Stand van zaken Rijksprogramma Groene Hart
15 juli 2009 - kamerstuk
> Retouradres Postbus 19143 3501 DC UTRECHT
Directie Regionale Zaken
De Voorzitter van de Tweede Kamer Vestiging West
Herman Gorterstraat 55
der Staten-Generaal 3511 EW UTRECHT
Postbus 20018 Postbus 19143
2500 EA DEN HAAG 3501 DC UTRECHT
www.minlnv.nl
T 070-3786868
F 070-3786113
Onze referentie
DRZW/2009-1927
Bijlagen
---
Datum 15 juli 2009
Betreft Stand van zaken Rijksprogramma Groene Hart
Geachte Voorzitter,
Met deze brief wil ik, als coördinerend minister voor het Groene Hart, u
informeren over de voortgang en de stand van zaken van het Rijksprogramma
Groene Hart. Ik doe dit mede namens minister Cramer van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) en staatssecretaris Huizinga van
Verkeer en Waterstaat (VenW).
Aanleiding
Groene Hartbrief
In september 2006 heeft mijn voorganger u, mede namens de ministers van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM), Verkeer en
Waterstaat (VenW), Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en de
staatssecretaris van Economische Zaken (EZ), de Groene Hartbrief aangeboden.
De Groene Hartbrief behandelde drie Nationale Landschappen: Groene Hart,
Nieuwe Hollandse Waterlinie en Stelling van Amsterdam.
Deze Nationale Landschappen overlappen deels. Het betreft echter voornamelijk
een geografische overlapping. Elk Nationaal Landschap heeft zijn eigen doelen en
kent zijn eigen overlegstructuren, werkwijze, tempo en verantwoording. Vanwege
deze verschillen kies ik ervoor u nu alleen over het Nationale Landschap Groene
Hart te informeren.
Rijkskaders, provinciale uitvoering
In de Groene Hartbrief staan de doelen en de opzet van het Rijksprogramma
Groene Hart. Hiermee heeft het Rijk de kaders voor het Groene Hartbeleid
neergezet. De uitwerking en uitvoering van het Groene Hartbeleid is (conform de
sturingsfilosofie uit de Nota Ruimte) een taak van de provincies Utrecht, Noord-
Holland en Zuid-Holland. Hiervoor hebben zij het Uitvoeringsprogramma 2007-
2013 geschreven. Voor de coördinatie en sturing van dit Uitvoeringsprogramma
hebben de drie provincies zich verenigd in de Stuurgroep Groene Hart en een
gezamenlijk Programmabureau Groene Hart opgericht.
Via een jaarlijkse voortgangsrapportage informeert de Stuurgroep Groene Hart
onder andere het Rijk over de voortgang en actualiseert c.q. herijkt zij
(onderlinge) afspraken. In 2008 heeft de Stuurgroep Groene Hart een eerste
voortgangsrapportage (over 2007) van het Uitvoeringsprogramma Groene Hart
opgeleverd. Dit voorjaar is de tweede voortgangsrapportage (over 2008)
verschenen. Bovendien zijn dit voorjaar twee rapporten verschenen over een
effectieve uitvoering van het Groene Hartbeleid. Het eerste betreft een advies van
de Randstedelijke Rekenkamer aan de Provinciale Staten van de drie provincies.
Het tweede is een uitvoeringsanalyse van Mentink Procesmanagement in opdracht
van de ministers van LNV en VROM en de staatssecretaris van VenW en het
interprovinciale Programmabureau Groene Hart. Uit bovengenoemde stukken
blijkt dat het Groene Hartbeleid zich in een transitie van beleid naar uitvoering
bevindt. Dit moment wil ik gebruiken om stil te staan bij de resultaten tot nu toe
en om de stand van zaken van dit moment op te maken.
Opzet van deze brief
Daarvoor blik ik eerst terug op de Groene Hartbrief uit 2006, de uitwerking
daarvan door de provincies in het Uitvoeringsprogramma Groene Hart 2007-2013
en relevante beleidsontwikkelingen die zich sindsdien voorgedaan hebben.
Vervolgens beschrijf ik de voortgang en de huidige stand van zaken in het Groene
Hart. Ik sluit af met aandachtspunten en conclusies.
