European Union



| | | |

|RAAD VAN                 |                                       |NL         |
|DE EUROPESE UNIE         |                                       |           |
|Brussel, 12 augustus 2009                                           |
|12642/1/09 REV 1 (Presse 247)                                       |
|P 98/09                                                             |
|(OR. en)                                                            |
|PERSMEDEDELING                                                      |
|Betreft: Verklaring over de moord op de Tsjetsjeense                |
|mensenrechtenverdedigster Zarema Sadulayeva en haar echtgenoot Alik |
|Dzhabrailov                                                         |
|Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over de  |
|moord op de Tsjetsjeense mensenrechtenverdedigster Zarema Sadulayeva|
|en haar echtgenoot Alik Dzhabrailov                                 |
De EU veroordeelt de moord op mensenrechtenverdedigster Zarema Sadulayeva en haar echtgenoot Alik Dzhabrailov in Tsjetsjenië op 10 augustus en betuigt haar solidariteit met de families van de slachtoffers. Dit feit volgt op een reeks moorden op mensenrechtenverdedigers in Rusland, waaronder de moord op Anna Politkovskaya in 2006, Stanislav Markelov in januari 2009 en Nataliya Estemirova op 15 juli 2009.

Het is belangrijk dat onverwijld een open en grondig onderzoek wordt ingesteld naar de recentste moorden. De daders moeten voor de rechter worden gebracht. De EU zal het verloop van dit onderzoek en van de andere lopende onderzoeken naar moorden op mensenrechtenverdedigers van nabij volgen.

De recentste moorden tonen nog maar eens aan met welke gevaren mensenrechtenverdedigers geconfronteerd worden. De EU dringt er bij de Russische autoriteiten op aan alles in het werk te stellen om mensenrechtenverdedigers te beschermen, zoals is bepaald in de VN- Verklaring betreffende het recht en de verantwoordelijkheid van personen, groeperingen en maatschappelijke instanties voor de bevordering en bescherming van universeel erkende mensenrechten en fundamentele vrijheden.

De kandidaat-lidstaten Turkije, Kroatië* en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië*, en de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, alsmede Oekraïne en Georgië, sluiten zich bij deze verklaring aan.


* Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.