Nationale Bank van Belgie


In het tweede kwartaal van 2009 is de economische activiteit met 0,4 pct. verminderd.

Volgens de eerste "flash"-raming van het bruto binnenlands product (bbp) is de economische activiteit tijdens het tweede kwartaal van 2009 verder gekrompen. Het voor seizoeninvloeden en kalendereffecten gezuiverde bbp naar volume is met 0,4 pct. verminderd ten opzichte van het voorgaande kwartaal. In vergelijking met het overeenstemmende kwartaal van het voorgaande jaar is de terugval dieper geworden (-3,8 pct tegenover -3,1 pct. in het voorgaande trimester). De ramingen voor het vorige kwartaal werden bijgesteld op grond van een vollediger versie van de belangrijkste basisgegevens (statistieken van de BTW , de buitenlandse handel, de betalingsbalans, en rekeningen van de overheidssector).
De economische groei is tijdens het eerste kwartaal van 2009 opmerkelijk verzwakt: naar volume is het voor seizoen- en kalenderinvloeden gezuiverde bruto binnenlands product (bbp) met 1,7 pct. verminderd tegenover het voorgaande kwartaal. Ten opzichte van het overeenstemmende kwartaal van het voorgaande jaar komt dat resultaat tot uiting in een verdere terugval van de economische groei met een daling van 3,1 pct. in het eerste kwartaal van 2009 tegen een vermindering van
1,0 pct. in het vierde kwartaal van 2008.
De toegevoegde waarde is in alle bedrijfstakken verder achteruitgegaan. De daling verscherpte in de bouwnijverheid (-2,7 pct. tegenover het voorgaande kwartaal, tegen een afname met 1,5 pct. een kwartaal voordien) en in de diensten (-1,1 pct., tegen een activiteitsdaling van 0,9 pct. in het vierde kwartaal van 2008). De daling in de industrie beliep 3,8 pct. t.o.v. het vorige kwartaal (tegenover - 4,3 pct. in het vierde trimester 2008).
Alle componenten van de vraag, met uitzondering van de overheidsconsumptie, zijn verminderd en leveren zo een negatieve bijdrage tot de economische groei. Bij de binnenlandse uitgaven toonde de bruto vorming van vast kapitaal door de ondernemingen de scherpste terugval, met een daling van 3,0 pct. t.o.v. het vorige kwartaal, na een inkrimping van 0,5 pct. in het vierde kwartaal van 2008. De afname van de investeringen in woongebouwen door de huishoudens heeft zich ook doorgezet (-0,9 pct., tegen -0,4 pct. een kwartaal voordien), terwijl hun consumptie-uitgaven verzwakten tegen een gelijkaardig tempo (-0,5 pct.) als in het vorige kwartaal. In navolging van de ineenstorting van het internationaal verkeer, liet de buitenlandse vraag een scherpe afname optekenen: de uitvoer van goederen en diensten is met 10,7 pct. gedaald. Na in het vierde kwartaal van 2008 stabiel te zijn gebleven, is in het eerste kwartaal van 2009 het verloop van werkgelegenheid in vergelijking met het voorgaande kwartaal voor het eerst sinds 2003 gedaald, met 0,5 pct. In vergelijking met het overeenstemmende kwartaal van het vorige jaar is de tewerkstellingsgroei ongeveer tot stilstand gekomen (0,1 pct. , dat is minder dan 6 000 personen in het eerste kwartaal van 2009), terwijl die met 1,2 pct. steeg (ongeveer 51 500 personen) in het vierde trimester van 2008.