Hoofdlijnen Groene Hartbrief 2006
In het rijksprogramma Groene Hart denkt het Rijk mee met de betrokken partijen
in het gebied over de ontwikkeling van het Groene Hart met respect voor het
unieke karakter van het gebied. De rijksdoelen voor het Groene Hart in de Groene
Hartbrief komen, in hoofdlijnen, voort uit de Nota Ruimte en de nota's Agenda
Vitaal Platteland, Pieken in de Delta, Nota Mobiliteit en het Actieplan Ruimte en
Cultuur:
· Duurzaam behoud van de kwaliteiten in de veenweidengebieden;
· Goede samenhang tussen de ontwikkeling van het Nationaal Landschap `Het
Groene Hart' en de ontwikkeling van het Nationaal Landschap de Stelling van
Amsterdam en van het Nationaal Landschap Nieuwe Hollandse Waterlinie en
met de ontwikkeling van de Natte As (tegenwoordig Groene Ruggengraat);
· Behoud en versterking van de economische vitaliteit van het gebied;
· Benutting van de kansen die het water biedt;
· Oplossing van de steeds urgenter wordende wateropgave door onder andere
benutting van functiecombinaties;
· Integratie en snelle uitvoering van de lopende strategische Groene
Hartprojecten.
In algemene zin zijn daarnaast ook de doelstellingen voor de Nationale
Landschappen zoals verwoord in de Nota Ruimte op het Groene Hart van
toepassing, bijvoorbeeld migratiesaldo nul en de uitwerking van de kern-
kwaliteiten.
Uitvoeringsprogramma Groene Hart 2007-2013
De drie betrokken provincies (Utrecht, Zuid-Holland en Noord-Holland) zijn
verantwoordelijk voor de uitvoering van het Groene Hartbeleid. Hiervoor hebben
zij het Uitvoeringsprogramma Groene Hart 2007-2013 opgesteld.
Pagina 2 van 11
In het Uitvoeringsprogramma Groene Hart zijn de eerdergenoemde rijksdoelen Directie Regionale Zaken
Vestiging West
verder uitgewerkt.
Binnen het uitvoeringsprogramma heeft een aantal projecten de status icoon- Datum
15 juli 2009
project gekregen. Dit zijn projecten die:
· Onze referentie
in sterke mate bijdragen aan één of meerdere van de strategische opgaven in DRZW/2009-1927
het Groene Hart;
· een voorbeeld- of aanjaagfunctie voor het hele Groene Hart hebben;
· kansrijk zijn en waarbij er reëel zicht is op uitvoering.
Momenteel zijn er elf icoonprojecten. De aandacht en energie van het Rijk gaat
met name naar deze icoonprojecten. Daarnaast zijn er nog drie projecten waar
het Rijk veel aandacht aan heeft besteed: Voorloper, Verkenning verbetering
sturing op stedelijke ontwikkelingen (migratiesaldo nul) en Kwaliteitsatlas.
Verderop in deze brief kom ik hier uitgebreider op terug.
Relevante beleidsontwikkelingen sinds 2006
Sinds het verschijnen van de Groene Hartbrief in 2006 heeft het beleid niet
stilgestaan. Er is een aantal beleidsdocumenten verschenen die ook het Groene
Hart raken: Programma Mooi Nederland, Urgentieprogramma Randstad,
Structuurvisie Randstad 2040, Agenda Landschap en Nationaal Waterplan. Hier wil
ik enkele hoofdlijnen benoemen.
De kern van het Programma Mooi Nederland ligt in een betere benutting van
bebouwd gebied. Dit doet het kabinet door in te zetten op verdichting en
bundeling, transformatie en herstructurering van bedrijventerreinen, bescherming
van openheid van kwetsbare gebieden, zoals Rijksbufferzones en Nationale
Landschappen, en verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving. Het
innovatieprogramma Mooi Nederland levert daar een bijdrage aan. Doel is: nieuwe
verrommeling voorkomen, bestaande verrommeling (bijvoorbeeld verspreid
liggende glastuinbouw) wegnemen en ontwikkelingen stimuleren die bijdragen aan
de openheid en het groene karakter van het landschap.
Het Programma Randstad Urgent bestaat uit 35 projecten die bestuurlijke
aandacht en druk nodig hebben om voortgang te boeken. Het Groene Hart kent
drie Randstad Urgent-projecten: Groene Ruggengraat, Groot Mijdrecht Noord en
Oude Rijnzone.
Het kabinet heeft zich in de Structuurvisie Randstad 2040 tot doel gesteld om de
Randstad te ontwikkelen tot een duurzame en concurrerende Europese topregio.
