ABVAKABO FNV

Werkbezoek aan Tel Aviv en Nablus

Tja, was dat even een bliksembezoek aan Tel Aviv en Nablus. Ik kwam woensdagochtend om 5 uur aan en raakte direct al in gesprek met de taxichauffeur. Ja, Amsterdam daar was hij wel eens geweest. Wat was het bij ons relaxt volgens hem. Dat was wel wat anders dan die opgefokte Israëlische samenleving volgens hem.

Toen ik een paar uur later mijn bed uitkwam en naar buiten keek, zag ik het bekende toeristische beeld. Een prachtige zee met zwemmers en surfers en volle terrassen. Ik ging naar mijn vergadering met mijn collega's uit de Middellandse Zee-landen, van de Israëlische Histadrut en een collega van de Palestijnse PFGTU - Palestinian General Federation of Trade Unions. Wat direct opviel was de toch wel gespannen sfeer. Mijn Italiaanse collega had deze bijeenkomst mogelijk gemaakt. Een unicum om de Israëlische en Palestijnse bond samen aan één tafel te krijgen.

Mijn Israëlische collega's schetsten de positie van de vakbond. Een vakbond die in de jaren tachtig zijn machtige positie is kwijtgeraakt en nu weer aan het opkrabbelen is. Dat zal ik vaker horen. Bij discussies over wat zij doen om de arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden van de Palestijnse werknemers in Israël te verbeteren, hoor ik steevast: wij hebben het hier niet voor het zeggen. Nee dat klopt, maar dat ontslaat je niet van serieus proberen je werk goed te doen en daar hoort bij dat je geen onderscheid maakt tussen Israëlische en Palestijnse werkers.

Mijn collega van de PFGTU is klip en klaar. De Israëlische wetgeving op het gebied van de sociale zekerheid sluit Palestijnse werkers uit. Dus bij werkloosheid krijgt de één dus wel een uitkering en de ander niet. 40 % van de Palestijnen is werkloos, 60% van hen zit onder het bestaansminimum en in Gaza zitten nog eens 1 miljoen Palestijnen zonder werk.

Naar ik begrijp werken er ongeveer 30.000 Palestijnen in Israël en de PFGTU vindt dat het hen makkelijker moet worden gemaakt om daar te werken. Er zijn sinds de Intifada zware veiligheidsmaatregelen om Israël binnen te komen. Het duurt uren om via de checkpoints naar je werk te komen.

Het duizelt mij al snel. Ik had mij ingelezen en bij laten praten, maar toch merk ik dat ik alle zeilen bij moet zetten om alle informatie een plaatsje te geven. Wel raak ik steeds meer doordrongen van het belang van het bestaan van de Internationale vakbeweging. Want dankzij de ITUC - International Trade Union Confederation is er de nodige druk op de Histadrut uitgeoefend om gemaakte afspraken na te komen. Zo gaat er geld van de Histradrut naar de PFGTU om zijn werk te kunnen doen.

Op de vraag van de delegatieleider van de PSI - Public Services International wat wij kunnen bijdragen komt nog geen duidelijk antwoord. De belangenbehartiging van de Palestijnse werknemers in Israël valt onder de verantwoordelijkheid van Histradrut, deze vraag moet dus in het overleg met de PFGTU in Nablus op de Westbank aan de orde komen.

De volgende dag gaan we naar Nablus zonder onze Israëlische collega's, want die mogen niet naar Nablus reizen. Er is veel voorbereiding aan vooraf gegaan en het is dus merkwaardig om mee te maken dat we zonder enige vorm van controle veel gewapende militairen kunnen passeren en door kunnen rijden. In Nablus worden we hartelijk ontvangen en een gevarieerd gezelschap van ongeveer tien mannen en vrouwen informeert ons over hoe het er voor staat.

In feite staat veel nog in zijn kinderschoenen. Er is nauwelijks sprake van regelgeving op het gebied van arbeidswetgeving als gevolg waarvan werknemers niet of nauwelijks beschermd worden. Ook hier komt weer de positie van de Palestijnse werknemers in Israël ter sprake, de hopeloze positie van de Palestijnen in Gaza, HAMAS die niet bepaald vakbondsvriendelijk is - en dan druk ik mij nog zacht uit - de positie van illegale Palestijnse werknemers in Israël.

De vertegenwoordigers van de PFGTU maken op mij een krachtige realistische indruk. Spoedig komen we te praten over wat zij als oplossing zien voor de slechte positie van de Palestijnse werknemers. De PFGTU is van mening dat de twee-staten-oplossing, Israël en Palestina naast elkaar, een voorwaarde is om de problemen op te lossen. Voorts moet de bezetting door Israël opgeheven worden, de muur afgebroken, de checkpointes ontmanteld en de nederzettingen ontruimd.

Dan pas is er volgens hen een situatie gecreëerd die het Palestijnen, in Israël en Palestina, mogelijk maakt, om aan positieverbetering te werken.
Op onze vraag wat de PSI kan bijdragen, krijgen wij als antwoord dat zij tevreden zijn met de inzet van de ITUC tot nu toe. Op onze vraag of wij door middel van seminars en andere bijeenkomsten een rol van betekenis kunnen spelen, wordt ontkennend beantwoord. Dat hebben ze niet nodig.

Door de PSI wordt nog aan de orde gesteld wat het beleid van de PFGTU betreffende een boycot is. De Britse vakbond Unison heeft namelijk opgeroepen tot een boycot van Israëlische producten om zo internationaal druk uit te kunnen oefenen op Israël. De secretaris generaal geeft klip en klaar te kennen hier geen voorstander van te zijn maar zegt zich wel te kunnen voorstellen dat een boycot van Israëlische producten uit de nederzettingen overwogen zou kunnen worden. Volgens hem is in de EU heel goed bekend waar de producten vandaan komen.

Er is helaas geen tijd om bijv. een werkbezoek aan een Palestijns ziekenhuis af te leggen. We worden halverwege de middag op een uitgebreide maaltijd getrakteerd en worden als we niet oppassen werkelijk volgestopt. Daarna gaan we weg en worden we hartelijk uitgezwaaid.

Terug in het hotel praten we nog na over wat we kunnen doen. Met mijn Italiaanse collega spreek ik af per mail contact te houden om verder van gedachten te wisselen. De PSI gaat een uitgebreid verslag van dit bezoek maken en dat zal ik uiteraard ook in onze bond aan de orde stellen.

Vol indrukken ga ik de volgende dag naar huis om na zware controles op het vliegveld en heel veel vertraging als gevolg van noodweer in Europa uiteindelijk midden in de nacht van vrijdag op zaterdag thuis te komen waar ik word opgewacht door mijn echtgenoot die slaperig mijn verjaardagscadeautje geeft. Ik heb mazzel zegt hij, je verjaardag is net een paar uur voorbij, maar voor deze keer krijg je het toch nog.