Ministerie van Economische Zaken
Gasboringen op Ameland
Datum 31 juli 2009
Hierbij doe ik u, mede namens de minister van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit, de antwoorden toekomen op de vragen, die door de leden Jacobi
en Samson zijn gesteld over de geplande gasboringen op Ameland.
De vragen zijn gestuurd op 30 juni 2009 (vraagnummer 2009Z12800).
1
Bent u bekend met het feit dat de NAM in mei 2009 twee informatieavonden heeft
georganiseerd op Ameland om de bevolking te informeren over hun plan om op
Ameland te gaan boren naar gas?
Antwoord
Ja.
2
Kunt u de gevolgen van de huidige gaswinning in de Waddenzee in dit stadium al
goed beoordelen met betrekking tot de risico's op bodemdaling in de gevolgen
voor de natuur? Zo nee, acht u het verantwoord dan nu een vergunning voor
gaswinning af te geven?
Antwoord
De Auditcommissie gaswinning onder de Waddenzee heeft in haar advies1 over de
huidige winningen geoordeeld dat bij winning conform het vigerende Winningsplan
(Meet- en regelprotocol), aannemelijk kan worden geacht dat de
bodemdalingsnelheid niet leidt tot overschrijding van de gebruiksruimte. In dat
geval zijn er geen gevolgen voor de natuur te verwachten en ook niet
geconstateerd.
De verwachte bodemdaling als gevolg van gaswinning door de voorgenomen
winning op Ameland vindt overigens in een ander kombergingsgebied plaats dan
de huidige winningen van Moddergat, Lauwersoog en Vierhuizen. Er is hier dan
ook geen sprake van cumulatie van effecten met deze winningen.
1 Monitoring van aardgaswinning onder de Waddenzee vanaf de locaties Moddergat, Lauwersoog en Vierhuizen;
Advies 2008 van de Auditcommissie, 18 november 2008 / rapportnummer 2102-152.
3
Deelt u de mening dat er voor de geplande activiteiten, waaronder het oprichten
van een boorinstallatie en het aanleggen van een gasleiding, een vergunning in
het kader van de Natuurbeschermingswet vereist is, en dat daarbij een passende
beoordeling nodig is? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Voor het oprichten en in werking hebben van een boorinstallatie op het westelijk
deel van Ameland is een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet
1998 vereist. Voor zover een gasleiding, gelet op de instandhoudingsdoelstelling
van het Natura-2000 gebied, mogelijk significante effecten op soorten veroorzaakt
of de natuurlijke habitats en habitats van soorten van een Natura-2000 gebied
verslechtert, is ook daarvoor vergunningplicht aan de orde. Voor zover de
boorinstallatie en een gasleiding afzonderlijk of in combinatie met andere
projecten of plannen significante gevolgen voor het Natura-2000 gebied kunnen
hebben, is daar tevens een passende beoordeling voor nodig.
4
Deelt u de mening dat door de komende gaswinning de binnendijkse bodemdaling
op Ameland verder zal worden versterkt? Zo nee, waarom niet? Zo ja, acht u een
vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet noodzakelijk voor de
gevolgen van de vegetatie op dit deel van het eiland?
Antwoord
De bodemdaling als gevolg van de voorgenomen gaswinning cumuleert voor een
deel met de bodemdaling door de bestaande winning op Ameland-Oost. Of voor
eventuele gevolgen voor de vegetatie een vergunning in het kader van de
Natuurbeschermingswet 1998 noodzakelijk is, is afhankelijk van de vraag of de
winning van het gas significante effecten voor soorten veroorzaakt en of de
natuurlijke habitats en habitats van soorten van een Natura-2000 gebied
verslechteren. Het op te stellen milieueffectrapport en de bijbehorende passende
beoordeling dienen hier duidelijkheid over te verstrekken.
(w.g.) Maria J.A. van der Hoeven
Ministerie van Economische Zaken