Voor het Groene Hart is het sleutelwoord daarbij verbinding: verbinding met de
omliggende water- en natuurgebieden (groenblauwe delta) en verbinding met de
omliggende steden (recreatief groen). Dat betekent een schaalsprong van het
Groene Hart naar een Groenblauwe Delta.
De Agenda Landschap staat voor de wijze waarop het kabinet aan het
Nederlandse landschap werkt. De aanpak verloopt langs drie sporen: zorgvuldig
omgaan met de ruimte, betrekken van burgers en bedrijven (`het wordt mooier
als u meedoet') en zorgen voor een duurzame financiering van het landschap.
Pagina 3 van 11
Een concrete actie uit de Agenda Landschap is het ondersteunen van provincies en Directie Regionale Zaken
Vestiging West
gemeenten bij het uitwerken van de kernkwaliteiten van Nationale Landschappen.
Het Groene Hart met de Kwaliteitsatlas (zie verderop in deze brief) is één van de
pilots hiervoor. Datum
15 juli 2009
Onze referentie
Het (ontwerp) Nationaal Waterplan is de opvolger van de 4e Nota Waterhuis- DRZW/2009-1927
houding. Voor het aanpakken van verzilting en bodemdaling zijn de volgende
algemene uitgangspunten van toepassing: per gebied de afweging maken in
hoeverre functies geaccommodeerd kunnen worden met bijbehorend peilbeheer,
afremmen van bodemdaling, verkrijgen van een duurzaam watersysteem met
grotere peilvakken en water bepalender laten zijn in de besluitvorming over de
opgaven die in een gebied spelen.
Resultaten tot nu toe
Sinds het verschijnen van de Groene Hartbrief heeft de nadruk vooral gelegen op
beleidsuitwerking, planvorming en programmering. Het Uitvoeringsprogramma
2007-2013 is één van de resultaten daarvan. In 2007 en 2008 hebben ook andere
uitwerkingen veel aandacht gevraagd, bijvoorbeeld de Voorloper en de Kwaliteits-
atlas. Ook is migratiesaldo nul verder uitgewerkt voor het Groene Hart.
Voorloper & Kwaliteitsatlas
In de Voorloper hebben de drie provincies hun gezamenlijke beleid voor het
Groene Hart (binnen de kaders van het rijksbeleid) verwoord. In december 2008
hebben de Gedeputeerde Staten van Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland de
Voorloper Groene Hart vastgesteld. Het is voor het eerst dat drie provincies
afspraken hebben gemaakt over gezamenlijk ruimtelijk beleid. De doorwerking
van het ruimtelijk beleid uit de Voorloper moet plaatsvinden in de provinciale
structuurvisies en verordeningen. Mijn collega-bewindslieden en ik hechten aan
een snelle borging via deze weg. Noord-Holland en Zuid-Holland maken
momenteel een provinciale structuurvisie en verordeningen. In Noord-Holland zal
het nieuwe college van Gedeputeerde Staten vaststellen hoe dit proces verder zal
verlopen. Zuid-Holland heeft terinzagelegging van het ontwerp eind 2009 gepland
en vaststelling van de provinciale structuurvisie en verordening door Provinciale
Staten in 2010. Utrecht heeft ervoor gekozen om het huidige streekplan beleids-
neutraal om te zetten en wil in een smalle thematische structuurvisie onder meer
de onderwerpen uit de Voorloper die afwijken van het vigerende streekplan
uitwerken. Deze themagewijze provinciale structuurvisie moet voor juli 2010
vastgesteld worden. In 2012 is de vaststelling van een integrale structuurvisie
voorzien.
Een ander product waarmee het (rijks)beleid in 2008 is uitgewerkt in de
Kwaliteitsatlas. De minister van VROM heeft op 26 maart 2009 deze interactieve
website gelanceerd (www.kwaliteitsatlas.nl). De atlas bevat gebiedsprofielen
waarin de belangrijkste landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke
kenmerken van het Groene Hart worden beschreven en verbeeld. In het nationale
snelwegpanorama Venster Bodegraven-Woerden, bijvoorbeeld, is openheid een
belangrijke kwaliteit.
