Federale regering Belgie
Marktpraktijken
Voorontwerp van wet betreffende marktpraktijken en
consumentenbescherming
De ministerraad heeft een voorontwerp van wet goedgekeurd betreffende
marktpraktijken en consumentenbescherming dat de wet van 14 juli 1991
betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en de bescherming
van de consument vervangt. Die wet wordt nu aangepast aan de
economische toestand en de Europese voorschriften. Het voorontwerp is
een initiatief van minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen Vincent
Van Quickenborne, minister van KMO's en Zelfstandigen Sabine Laruelle
en de minister bevoegd voor Consumentenzaken Paul Magnette.
De omstandigheden waarin Belgische ondernemingen concurrentie voeren,
de nieuwe marktvoorwaarden en de huidige behoeften en eisen van de
consumenten worden beter op elkaar afgestemd. Verder wordt de
integratie van KMO's in de Europese markt bevorderd en de loyauteit
tussen de deelnemers aan het handelsverkeer gewaarborgd. Daarnaast
krijgen de zwakste ondernemingen voldoende bescherming.bescherming van
de consument wordt gewaarborgd, meer bepaald door hem voldoende,
aangepaste en correcte informatie te bieden.
De aankondiging van prijskortingen wordt eenvoudiger: de regels voor
de aankondiging van prijsverminderingen worden versoepeld en de
consument krijgt volledige en juiste informatie over de
prijsverschillen.
Om de verkoop via internet en op afstand te bevorderen is het
toegelaten om de betaling voor het aflopen van de bedenkperiode te
eisen. Die periode wordt verlengd tot 14 kalenderdagen in plaats van
zeven werkdagen en de afgevinkte keuzemogelijkheden om de aankoop van
bijkomende producten te weigeren, worden verboden. De bedoeling is om
de elektronische verkoop te stimuleren en tegelijk de consument te
beschermen.
De sperperiodes beginnen op 6 december en 6 juni(voor kledij, schoenen
en lederwaren) met de mogelijkheid om reclame te maken voor koopjes.
De koppelverkoop of de gezamenlijke aanbiedingen aan consumenten zijn
toegelaten, tenzij het om oneerlijke handelsprakijken gaat. Voor de
financiële diensten blijft het verbod gelden (er zijn uitzonderingen
voorzien).
Het voorontwerp wordt voor advies overgemaakt aan de Raad van State.