Universiteit Maastricht
Persbericht
15 juli 2009
Embargo tot 15 juli 2009 01:00 uur
ROA onderzoekt de gevolgen van de crisis voor schoolverlaters
Invloed crisis op latere loopbaan van schoolverlaters valt mee
Op korte termijn leidt de economische crisis tot een forse stijging van de werkloosheid onder vooral laagopgeleiden. Bij jongeren die vanuit het VMBO en MBO (BOL) niveau 1 de arbeidsmarkt op gaan kan de werkloosheid zeer fors toenemen. Op de lange termijn echter zullen de gevolgen meevallen. Schoolverlaters die in deze tijden van recessie moeilijk een baan kunnen krijgen, zullen dus niet voorgoed verloren zijn voor de arbeidsmarkt. Dat is een van de conclusies uit het rapport "Schoolverlaters tussen Onderwijs en Arbeidsmarkt 2008 ", van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Universiteit Maastricht op basis van onderzoek naar de overgang van school naar werk.
Het onderzoek vond plaats onder 117.250 jongeren die in 2007 hun diploma van het VMBO, MBO-BOL, MBO-BBL, HAVO, VWO, HBO en WO haalden. Er is onderzocht wat anderhalf jaar later (najaar 2008) hun positie was in het vervolgonderwijs en/of op de arbeidsmarkt. Bij de jongeren die geen startkwalificatie hebben behaald zijn de gevolgen van de crisis al flink merkbaar: bij schoolverlaters van het VMBO is de werkloosheid gestegen van 6% naar 9% en bij MBO-BOL niveau 1 van 10% naar 16%. Bij de overige schooltypen zien we nog geen stijging van de werkloosheid. Daarbij moet echter bedacht worden dat deze jongeren net voor het uitbreken van de crisis de arbeidsmarkt hebben betreden.
In het rapport is ook gekeken naar eerdere cohorten, met name het cohort dat tijdens de crisis van de jaren '80 op de arbeidsmarkt kwam. Van dit cohort is de positie 20 jaar later opnieuw bekeken en vergeleken met eerdere en latere cohorten. Op dat moment blijkt er geen verschil te zijn in werkloosheid of niveau van de baan. Wel blijkt dat jongeren die in tijden van crisis hun eerste baan vinden ook na 20 jaar wat achterlopen in salaris. Gebleken is dat een crisis vooral op de korte termijn nadelige gevolgen heeft. Na vijf tot tien jaar verdwijnt de nadelige invloed op de baankansen en resteert alleen een klein effect op het salaris.
Verder laat het ROA rapport zien dat een crisis leidt tot een verschuiving in de keuze van een vervolgopleiding. Minder jongeren kiezen dan voor een technische opleiding, omdat juist deze sector (zoals de auto-industrie en de bouw) conjunctuurgevoelig is. Dat betekent dat het structurele tekort aan vaktechnici dat nu al bestaat, na de recessie nog extra toe zal nemen.
Ook de instroom in de MBO BBL (beroepsbegeleidende leerweg) is sterk conjunctuurgevoelig. In tijden van crisis zijn er minder leerarbeidsplaatsen en worden jongeren gedwongen uit te wijken naar een opleiding in de MBO BOL (beroepsopleidende leerweg ofwel voltijds onderwijs). Dit kan leiden tot motivatieproblemen en het voortijdig verlaten van de opleiding. Als voortijdig schoolverlater (en dus laaggeschoold) zijn hun kansen op de arbeidsmarkt vervolgens erg klein. Het is dus van groot belang dat er ook in tijden van crisis voldoende leerarbeidsplaatsen beschikbaar zijn.
Hoe kunnen studenten het beste voorbereid worden op een recessie? Op deze vraag geeft het laatste hoofdstuk van het rapport antwoord. Dit is uitsluitend gedaan voor HBO en WO opleidingen, omdat vergelijkbare cijfers voor het MBO ontbreken. Het blijkt dat opleidingen op HBO en WO niveau die goede voorlichting geven over mogelijkheden op de arbeidsmarkt, het beter doen dan opleidingen die dit niet doen. Ook stages en relevante werkervaring blijken goede voorspellers te zijn voor een succesvolle transitie op de arbeidsmarkt. Bovendien blijken goede cijfers ook van invloed te zijn op het succes op de arbeidsmarkt; excellentie loont.
Universiteit Maastricht
Universiteit Maastricht