Pagina 4 van 11
Inrichtingsprincipes voor dit Venster zijn het veiligstellen van de fraaie doorzichten Directie Regionale Zaken
Vestiging West
vanaf het oeverpad langs de Oude Rijn naar het open achterland en de
versterking van het groene karakter door de toevoeging van nieuwe landgoederen
of mogelijk extra stimulering van erfbeplantingen. De Kwaliteitsatlas bevat ook Datum
15 juli 2009
een overzicht van het beleid van Rijk en provincies. En er is een overzicht van
Onze referentie
projecten waarin met succes aan het behoud en de landschappelijke ontwikkeling DRZW/2009-1927
van het Groene Hart wordt gewerkt. Doel van de Kwaliteitsatlas is sturen op
ruimtelijke kwaliteit. Met de website kunnen bestuurders, ambtenaren,
ontwikkelaars, maatschappelijke organisaties en burgers nagaan hoe ze het
landschap in hun omgeving het beste kunnen behouden of versterken.
In de Kwaliteitsatlas werken de Groene Hartprovincies de kernkwaliteiten van het
Nationale Landschap Groene Hart uit. Het Groene Hart loopt hiermee voorop. De
Kwaliteitsatlas is geen juridisch instrument. Het is een inspiratiebron. Wat echt
belangrijk is, gaan de provincies en gemeenten borgen in hun structuurvisies,
verordeningen, bestemmingsplannen en beeldkwaliteitsplannen.
Migratiesaldo nul
Voor de Nationale Landschappen geldt het principe `migratiesaldo nul'. Dit
betekent dat de maximale wooncapaciteit in het Nationaal Landschap niet meer
bedraagt dan de wooncapaciteit die nodig is om te kunnen voldoen aan de
regionale woningbehoefte. Deze woningbehoefte wordt berekend op basis van de
natuurlijke bevolkingsontwikkeling en een evenwicht tussen het aantal personen
dat zich binnen het Nationaal Landschap vestigt en dat daaruit vertrekt. Voor het
Groene Hart hebben het Rijk en de provincies dit gekwantificeerd: er mogen van
2004 tot 2020 maximaal 35.700 woningen bijkomen. Alle woningen tellen hiervoor
mee. Ook degene die binnen de provinciale rode contouren gebouwd worden of
via speciale regelingen zoals `ruimte voor ruimte', `rood voor groen' en nieuwe
landgoederen. De provincies monitoren dit gezamenlijk. Op basis van de huidige
gegevens lijken er geen problemen te verwachten. Voorwaarde daarbij is wel dat
de provincies en gemeenten onderling hun bouwplannen afstemmen.
Het Rijk heeft samen met de Groene Hartprovincies een verkenning uitgevoerd:
Verbetering van sturing op stedelijke ontwikkelingen in het Groene Hart.
Aanleiding hiervoor was de mening van de provincies dat het primaat zou moeten
liggen bij kwalitatieve sturing in plaats van bij kwantiteit (migratiesaldo nul).
Eenzelfde oproep deed uw Kamer in een motie bij de Kamerbehandeling van de
Structuurvisie Randstad 20401. Uitkomst van de verkenning is dat kwalitatieve
sturing van groot belang is, maar nog verder uitgewerkt moet worden. Totdat dit
effectieve, nieuwe instrumenten oplevert ter vervanging van of in aanvulling op
migratiesaldo nul, blijft het Rijk (mede) sturen op een plafond voor bouwen in het
Groene Hart. Dit staat ook in de eerste tranche van de AMvB Ruimte.
Uitvoering icoonprojecten
Behalve de uitwerking van beleid hebben de provincies de afgelopen jaren ook
stappen gezet in de uitvoering daarvan. Acht van de elf icoonprojecten zijn nu in
uitvoering.
1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 31 089, nr. 42
Pagina 5 van 11
Daarmee is de basis gelegd om in de komende jaren de effecten van het beleid Directie Regionale Zaken
Vestiging West
zichtbaar te maken in het Groene Hart. In de bijlage is een samenvatting van de
voortgangrapportage 2008 over het Uitvoeringsprogramma 2007-2013
toegevoegd. Hier concentreer ik mij op enkele resultaten uit de projecten Merk & Datum
15 juli 2009
Marketing, Groene Ruggengraat, Krimpenerwaard, Horstermeerpolder, Oude
Onze referentie
Rijnzone en Groot Mijdrecht Noord. DRZW/2009-1927
Merk & Marketing
Merk & Marketing draait om `het merk' Groene Hart. Wat maakt het Groene Hart
uniek en hoe breng je dat aan de man? Daarvoor is een marketingplan opgesteld,
dat is gepresenteerd tijdens het symposium `Het Groene Hart leeft' op 26 maart
2009. De website www.groenehart.nl moet hét portaal naar het Groene Hart
worden. Op 26 maart is gestart met een wervingscampagne voor deelnemers. In
juli 2009 zal de publiekscampagne starten, gericht op de vakantie-thuisblijvers.
