Ministerie van Economische Zaken
Beantwoording kamervragen over oneerlijke concurrentie
10 juli 2009 | kamerstuk | PDF document, 23 Kb
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de leden Elias,
Weekers (VVD) en Smeets (PvdA) over oneerlijke concurrentie
(ingezonden 22 juni 2009).
> Retouradres Postbus 20101 2500 EC Den Haag
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA 's-GRAVENHAGE
Datum 10 juli 2009
Betreft Beantwoording kamervragen over oneerlijke concurrentie
Pagina 1 van 3
Directoraat-Generaal
Economische Politiek
Directie Europa, Mededinging
en Consumenten
Bezuidenhoutseweg 30
Postbus 20101
2500 EC Den Haag
T 070-3798911 (algemeen)
www.ez.nl
Behandeld door
Alida Akkerman
T 070 379 7716
A.A.Akkerman@minez.nl
Ons kenmerk
EP/EMC9119922
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de leden Elias, Weekers (VVD)
en Smeets (PvdA) over oneerlijke concurrentie (ingezonden 22 juni 2009).
1
Heeft u kennisgenomen van het feit dat Heidelberger Druckmachinen in Duitsland
¤ 800 miljoen staatssteun toegezegd gekregen heeft van de nationale overheid in
Berlijn en van de deelstaat waar het bedrijf gevestigd is?
Antwoord
Ja
2
Deelt u de mening dat daardoor een gelijk speelveld tussen Duitsland en
Nederland geschaad wordt, meer specifiek dat - waar immers de grafische markt
steeds meer overstapt naar digitale printers- het Nederlandse bedrijf Océ hierdoor
oneigenlijke concurrentie wordt aangedaan?
3
Welke maatregelen bent u voornemens te treffen om uw tijdens het Kamerdebat
op 18 juni jl. over protectionisme gedane algemene uitspraken over uw niet
aflatende inzet in EU-verband om een gelijk speelveld binnen Europa te
bevorderen, in dit concrete geval waar te maken?
Antwoord 2 en 3
Voor zover bekend zal in het voorliggende plan Heidelberger Druckmachinen ten
eerste garanties ontvangen ter waarde van ¤ 495 miljoen. Deze garanties worden
gebruikt om een lening van ¤ 550 miljoen te kunnen krijgen. Over deze garanties
wordt een premie betaald van 3,8 %. Op deze garantiepremie geeft Duitsland een
korting van 15%. De steun, die bestaat uit een korting op de garantiepremie,
komt derhalve uit op ¤ 3 miljoen per jaar.
Ten tweede ontvangt Heidelberger Druckmachinen een lening ter waarde van ¤
300 miljoen van de staatsbank KfW. Over de lening van ¤ 300 miljoen zal
Heidelberger Druckmachinen rente moeten betalen. De steun, die bestaat uit een
korting op de rente, komt naar verwachting uit rond ¤ 4 miljoen per jaar.
Het eerdergenoemde bedrag van 800 miljoen betreft derhalve niet het directe
bedrag dat Duitsland aan Heidelberger geeft. De korting op de garantiepremie en
de rente komt naar schatting uit rond ¤ 7 miljoen per jaar.
Deze maatregelen om steun te geven aan Heidelberger Druckmachinen zijn
gebaseerd op twee algemene maatregelen: een gericht op het verstrekken van
garanties op leningen (met gesubsidieerde garantiepremie) en de ander op het
verstrekken van leningen zelf (met gesubsidieerde rente). Duitsland heeft deze
algemene maatregelen genomen op grond van de Tijdelijke communautaire
kaderregeling inzake staatssteun ter stimulering van de toegang tot financiering in
de huidige financiële en economische crisis.
Zoals gezegd betreft dit een tijdelijk kader. De garanties kunnen uiterlijk tot 2010
worden verstrekt. Vanaf de dag dat de garantie wordt toegekend kan de verlaging
van de garantiepremie voor ten hoogste twee jaar worden toegepast. De korting
op de rente van de lening is van toepassing op overeenkomsten die voor 31
december 2010 gesloten zijn, en kan worden toegepast op rentebetalingen die
voor 31 december 2012 verschuldigd zijn.
Beide algemene maatregelen zijn door de Europese Commissie getoetst en
goedgekeurd. De Europese Commissie acht na beoordeling van de algemene
maatregelen de verstoring van de concurrentieverhoudingen gering en
aanvaardbaar in het licht van de economische crisis. De algemene maatregelen
voldoen derhalve aan de Europese regels voor staatssteun. Aangezien de plannen
voor de steun aan Heidelberger Druckmachinen onder de goedgekeurde algemene
maatregelen vallen en dus binnen het tijdelijk kader passen, hoeven deze niet
individueel aan de Europese Commissie te worden voorgelegd. Wel houdt de
Europese Commissie nauwlettend in de gaten of het geven van steun volgens de
regels wordt gedaan. De Europese Commissie gebruikt bij deze screening van
maatregelen ook signalen uit andere lidstaten.
Het voorgaande neemt niet weg dat een effect op de concurrentie niet valt uit te
sluiten. Dit geldt zelfs wanneer de steun gepaard gaat met substantiële
herstructurering als in het geval van Heidelberger Druckmachinen. Deze effecten
zijn niet te vermijden en gelden ook voor de maatregelen die in Nederland en
andere lidstaten rondom kredietverlening worden genomen. Hiermee wil ik
geenszins bagatelliseren dat in Duitsland met ondersteuning hogere bedragen zijn
gemoeid dan in Nederland en dat bij de Duitse maatregel sprake is van een
subsidie op de rente en de garantiepremie. Dit neemt niet weg dat er, zoals in het
debat met uw kamer over protectionisme op 18 juni jl. aangegeven, binnen de
vastgestelde staatssteunkaders ruimte moet zijn voor maatwerk bij de
wijze waarop lidstaten reageren op de crisis. Uw Kamer heeft mij in de motie Ten
Hoopen/Gesthuizen (31 371, nr. 208) gevraagd hoe dit kabinet omgaat met
bedrijven in moeilijkheden en onder welke voorwaarden deze geholpen kunnen
worden. Mijn antwoord daarop ontvangt u kort na het zomerreces. Bij al deze
maatregelen, in Nederland en andere lidstaten, geldt als harde voorwaarde dat
die maatregelen wel binnen de vastgestelde regels voor staatssteun blijven.
Wanneer mij signalen bereiken dat andere lidstaten niet in overeenstemming met
de Europese staatssteunregels handelen, dan zal ik hiervoor nadrukkelijk
aandacht vragen bij de Europese Commissie.
Tot slot is het zeer belangrijk dat, vanwege het onvermijdbaar effect op de
concurrentie, de genomen maatregelen, waarbij sprake is van subsidie op rente
en garantiepremies, tijdelijk zijn en blijven.
(w.g.) Maria J.A. van der Hoeven
Minister van Economische Zaken