nederland willen?

Wij denken dat het weer een voorbeeld is van gebrek aan lef. Met een verklaring of zelfs een aantal verklaringen van meisjes en vrouwen die hier op school zitten of aan het werk zijn en van tevoren hebben aangegeven dat ze echt terug naar Nederland willen na hun vakantie, staat u volgen ons sterk genoeg. U kunt hiermee politieke en diplomatieke druk uitoefenen, maar ook de politie zou bijvoorbeeld toch kunnen besluiten internationale opsporing in gang te zetten als u aangifte gaat doen met de verklaringen in uw hand.


4. Welke juridische redenen heeft u gehad om deze verklaring toch niet in te voeren?


5. Waarom is zon verklaring, naast een publicitair drukmiddel, niet ook te zien als bewijsmateriaal als u zelf als stadsbestuurder aangifte zou doen bij de politie?


6. Waarom komt uw handelwijze weer als zelfverklaarde onmacht over?

Wat Leefbaar Rotterdam betreft kan wel gestart worden met de verklaringen tegen uithuwelijking. Het is weer jammer voor de meisjes die op dit moment niet terug mogen, maar beter laat dan niet. De juridische grondslag mag dan op dit moment nog ontbreken, maar een verklaring opstellen heeft volgens ons helemaal geen juridische grondslag nodig. Die verklaring op zich heeft al zeggenschap genoeg. Het instellen van het instrument geeft een duidelijk signaal af en kan ons wellicht wel de inzichten geven, die nu nog bij professionals op het ministerie ontbreken. Ik wil u daarom de volgende vragen stellen.


7. Wilt u alsnog beginnen met de verklaringen tegen uithuwelijking?


8. Waarom zou het instellen van deze maatregel geen duidelijk signaal uitzenden en nieuwe inzichten geven in deze problematiek? En waarom heeft u hem dan toch niet ingevoerd?


9. Bent u met mij van mening dat dit instrument ook een grote bijdrage levert aan uw belangrijke doel; normstelling?


10. Wanneer denkt u wel te kunnen starten met de verklaringen tegen uithuwelijking en waarom?


11. Heeft de samenwerking met de Ministeries van VROM en Justitie niet juist een remmende werking gehad op een snelle uitvoering van de aanpak in Rotterdam?

U heeft daarnaast in uw brief aangegeven een aantal maatregelen al wel te nemen.


12. Wat is de status van de invoering van deze maatregelen en wat is er tot op heden uitgekomen?

Met vriendelijke groet,

Marco Pastors
Leefbaar Rotterdam