Onder het motto `Het Groene Hart begint hier' worden de inwoners van de
Randstad gewezen op de rust en ruimte die zij ook dicht bij huis kunnen vinden.
Groene Ruggengraat
De Groene Ruggengraat is een icoonproject en een Randstad Urgentproject. Het
doel is een robuuste ecologische verbindingszone te realiseren van de Zeeuwse
Delta tot het Lauwersmeergebied. Naast de ecologische functie draagt de Groene
Ruggengraat ook bij aan versterking van de landschappelijke diversiteit en
cultuurhistorische identiteit, een duurzaam waterbeheer, het remmen van
bodemdaling in veenweidegebieden en betere recreatieve mogelijkheden. Met de
Groene Ruggengraat is het afgelopen jaar flinke vooruitgang geboekt. Het
indicatieve tracé is vastgelegd in de Voorloper Groene Hart; Noord-Holland is
gestart met de begrenzing. De provincies hebben per deelgebied de ecologische
opgaven uitgewerkt. Deze geven een realistisch beeld van de doorlopende
natuurverbinding tussen de Biesbosch en de Randmeren. De belangrijke barrières
worden aangepakt (A1, A2, A12, Amsterdam-Rijnkanaal). Andere kruispunten met
rijksinfrastructuur zijn bekend en worden verwerkt in de in 2009 aan te passen
knelpuntenlijst van het Meerjarenprogramma Ontsnippering. De resultaten zijn in
maart 2009 gedeeld met bestuurders van gemeenten, waterschappen en
maatschappelijke organisaties op een conferentie in Kamerik.
Westelijke Veenweiden
Het Groene Ruggengraat-project heeft door de geografische overlap een sterke
relatie met het Programma Westelijke Veenweiden. Rijksdoelen voor de Westelijke
Veenweiden zijn onder andere remmen van de bodemdaling, een stabiel en
robuust watersysteem en een duurzaam en vitaal landgebruik. Op 10 juli jl. heeft
het kabinet hiervoor 113 mln. toegekend uit het Nota Ruimte-budget. Met deze
forse investering benadrukt het kabinet het belang dat zij hecht aan het
karakteristieke, Hollandse veenweidelandschap. Daarnaast wordt ook uit andere
(regionale) budgetten fors geïnvesteerd in deze gebieden. De totale investering in
het gebied loopt daarmee op tot ruim 500 miljoen euro.
Krimpenerwaard
In de Krimpenerwaard lopen planvorming en uitvoering parallel. Op beide fronten
zijn resultaten te melden. Zo is er een veenweidepact gesloten, is de streekplan-
wijziging vastgesteld en is het natuurgebiedsplan ter inzage gelegd.
Pagina 6 van 11
Het veenweidepact is gericht op vijf doelen: de aanleg van nieuwe natuur, Directie Regionale Zaken
Vestiging West
duurzaam waterbeheer en het tegengaan van bodemdaling, het versterken van de
landbouwstructuur, extra kansen voor toerisme en recreatie en het stimuleren van
vernieuwend ondernemerschap. Voor grondverwerving is in 2008 volledige Datum
15 juli 2009
schadeloosstelling toegepast en een proactieve ruil- en aankoopstrategie gestart.
Onze referentie
Dit werpt zijn vruchten af: 104 van de geplande 150 hectare voor natuurinrichting DRZW/2009-1927
zijn verworven. Daarnaast is in 2008 40 hectare natuurgebied ingericht en
overgedragen aan een beherende instantie.
Horstermeerpolder
Om verdroging in het Vechtplassengebied tegen te gaan, de waterkwaliteit te
verbeteren en ruimte te maken voor waterberging, is een herinrichting van de
Horstermeerpolder nodig. Deze herinrichting moet leiden tot een duurzame
combinatie van waterberging, natuurontwikkeling en landbouw, passend bij de
waterhuishouding. De provincie heeft in maart 2009 het Inrichtingsplan hiervoor
vastgesteld. Er zijn inmiddels gronden aangekocht: een groot deel (200 ha) van
de benodigde 250 hectare nieuwe natuur is verworven. Eén van de instrumenten
dat hieraan heeft bijgedragen, is kavelruil.
