Motie Eerste Kamer maakt subsidie kinderopvang afhankelijk van arbeidsuren
ouders
8 juli 2009
De Eerste Kamer wil dat vanaf 1 juli 2010 een koppeling wordt
aangebracht tussen het aantal uren dat ouders subsidie krijgen voor
kinderopvang en het aantal door hen gewerkte uren. Hierdoor moet de
fraude bij de kinderopvang worden verminderd. Een motie van deze
strekking is dinsdag 7 juli met algemene stemmen aangenomen ( EK
31.874, H ), nadat de Senaat eerder had ingestemd met een wijziging
van de Wet kinderopvang ( 31.874 ). De aanpassing voorziet in een
herziening van het stelsel van gastouderopvang. Tegen de wetswijziging
stemden de fracties van VVD, SP, GroenLinks, D66 en Partij van de
Dieren.
De aangenomen motie, ingediend door PvdA-senator Linthorst , stelt
voor dat de gegevens van ouders in loondienst moeten meetellen als
criterium voor de toekenning van subsidie. Daarbij is het aantal
gewerkte uren van de ouder die de minst betaalde arbeid verricht
maatgevend. Voor zelfstandigen zonder personeel moet zo spoedig
mogelijk na 1 juli 2010 een vergelijkbare regeling worden getroffen.
Staatssecretaris Dijksma van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen deed
geen uitspraak over de wenselijkheid van de motie, maar zei die wel te
beschouwen als een ondersteuning van het door haar voorgestelde
beleid. âOok de regering wil een koppeling gaan aanbrengen tussen het
gewerkte aantal uren van ouders en het aantal uren waarvoor zij een
toeslag voor kinderopvang vragenâ, aldus Dijksma. Zij kondigde aan dat
zij in het najaar in een notitie zal aangeven hoe en wanneer deze
koppeling gerealiseerd kan worden. Zij wilde zich niet vastleggen op
een termijn, om de belastingdienst niet voor een voldongen feit te
plaatsen.
Senator Dupuis van de VVD zei dat de financiële basis van het
wetsvoorstel wankel is. Het is niet duidelijk hoe groot de fraude in
de afgelopen is geweest en ook niet of de fraude wel is aan te pakken
op basis van dit wetsvoorstel. Zij had er bezwaar tegen dat de
gastouders worden aangepakt in plaats van de naar haar zeggen âfouteâ
gastouderbureaus. Meer in het algemeen heeft de VVD er bezwaar tegen
dat een informeel systeem op deze wijze wordt geformaliseerd. De
regering draait volgens de VVD het instituut gastouder de nek om. Het
streven van de regering om via de kinderopvang kinderen hun talenten
beter te laten ontwikkelen typeerde de VVD-senator als
âstaatspaternalismeâ.
Kwaliteitsnormen
Tijdens het debat met staatssecretaris Dijksma maakten alle sprekers
bezwaar tegen de regeling dat vraagouders hun toeslag terug moeten
betalen als de gastouder vanaf 1 september 2010 niet aan de nieuwe
wettelijke eisen voldoet. Deze eisen houden onder meer in dat
gasthouders een EHBO-diploma moeten hebben en een kwalificatie voor
kinderopvang moeten verwerven op mbo-2-niveau dan wel een
ervaringscertificaat, waaruit hun geschiktheid blijkt.
De Eerste Kamer vindt dat de terugbetaling van vraagouders van de
toeslag voor gastouders die niet aan de eisen voldoen alleen mag
worden geclaimd in die gevallen waarin willens en wetens toeslagen
zijn geclaimd zonder de intentie aan de wet gestelde voorwaarden te
voldoen. Deze opvatting staat in een motie die door PvdA-senator
Linthorst werd ingediend met steun van vrijwel alle andere fracties (
EK 31.874, I ). Staatssecretaris Dijksma ontraadde deze motie omdat
die de regering zou beperking in de poging fraude bij de kinderopvang
tegen te gaan. Alleen de VVD-fractie stemde tegen deze motie.
Ook op een derde punt was er verschil van inzicht tussen de
staatssecretaris en de Eerste Kamer, namelijk het verbod voor
gastouders om op meer dan één locatie kinderen op te vangen. Werken
op meer dan een plek zou de voorziene controle door de GGD te zeer
bemoeilijken, aldus de staatssecretaris.
Senator Linthorst van de PvdA zei dat gastouders vaak oudere vrouwen
zijn die zelf kinderen hebben opgevoed of op een andere manier veel
levenservaring en wijsheid hebben opgedaan. Door gebrek aan
duidelijkheid over wat er onder de nieuwe wet van hen wordt verwacht
kunnen zij worden afgeschrikt om zich te willen kwalificeren. âDat kan
toch niet de bedoeling zijnâ, vroeg mevrouw Linthorst. Ook de controle
van alle gastouderplekken door de GGD vond de PvdA-fractie wat ver
gaan. âEen ouder die zijn of haar kinderen zelf thuis opvangt krijgt
geen controle. Hetzelfde huis wordt wel gecontroleerd op veiligheid
als niet de ouder, maar een gastouder de kinderen opvangtâ, zei
senator Linthorst.
Senator Goyert van de CDA-fractie hekelde eveneens het stellen van
kwaliteitseisen aan gastouders. âHet stellen van kwaliteitseisen
waaraan gastouders moeten voldoen om in een register te worden
opgenomen is een voortschrijdende vorm van institutionaliseringâ, zei
mevrouw Goyert. Zij zette ook vraagtekens bij het traject dat
gastouders moeten afleggen om een erkenning van verworven competenties
(EVC) te krijgen. De CDA-fractie vond dat gastouders die al jarenlang
werkzaam zijn vrijgesteld moeten worden van de
professionaliseringseisen. De voorgestelde maximum urennorm voor
kinderopvang van 230 uur per maand vond de CDA-fractie aan de hoge
kant.
SP-senator Meulenbelt trok een vergelijking met de mantelzorgers die
via een persoonsgebonden budget (PGB) betaald kunnen worden. Gaat de
regering daar ook controles op uitvoeren? Zij vond het wetsvoorstel
onvoldoende doortimmerd om aan de fraude en het uit de pan rijzen van
kosten wat te doen. Senator Meulenbelt zei dat ongeveer 35.000 van de
huidige 70.000 gastouders er de brui aan zullen geven. Dat betekent
verlies aan arbeidsparticipatie, vond zij.
Ook senator De Boer uitte namens de fracties van ChristenUnie en SGP
twijfel over de effectiviteit van de wet waar het gaat om het
aanpakken van fraude. Hij wees erop dat soms voor zevenmaal 24 uur
opvang per week subsidie wordt gevraagd. In dat licht vond hij de
urennorm van 230 uur per maand veel te royaal. Of een kind nu naar de
basisschool gaat of niet, een ouder kan nu 12x230=2760 uren
kinderopvang gesubsidieerd krijgen, ongeacht de omvang van de
arbeidsrelatie. âDat is onze fracties toch werkelijk te gekâ, aldus
senator De Boer.
---
* stenogram 7 juli 2009 pdf icoon
* stenogram 6 juli 2009 pdf icoon
Eerste Kamer der Staten Generaal