ChristenUnie


Van Middelkoop: Breekbare vooruitgang in Uruzgan

Van Middelkoop: Breekbare vooruitgang in Uruzgan

dinsdag 18 augustus 2009 11:00 Donderdag worden in Afghanistan presidentsverkiezingen gehouden. Het gaat goed in Uruzgan, schrijft de minister van Defensie in het Nederlands Dagblad. Maar de vooruitgang ,,fragiel'' en de situatie is ,,niet onomkeerbaar''. Drie jaar na aanvang van onze missie in Uruzgan zien we duidelijk tekenen van vooruitgang. Dat kan niemand ontkennen. Onze militairen ondervinden de zware uitdagingen nog steeds aan den lijve, maar er is reden voor optimisme.

Sinds 2006 is het deel van de provincie waar de Afghaanse overheid het voor het zeggen heeft substantieel gegroeid. Dat is overigens ook een verdienste van onze belangrijkste partners, de Australiërs, en natuurlijk van de Afghaanse veiligheidseenheden, die versterkt zijn. Deze eenheden, in 2006 slechts een handjevol en slecht getraind, zijn gigantisch gegroeid. Er zijn nu meer dan tweeduizend Afghaanse militairen (ANA) en dertienhonderd agenten (ANP) in Uruzgan. Gesteund door de zogeheten Operational Mentoring & Liaison Teams and Police Mentoring Teams, verbeteren de Afghaanse veiligheidseenheden hun technieken en zijn ze steeds meer in staat zelfstandig op te treden. Nu al zijn ze betrokken bij negentig procent van alle operaties. Hierdoor stijgt de acceptatie van het optreden en neemt de geloofwaardigheid van de Afghaanse autoriteiten toe.

Vrouwen
Er is veel bereikt op het gebied van ontwikkeling. Het aantal scholen is verdubbeld en meer meisjes krijgen een opleiding. Meer leerkrachten, zowel vrouwen als mannen, zijn in Uruzgan aan de slag gegaan. Er is twee keer zoveel medisch personeel in de provincie beschikbaar en het aantal klinieken is verdubbeld. Ook in afgelegen gebieden is nu medische zorg. Zorg voor vrouwen is verbeterd en er zijn vrouwelijke gezondheidsmedewerkers opgeleid. Kindersterfte is sterk afgenomen en veel inwoners van Uruzgan, juist ook vrouwen, zijn gezonder.

Internationale hulpprogramma's waarbij zaden en fruitbomen worden uitgedeeld, zijn positief ontvangen. Dat geldt ook voor de verbouw van safraan, dat als alternatief voor de drugsteelt wordt aangeboden. De bouw van bruggen en wegen hebben dorpen ontsloten en daarmee vooruitgang en kansen gebracht aan tal van mensen die hun gewassen nu naar de markt kunnen brengen. Momenteel werken meer dan vijftig organisaties aan al deze projecten in Uruzgan. Toen we begonnen waren er maar vijf.

Wij hebben ons provinciale reconstructieteam daardoor veel eerder dan gepland onder civiele leiding kunnen brengen. We verwachten snel verdere groei, nu de Verenigde Naties (UNAMA) in mei een kantoor in Tarin Kowt hebben geopend. UNAMA kan betere coördinatie bieden aan een waaier van projecten, waardoor er nog meer non-gouvernementele organisaties naar Uruzgan komen. Dit zijn belangrijke stappen in een uiterst conservatieve provincie.

Afghaanse oplossing
De resultaten die we hebben bereikt hebben ons een belangrijke les geleerd. Uruzgan heeft behoefte aan Afghaanse oplossingen, die herkenbaar zijn voor de Afghaanse bevolking. Mogelijk betekent dit dat de vooruitgang niet zo snel gaat als wij westerlingen wensen of dat het operationele tempo niet alleen wordt bepaald door de veiligheid, maar ook door de aanwezige Afghaanse overheidsinstellingen en veiligheidseenheden.

We zijn ons ervan bewust dat we politiekader, militairen, ambtenaren en lokale autoriteiten alleen door gedegen training en begeleiding tot betrouwbare partners van de bevolking kunnen maken. Ons doel is de verantwoordelijkheid voor de veiligheid in de dichtstbevolkte gebieden al in het voorjaar van 2010 aan de Afghaanse autoriteiten over te dragen. We willen er zeker van zijn dat leger en politie dan daadwerkelijk effectieve controle over deze gebieden uit kunnen voeren. Alles overziend is er dus reden voor optimisme. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat we op onze lauweren kunnen rusten. De vooruitgang is fragiel en nog niet onomkeerbaar. De veiligheidssituatie blijft een uitdaging.

De stabiliteit wordt bedreigd door de vele bermbommen die worden ingezet tegen de Afghaanse bevolking, autoriteiten en coalitiepartners. Het maakt de operationele inzet lastig en gevaarlijk.

Na 2010 eindigt onze inzet als leidende natie in Uruzgan. Dat betekent niet dat we Afghanistan en de Afghaanse bevolking de rug toe keren, integendeel.

Militaire middelen
Nederland blijft een NAVO-partner die zijn verantwoordelijkheden kent en neemt, maar wel binnen de grenzen van de mogelijkheden. Of dat met militaire of civiele middelen gebeurt, valt nog te bezien. Maar nu richten we ons op het cruciale jaar dat voor ons ligt. In dat jaar zullen we een aantal beslissende stappen voorwaarts maken en zullen we de fundering versterken waarop de Afghaanse autoriteiten straks hun eigen verantwoordelijkheden kunnen bouwen.

(Nederlands Dagblad, 18 augustus 2009 - foto: Defensie)