Op 27 april jongstleden hebben de Kamerleden Haverkamp en Koppejan vragen
aan mij gesteld naar aanleiding van de discussie in de Provinciale Staten van
Noord-Holland over het creeëren van natte natuur in de Horstermeerpolder. Mijn
antwoord hierop heb ik u recent toegestuurd2. Dit heeft geleid tot aanvullende
vragen op 24 juni jl.3. De antwoorden daarop heb ik u gelijktijdig aan deze brief
toegestuurd.
Oude Rijnzone+
De Oude Rijnzone is een integraal project waarin door herstructurering en groene
inpassing de behoefte aan wonen en werken in dit gebied wordt opgevangen.
Daarbij worden de waarden in het Groene Hart versterkt. De herstructurerings-
opgave is groot en vergt ook investeringen in ontsluiting. De uitvoering van dit
project gaat de spankracht van de regionale partijen te boven. Daarom zal het
project middelen ontvangen uit het Nota Ruimte Budget ( 30 mln.). De
planvorming voor het project is versneld dankzij de opname van het project in
Randstad Urgent. Het Rijk, provincie en gemeenten hebben in het project in de
laatste planvormingsfase extra accenten gelegd bij de toepassing van de SER-
ladder en de inzet op de herstructurering conform de uitgangspunten van het
programma Mooi Nederland. Bovendien zal de regionale samenwerking voor de
uitvoering van het project worden vormgegeven.
Groot Mijdrecht Noord
Het project Groot Mijdrecht Noord is een icoonproject en een kandidaat Randstad
Urgentproject. Gedeputeerde Staten Utrecht hebben op 24 maart jl. besloten dat
van alle varianten voor de herinrichting van de polder Groot Mijdrecht Noord
alleen het al bestaande Plan de Venen aanvaardbaar is. Dit is op 6 juli jl.
bekrachtigd door Provinciale Staten.
2 Kamervragen met antwoord 2008-2009, nr. 2709
3 vraagnr. 2009Z12235
Pagina 7 van 11
De nieuwere strategieën, waaronder de multifunctionele plas, hebben Provinciale Directie Regionale Zaken
Vestiging West
Staten van Utrecht in december 2008 afgewezen, omdat zij de problemen
onvoldoende oplosten en/of financieel niet haalbaar waren. De komende tijd wordt
gezocht naar aanvullende technische maatregelen die de effecten van de zoute Datum
15 juli 2009
kwel in het boezemsysteem in de omgeving van Groot Mijdrecht Noord
Onze referentie
verzachten/verminderen. Het belangrijkste waterprobleem, het uitmalen van DRZW/2009-1927
zoute kwel op de boezem, wordt namelijk niet opgelost met het Plan de Venen.
Het Plan de Venen voldoet onvoldoende aan de Nota Ruimte-doelen (klimaat-
bestendige inrichting via integrale gebiedsontwikkeling en innovatie). Het Nota
Ruimte Budget-traject zal om die reden worden stopgezet. Met de twee besluiten
(het besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht ten aanzien van de
herinrichting van de polder en het besluit om het Nota Ruimte Budget-traject stop
te zetten) is de Randstad Urgent-afspraak afgerond.
Aandachtspunten
Behalve de hierboven genoemde resultaten zijn er ook enkele zaken die zorgen
baren. Deze staan hieronder en zal ik aandachtig blijven volgen.
Verrommeling
Eén van de meest gehoorde klachten in het Groene Hart is dat het landschap
verrommelt. Niet voor niets heeft de minister van VROM het programma Mooi
Nederland gestart en is de Agenda Landschap verschenen. Dit zijn manieren
waarop het Rijk verrommeling bestrijdt. Maar er is meer. Zeker in het Groene
Hart. Eerder heb ik de Kwaliteitsatlas al genoemd. De Kwaliteitsatlas is één van de
instrumenten waarmee verrommeling in het Groene Hart wordt tegengegaan. De
inhoud van de Kwaliteitsatlas wordt geborgd in provinciale structuurvisies en
verordeningen en bestemmingsplannen. Verder werkt de Kwaliteitsatlas door
middel van inspiratie: via praktijkvoorbeelden, via ontwerpateliers en via een
kwaliteitsteam. Daarnaast zijn de icoonprojecten Oude Rijnzone en Schelluinen
West gericht op het opheffen van bestaande verrommeling. De resultaten daarvan
worden de komende jaren zichtbaar.
