Rechtbank Middelburg
Celstraffen voor hasjtransporten met campers
Utrecht, 9 juli 2009 - De rechtbank in Utrecht heeft vier mannen en
een vrouw, in leeftijd variërend van 34 tot 58 jaar, veroordeeld
wegens betrokkenheid bij hasjtransporten tussen Marokko, Spanje en
Nederland. De rechtbanken legden gevangenisstraffen op die varieerden
tussen de 15 maanden en vijf jaar. De straffen vielen hoger uit dan de
eisen van de officier van justitie, twee weken geleden.
De veertigjarige hoofdverdachte uit Utrecht werd veroordeeld tot vijf
jaar gevangenisstraf. De rechtbank achtte hem schuldig aan drie
hasjtransporten, deelname aan een criminele organisatie en
wederrechtelijke vrijheidsberoving, van een man een vrouw, waaronder
een medeverdachte.
Volgens de rechtbank komt het beeld naar voren van een criminele
organisatie die zich bezig hield met het organiseren van transporten
van hasj vanuit Marokko naar Spanje en vanaf daar naar Nederland. Voor
de organisatie van de transporten werden diverse werkzaamheden
verricht door verschillende personen binnen de criminele organisatie.
Vanuit Nederland werden campers naar Marokko gereden, waar ze speciaal
werden geprepareerd en enige tijd bleven staan om door andere leden
van de criminele organisatie volgeladen te worden met hasj. Vervolgens
moesten geronselde chauffeurs met de volgeladen campers naar de
veerboot van Marokko naar Spanje rijden en daar de overtocht maken. De
douane werd door leden van de criminele organisatie omgekocht, zodat
de campers met verdovende middelen ongehinderd het land konden
verlaten. In Malaga werden de campers opgewacht en overgenomen door
andere leden van de criminele organisatie. De verdovende middelen
werden vervolgens naar Nederland gereden voor de verkoop in Nederland
of voor verdere smokkel naar Engeland en/of Scandinavië.
Een 34-jarige man uit Bilthoven werd vrijgesproken van deelname aan de
criminele organisatie. Wel achtte de rechtbank hem schuldig aan het
plegen van wederrechtelijke vrijheidsberoving. De rechtbank legde hem
een gevangenisstraf van twee jaar op.
Een 34-jarige man uit De Bilt werd vrijgesproken. Hij werd verdacht
van betrokkenheid bij de wederrechtelijke vrijheidsberoving, maar de
rechtbank oordeelde dat hiervoor onvoldoende bewijs was.
Bron: Rechtbank Utrecht
Datum actualiteit: 9 juli 2009 Naar boven