ChristenUnie
Bijdrage Esmé Wiegman aan het AO Zorgverzekeringswet
donderdag 02 juli 2009 15:00
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie): Voorzitter.
Mijn excuses dat ik wat later ben. Ik stond helaas in de enige file in
Nederland. Ik begin met de compensatie van het verplicht eigen risico.
Wij zijn ontevreden over de vooruitgang die is geboekt om tot een
beter inzicht te komen wie voor compensatie van het eigen risico in
aanmerking komt. De huidige afbakening volstaat niet, want de groep
met hoge zorgkosten is veel groter. Bij de bepaling van de doelgroep
zou ook naar de hoogte van het zorggebruik moeten worden gekeken en
naar het gebruik van hulpmiddelen. Ook de gekozen afbakening op grond
van medicijngebruik is ontoereikend. Er is een aanzienlijke groep
mensen met beperkingen en aandoeningen die er buiten valt,
bijvoorbeeld mensen met een hoog cholesterolgehalte, stofwisselings-,
bloed- of huidziekten en zeldzame aandoeningen. Minister Klink zegt in
zijn brief dat een andere afbakening van de doelgroep niet uitvoerbaar
is. Hier heeft de ChristenUniefractie geen vrede mee. En als een
betere afbakening pas mogelijk is in 2009 of 2010, dan dienen deze
groepen de compensatie met terugwerkende kracht te krijgen. Er moeten
voldoende gegevens aanwezig zijn bij de zorgverzekeraar. De gegevens
zijn beschikbaar voor de jaren 2006 en 2007. Zij worden door de
toezichthoudende autoriteit beoordeeld. Bovendien is in 2008 op basis
van gegevens over de feitelijke zorgconsumptie het verplicht eigen
risico door de verzekeraar met zijn verzekerde verrekend. De gegevens
zijn er dus. Deze gegevens kunnen door de minister aan de
zorgverzekeraars worden gevraagd. Mocht het dit jaar niet tijdig
kunnen, dan moet het in ieder geval later mogelijk zijn. Zonder deze
gegevens zou de mogelijkheid die de minister wil bieden aan
verzekeraars om te differentiëren met het verplichte eigen risico
onuitvoerbaar zijn. Dan kom ik op het pgb in de zorgverzekeringswet.
Wij zijn ook hier ontevreden over de resultaten, maar vooral ook over
de conclusies die aan de resultaten worden verbonden. De omschrijving
die Per Saldo geeft van het «experimenteren met de hakken in het zand»
lijkt me juist. Dat is jammer. Het is ook een gemiste kans voor de
zorgverzekeraars die graag voor zichzelf in de toekomst een grotere
rol zien weggelegd rondom vraaggestuurde zorg. Het is goed dat er
nieuwe gesprekken worden gevoerd over hoe er wel invulling aan een pgb
in de Zorgverzekeringswet kan worden gegeven, maar van echte stilstand
kan nu geen sprake zijn. Dat betekent namelijk achteruitgang en grote
problemen voor mensen omdat specialistische zorg is overgeheveld. Mijn
oproep is: zorg dat deze mensen hun specialistische zorg kunnen
blijven organiseren. Ik denk dan ook in het bijzonder aan de
kinderhospices en de medisch kinderdagverblijven. De staatssecretaris
heeft hierover juist nog een brief naar de Kamer gestuurd en
aangegeven dat deze zorg gezien de aanspraken en het medische karakter
beter thuishoort in de Zorgverzekeringswet dan in de AWBZ, maar dat de
AWBZ weer meer mogelijkheden biedt voor keuzevrijheid. Dit zou een
prima kans bieden om invulling te geven aan het pgb in de
Zorgverzekeringswet. Dan kom ik op de functionele bekostiging. Uit
antwoorden op schriftelijke vragen blijkt dat de minister mogelijke
risico's en beperkingen van functionele bekostiging herkent. Is er wel
voldoende basis om met succes van start te gaan? Wat de
ChristenUnie-fractie betreft, kan dat enkel binnen de volgende
voorwaarden: ketenzorg binnen een integrale setting en optimale
samenwerking tussen de eerste en tweede lijn. Ik had het onderwerp
preconceptiezorg in het pakketadvies verwacht, na het advies van de
Gezondheidsraad en wat we daarover in een commissievergadering hebben
gewisseld. Wat de ChristenUnie-fractie betreft gaan we per 1 januari
2010 al van start met het programma Stoppen met roken.
Tags
Bijdragen
Esmé Wiegman