Via het (nieuwe) Ruimtelijke Ordeningsinstrumentarium wordt de juridische
bescherming van het Groene Hart geregeld. Op rijksniveau is daarvoor de
Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) Ruimte opgesteld. In deze AMvB heeft
het kabinet bijvoorbeeld vastgelegd dat de provincies een aantal zaken verder uit
moeten werken in hun structuurvisies en verordeningen, zoals de kernkwaliteiten,
grootschalige stads- of dorpsontwikkelingslocaties, glastuinbouw- of bedrijven-
terreinenlocaties, infrastructuurprojecten en migratiesaldo nul. Op provinciaal
niveau zijn de structuurvisies en verordeningen juridische middelen waarmee
verrommeling wordt tegengegaan. Alle drie de Groene Hart-provincies werken
bijvoorbeeld met rode contouren in hun structuurvisies. In de structuurvisies
leggen de provincies ook vast dat ruimtelijke plannen voor het Groene Hart
vergezeld moeten gaan van een beeldkwaliteitsplan. In de provinciale verordening
komen de voorwaarden waaraan zo'n plan moet voldoen.
De gemeenten, verenigd in het Woerdens beraad, werken op hun beurt aan
`bestemmingsplannen met Groene Hart-kwaliteit'. In dit project delen gemeenten
kennis en ervaring en hebben zij een checklist opgesteld van basale
kwaliteitsvereisten waaraan bestemmingsplannen in het Groene Hart moeten
voldoen.
Pagina 8 van 11
Zo'n bestemmingsplan moet bijvoorbeeld niet alleen concrete regels bevatten, Directie Regionale Zaken
Vestiging West
maar ook een visie op de ruimtelijke ontwikkeling en op het behoud van het
agrarische cultuurlandschap.
Datum
15 juli 2009
Ook regelingen als `ruimte voor ruimte' en `rood voor groen' dragen bij aan het
Onze referentie
tegengaan van verrommeling. Een goed voorbeeld daarvan is de sanering van DRZW/2009-1927
verspreid glas. Met de `ruimte voor ruimte'-regeling worden bestaande kassen of
bedrijfsgebouwen gesloopt. De mogelijkheden voor woningbouw die zo ontstaan,
worden op een andere plek, veelal gekoppeld aan een woonkern, benut.
Versnelling noodzakelijk
De investeringen in het Groene Hart hebben nog niet het gewenste tempo. In
2008 hebben de provincies 27,9 miljoen in het Groene Hart geïnvesteerd. Dat is
57% van de door hen voor 2008 geraamde middelen. De provincies zijn bezig de
belemmeringen weg te nemen om vervolgens met de beschikbare middelen het
investeringstempo op te schroeven. Ook de besteding van de Dittrich-middelen
ligt achter op schema. Ik heb eerder ingestemd met het verzoek van de provincies
om de bestedingsperiode voor deze middelen met een jaar te verlengen tot eind
2009. De provincies doen nu een uiterste poging de uitvoering te versnellen.
Grondverwerving en Particulier Natuurbeheer
De grondverwerving in het Groene Hart verliep stroef in 2008. De grondmobiliteit
was laag, de grondprijzen waren hoog en de inzet van Particulier Natuurbeheer
bleef achter. Dit remt de uitvoering én de bestedingen. Hierin is het Groene Hart
echter niet uniek. Deze problematiek bespreek ik met de betrokken provincies met
als doel om gezamenlijk oplossingen te zoeken en hier creatief mee om te gaan.
Goede voorbeelden zijn er al zoals in de Krimpenerwaard waar in 2008 volledige
schadeloosstelling en een proactieve ruil- en aankoopstrategie zijn toegepast. Dat
heeft er daar toe geleid dat 104 van de geplande 150 hectare (69%) zijn
verworven.
Vrijwillige grondverwerving blijft het uitgangspunt, maar provincies geven aan dat
in specifieke gevallen onteigening noodzakelijk is om met net dat ontbrekende
stukje grond de realisatie van een project vlot te trekken. Ik heb met provincies
de afspraak gemaakt dat zij landelijk over deze ILG-periode tot maximaal 10%
kunnen onteigenen, maar daar terughoudend mee dienen om te gaan. Bij de mid
term review zal ik samen met hen bezien of deze 10% volstaat.
Over Particulier Natuurbeheer kan ik u melden dat particulieren en andere
beheerders en betrokkenen in het landelijk gebied mij onlangs concrete
voorstellen hebben aangeboden, die moeten leiden tot een impuls in het
Particulier Natuurbeheer. Ik streef ernaar om aan het einde van dit jaar mijn
standpunt daarover aan de Europese Commissie aan te bieden.
