Inspecties kritisch op verlofbeleid jongeren met PIJ-maatregel
Persbericht | 03-08-2009
Het verlof dat jongeren met een PIJ-maatregel tijdens hun detentie
krijgen toegekend, moet beter bijdragen aan hun terugkeer in de
samenleving. Dat schrijven de Inspectie voor de Sanctietoepassing en
de Inspectie jeugdzorg in het onderzoek `uitvoering verlofbeleid
justitiële jeugdinrichtingen', dat op verzoek van het ministerie van
Justitie is uitgevoerd. Het onderzoek is vandaag naar de Tweede Kamer
gestuurd.
De onderzoekers concluderen dat de 11 jeugdinrichtingen weliswaar
voldoende aandacht besteden aan de inschatting en beheersing van de
risico's die gemoeid zijn met het verlenen van verlof, maar dat er
structurele knelpunten optreden bij voorbereiding op de terugkeer in
de samenleving. Zo zijn veel jongeren geplaatst in een jeugdinrichting
buiten de regio waarin ze na afloop van de detentie terugkeren. Ook
slagen niet alle inrichtingen erin om op systematische wijze bij te
dragen aan onderhoud, opbouw en versterking van het sociaal netwerk
van de jongere in de omgeving waarin hij terugkeert.
De inspecties vinden dat de inrichtingen de jongere zelf en
instellingen (werkgevers, scholen, reclassering, hulpverleners, etc)
nog onvoldoende betrekken bij voorbereiding, uitvoering en evaluatie
van de verlofsituaties. Daar is volgens de inspecties ook onvoldoende
over nagedacht bij de inrichtingen. Zij moeten beter vastleggen welke
doelstellingen met het verlof worden nagestreefd, en bij het verlof de
betrokkene daar beter over informeren. Sommige inrichtingen hebben nog
geen beleid hoe ze ouders bij het verlof kunnen betrekken en
ondersteunen, en laten de invulling daarvan over aan de individuele
functionarissen met hun onderscheiden opvattingen.
De inspecties doen een reeks aanbevelingen met name aan DJI , die erop
neerkomen dat de jeugdinrichting een duidelijk verlofbeleid moeten
opstellen, met inhoudelijke doelstellingen. Daarnaast moeten de
inrichtingen meer aandacht schenken aan het gestructureerd verzamelen
van informatie om de verlofsituaties te evalueren en op basis daarvan
het verlofbeleid te verbeteren. Het hanteren van een flexibeler
verloftoetsingskader door de Dienst Justitiële Instellingen kan
bijdragen aan het in gang zetten van verbeteringen door de
jeugdinrichtingen.
Reactie minister
In een begeleidende brief aan de Tweede Kamer onderschrijft minister
Hirsch Ballin van Justitie de bevindingen van de inspecties. Het
rapport is volgens hem een belangrijke aansporing om het verlofbeleid
verder te verbeteren. Naar aanleiding van eerdere inspectierapporten
is vorig jaar al een reeks maatregelen gepresenteerd. Daarmee wordt
een aantal knelpunten reeds aangepakt. Zo krijgen alle inrichtingen
een evaluatiecommissie, die terugkijkt op incidenten en zonodig
procedures en instructies kan aanpassen. Daarnaast wordt op dit moment
het Verloftoetsingskader aangepast. Dat moet leiden tot een betere
koppeling tussen verlof en de behandeldoelen van de jongeren. Ook
worden ouders en school of werkgever nauwer betrokken bij de
behandeling en het verlof van jongeren.
De aanpassing van het Verloftoetsingskader moet eind dit jaar gereed
zijn. Ook wordt er beleid ontwikkeld om ouders structureel te
betrekken bij het verblijf en verlof van jongeren. De minister
verwacht dat de drie inrichtingen die een onvoldoende scoren in korte
tijd verbeteringen kunnen laten zien. Hij wijst er op dat de
tekortkomingen geen betrekking hebben op de veiligheid van het leef-
en behandelklimaat binnen en buiten de inrichtingen. Inmiddels heeft
DJI de inspecties verzocht om een concrete toelichting op de
aanbevelingen te geven, zodat de drie inrichtingen die onvoldoende
scoren hun verlofbeleid kunnen verbeteren. In zijn brief gaat de
minister ook in op de constatering dat jongeren de PIJ-maatregel niet
altijd ondergaan in de regio waarin ze terugkeren. Begin juni zijn
afspraken gemaakt om de regio-indeling per 1 januari 2010 aan te
passen. Dat moet ertoe leiden dat jongeren zoveel mogelijk in hun
eigen regio worden geplaatst.
PIJ
Jeugddelinquenten kunnen door de kinderrechter de PIJ-maatregel
opgelegd krijgen: Plaatsing in een inrichting voor jeugdigen. De
kinderrechter kan die maatregel opleggen, omdat de jeugdige schuldig
is aan een ernstig misdrijf en de kinderrechter vindt dat hij
intensieve hulp en behandeling nodig heeft om herhaling van het
misdrijf voor voorkomen. De PIJ-maatregel wordt opgelegd voor de duur
van twee jaar en kan in geval van een geweldsdelict worden verlengd
tot maximaal vier jaar. Als er ook sprake is van een gebrekkige
ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de jeugdige kan de maatregel
worden verlengd tot maximaal zes jaar.
Inspectie Sanctietoepassing
De Inspectie voor de Sanctietoepassing houdt toezicht op de
reclasseringsorganisaties en op alle landelijke diensten en
inrichtingen die onder de Dienst Justitiële Inrichtingen vallen. De
inspectie onderzoekt of de taken van deze verschillende organisaties
effectief en met voldoende kwaliteit worden uitgevoerd. Bovendien
houdt de inspectie toezicht op de naleving van wet- en regelgeving.
De inspectie is onafhankelijk, maar organisatorisch een onderdeel van
het ministerie van Justitie. Bevindingen van de inspectie worden
gerapporteerd aan de minister van Justitie.