Omdat het zich sneller aanpast aan de conjunctuur, vertoont het arbeidsvolume van de loontrekkenden een meer uitgesproken evolutie. Dat is onder andere te wijten aan een massaal gebruik van tijdelijke werkloosheid, die de werkgelegenheid niet beïnvloedt, maar wel het aantal gepresteerde uren aantast. Jaar op jaar is het arbeidsvolume in het eerste kwartaal van 2009 met
2,2 pct. achteruitgegaan, terwijl het met 0,2 pct. verminderde in het vierde kwartaal van 2008 en met
1,3 pct. groeide in het derde kwartaal 2008.
Zoals traditioneel het geval is tijdens het eerste kwartaal, liet de overheid een tekort optekenen. Het tekort beliep 11,4 miljard euro volgens de definitie die gebruikt wordt in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten. Dat is zowat 4,7 miljard euro hoger dan in de overeenstemmende periode van 2008.Dit resultaat kan worden toegeschreven aan een vermindering van de ontvangsten, in combinatie met een forse stijging van de primaire uitgaven. De daling van de ontvangsten is te wijten aan de afnemende evolutie van de directe belastingen van de huishoudens, omwille van meer aanzienlijke negatieve inkohieringen en de belastingvermindering van de Vlaamse gemeenschap, alsook aan het ongunstige verloop van de indirecte belastingen, die terugliepen als gevolg van de inkrimping van de economische activiteit. De stijging van de uitgaven is voornamelijk te verklaren door de hogere sociale uitkeringen en door het in aanmerking nemen van de terugbetaling van vennootschapsbelasting als gevolg van het arrest van 12 februari 2009 van het Europees Hof van Justitie aangaande het Belgische stelsel van de definitief belaste inkomsten, dat strijdig werd bevonden met de "Moeder/Dochter-richtlijn".


3
KWARTAALAGGREGATEN
BRUTO BINNENLANDS PRODUCT - ONTWIKKELINGEN IN VOLUME (voor seizoeninvloeden en kalendereffecten gezuiverde gegevens) Veranderingspercentages t.o.v.
de overeenstemmende periode van het
voorgaande jaar
de voorgaande periode
2006 I 3,3 0,9
II 3,1 0,7
III 2,8 0,6
IV 2,9 0,8
2007 I 2,9 0,8
II 2,5 0,3
III 2,7 0,7
IV 2,3 0,4
2008 I 1,9 0,4
II 1,9 0,3
III 1,1 0,0
IV -1,0 -1,7
2009 I -3,1 -1,7

II -3,8 -0,4
VOORNAAMSTE AGGREGATEN
(Veranderingspercentage in volume t.o.v. de voorgaande periode, voor seizoeninvloeden en kalendereffecten gezuiverde gegevens) 2007 2008 2009
II III IV I II III IV I

1. Toegevoegde waarde
Nijverheid
Bouwnijverheid
Diensten

2. Bestedingen
Consumptieve particuliere bestedingen (1) 0,3 0,4 0,2 0,5 0,0 0,0 -0,6 -0,5 Consumptieve bestedingen van de overheid 0,7 0,6 0,5 0,4 0,4 0,4 0,9 0,4 Bruto-investeringen in vaste activa 2,3 2,2 1,7 1,4 1,2 -0,6 0,1 -2,6 ondernemingen 3,9 3,2 2,9 1,6 1,5 -0,6 -0,5 -3,0
woongebouwen -0,1 0,5 0,2 0,6 0,1 0,0 -0,4 -0,9
overheid (2) -2,4 -0,4 -3,5 3,1 1,8 -2,5 7,4 -4,2
Binnenlandse vraag (exclusief voorraden) 0,8 0,8 0,6 0,7 0,4 0,0 -0,1 -0,7 Voorraadwijziging (3) -0,1 0,5 0,0 -0,2 -0,2 0,2 -0,3 -0,8 Uitvoer van goederen en diensten 0,7 1,7 0,8 0,4 2,3 0,3 -7,0 -10,7 Invoer van goederen en diensten 1,1 2,9 1,1 0,4 2,2 0,4 -5,6 -10,3 Netto-uitvoer van goederen en diensten (3) -0,3 -0,5 -0,2 -0,1 0,2 -0,1 -1,4 -0,2
3. Arbeidsmarkt
Aantal personen, totaal 0,5 0,4 0,5 0,5 0,3 0,3 0,0 -0,5 Arbeidsvolume van de loontrekkenden 0,3 0,3 0,2 1,2 0,1 -0,3 -1,3 -0,8 (1) Inclusief instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens. (2) De belangrijke bewegingen van de overheidsinvesteringen worden verklaard door de verkoop van overheidsgebouwen, die in de nationale rekeningen als desinvesteringen worden beschouwd.
(3) Bijdrage tot de verandering van het bbp.
0,3 0,4 0,1 0,1 0,2 -0,3 -4,3 -3,8
0,1 0,1 0,1 1,7 -0,4 0,4 -1,5 -2,7
0,6 0,6 0,6 0,6 0,4 0,1 -0,9 -1,1

Communicatie
Nationale Bank van België n.v.
de Berlaimontlaan 14
BE-1000 BRUSSEL
tel. + 32 2 221 46 28
www.nbb.be
Ondernemingsnummer:
0203.201.340 - RPR Brussel