Effectmonitoring
De drie Groene Hartprovincies ontwikkelen momenteel een netwerk van
effectmetingen, waardoor de realisatie van het beleid kan worden afgezet tegen
de (rijks)doelen voor het Groene Hart. De voortgangsrapportage 2009 over het
Uitvoeringsprogramma 2007-2013 zal de nulmeting van die effecten bevatten.
Pagina 9 van 11
Doorwerking Voorloper en Kwaliteitsatlas in provinciale structuurvisies Directie Regionale Zaken
Vestiging West
Met de Voorloper en de Kwaliteitsatlas ligt er een goede gezamenlijke basis voor
de doorwerking van de (rijks)beleidsdoelen in het Groene Hart. De volgende stap
is een goede borging van de Voorloper en Kwaliteitsatlas in de provinciale Datum
15 juli 2009
structuurvisies en verordeningen. Mijn collega-bewindslieden en ik hechten veel
Onze referentie
belang aan een snelle borging. Dat vraagt om een goede afstemming tussen de DRZW/2009-1927
drie provincies, die elk hun eigen besluitvormingsproces kennen en doorlopen. Wij
zullen bij dit proces betrokken blijven.
Conclusies
Uit het bovenstaande blijkt dat sinds de Groene Hartbrief er een aantal belangrijke
stappen is gezet. Het beleid is inmiddels uitgewerkt en de provincies en
gemeenten zullen het de komende tijd verankeren in hun ruimtelijke ordening.
Ik heb waardering voor het vele werk dat door de Groene Hartprovincies is verzet.
De uitvoering is gestart en zal de komende jaren zichtbare effecten in het Groene
Hart opleveren.
We zitten midden in een transitie van beleid naar uitvoering. Dit vraagt ook een
andere benadering vanuit het Rijk (monitoren in plaats van actief betrokken). Bij
de beleidsuitwerking zijn mijn collega-bewindslieden en ikzelf vaak betrokken
geweest voor een goede koppeling tussen het rijksbeleid en provinciaal beleid. Ik
ben tevreden over deze samenwerking tussen het Rijk en de provincies en andere
organisaties. Er ligt een heldere visie op wat de komende periode te doen staat.
De basis is daarmee gelegd. Het gaat nu vooral om een consistente doorwerking
en uitvoering door provincies, gemeenten en andere organisaties. Dit proces
zullen wij goed blijven volgen.
Tegelijkertijd liggen er ook enkele zorgpunten, zoals de grondverwerving. De
problematiek is echter niet uniek voor het Groene Hart. Bovendien is de uitvoering
hier pas goed een jaar op gang en de provincies werken hard aan oplossingen. In
Noord-Holland zijn bijvoorbeeld creatieve arrangementen ontwikkeld als
alternatief voor grondverwerving. En ik memoreer nog eens aan de positieve
ervaringen in de Krimpenerwaard. Ik heb de Groene Hartprovincies opgeroepen
zich vooral op deze creatieve manier in te blijven zetten. Ik begrijp dat daarbij
naast de creatieve instrumenten onteigening noodzakelijk wordt geacht. Wij
hebben afspraken gemaakt dat dit instrument terughoudend, tot een maximaal
percentage van 10% van de te verwerven grondoppervlakte, ingezet kan worden
voor realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur. Dit percentage betreft een
landelijk gemiddelde, waarbij de provincies de mogelijkheid hebben om onderling
te verevenen.
Al met al gaat het de goede kant op in het Groene Hart. De resultaten zijn nog
niet direct zichtbaar in het veld. We moeten de provincies de tijd en kans geven
om verdere voortgang te boeken.
Pagina 10 van 11
De midterm-review van het ILG en het uitkomen van de Monitor Nota Ruimte Directie Regionale Zaken
Vestiging West
(beide 2010) zijn de eerste momenten voor een evaluatie en eventueel daaraan te
verbinden consequenties.
Datum
15 juli 2009
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
Onze referentie
VOEDSELKWALITEIT, DRZW/2009-1927
G. Verburg
Bijlage:
Samenvatting van de Voortgangsrapportage 2008 over het Uitvoeringsprogramma
2007-2013 door het programmabureau Groene Hart.
Voor downloaden van PDF-bestanden:
Zie het origineel
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit