Toezicht op provincies en gemeenten: minder en beter
Minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wil het toezicht op provincies en gemeenten verminderen en verbeteren. Tientallen wettelijke bepalingen voor specifiek bestuurlijk toezicht, bijvoorbeeld op het gebied van ruimtelijke ordening en milieubeheer, worden gesaneerd. Het toezicht wordt vereenvoudigd tot twee effectieve instrumenten. Dat is de strekking van het wetsvoorstel Revitaliseren Generiek Toezicht, waarover nu een consultatieronde is gestart. Ter Horst heeft het wetsvoorstel toegestuurd aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Interprovinciaal Overleg (IPO) om hun visie op het wetsvoorstel te vernemen. Na de consultatieronde wordt het voorstel dit najaar in de ministerraad besproken.
In de bestuursakkoorden die het rijk met gemeenten (2007) en provincies (2008) heeft gesloten, zijn afspraken gemaakt over het terugdringen van het toezicht tussen overheden onderling. Het kabinet gaat uit van vertrouwen in de eigen verantwoordelijkheid van de decentrale overheden en de democratische controle die daar plaatsvindt.
Het wetsvoorstel Revitaliseren Generiek Toezicht dankt zijn naam aan twee generieke bepalingen in de Provinciewet en Gemeentewet die nieuw leven worden ingeblazen. Het gaat om de instrumenten 'spontane vernietiging' en 'in de plaats stellen'. Door spontane vernietiging kunnen beslissingen van decentrale bestuursorganen ongedaan worden gemaakt. Van in de plaats stellen is bijvoorbeeld sprake als een provincie, wanneer een gemeente een taak verwaarloost, in de plaats van die gemeente een besluit neemt, een handeling verricht of een resultaat tot stand brengt.
Noot voor redacties (