Ingezonden persbericht
Economisch adviseur kabinet zeer kritisch op deeltijd-WW
Amsterdam, 5 augustus 2009 - 'Het geld komt waarschijnlijk niet terecht waar het zou moeten.' Dat zegt Daniël van Vuuren, hoofd van de afdeling Sociale Zekerheid van het Centraal Planbureau (CPB), deze week in Elsevier over de deeltijd-WW.
De deeltijd-WW werd in december 2008 ingevoerd om bedrijven in nood de mogelijkheid te geven personeel voor een deel van de werktijd in de WW te stoppen. Hoewel de regeling zeer tijdelijk was bedoeld, bestaat die nog steeds. De deeltijd-WW gaat burgers de komende jaren ten minste 1,2 miljard euro kosten.
Het CBP maakte een kritische analyse van de regeling. Als de recessie kort duurt (één à anderhalf jaar), zal blijken dat veel bedrijven de steun niet nodig hadden. Dan is er veel oneigenlijk gebruik en is de regeling duur. Duurt de recessie langer, dan betekent de regeling voor veel bedrijven slechts uitstel van executie. 'Ik heb in de notitie geen oordeel geveld, maar u leest er terecht in dat ik niet enthousiast ben,' zegt Van Vuuren.
Volgens hem gaat het om 'een enorme subsidie aan de bedrijven die er gebruik van maken'. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen gezonde en ongezonde bedrijven, tussen vakkrachten en gewoon personeel. Van Vuuren: 'Het geld komt waarschijnlijk niet terecht waar het zou moeten.'
Bovendien, concludeert de topfunctionaris van het Planbureau, heeft de deeltijd-WW 'een opdrijvend effect op de lonen'. En dat is precies het tegenovergestelde van wat bedrijven nu zou helpen: betaalbaar personeel.
Van Vuuren: 'Het allerbelangrijkste in een recessie is mensen omscholen voor een nieuwe baan.' Minister Piet Hein Donner van Sociale Zaken, die de deeltijd-WW invoerde, heeft echter onlangs besloten te bezuinigen op scholing van werklozen.