Openbaar Ministerie


* >Voortvluchtige veroordeelden opgespoord door TES

Voortvluchtige veroordeelden opgespoord door TES

8 juli 2009 - Arrondissementsparket Zwolle-Lelystad

Van juni 2006 tot en met april 2009 heeft het Team Executie Strafvonnissen (TES) 125 personen aangehouden, van wie 89 in het buitenland. In totaal zijn de aanhoudingen in het jaar 2008 goed geweest voor een gevangenisstraf van 123 jaar. Het TES is een samenwerkingsverband tussen het Openbaar Ministerie (OM) en de politie dat zich bezighoudt met het signaleren en opsporen van voortvluchtige veroordeelden die hun gevangenisstraf nog niet hebben uitgezeten.

Het TES is juni 2006 met een geringe bezetting op projectbasis gestart en richtte zich aanvankelijk op het in kaart brengen van de problematiek rondom voortvluchtige veroordeelden. Sinds april 2007 is het team operationeel. Het TES is opgericht na de wetswijziging van 1 juli 2005 waarbij het mogelijk werd om bijzondere opsporingsbevoegdheden te gebruiken bij het traceren van veroordeelden, zoals tappen en observeren. Tot 1 juli 2005 waren er te weinig mogelijkheden om effectief op te kunnen sporen.

Taken TES

Het TES houdt zich bezig met vonnissen van personen die geen bekende woon of verblijfplaats in Nederland hebben. De ondergrens voor executie van vonnissen ligt daarbij op een gevangenisstraf van 120 dagen. Bij de zwaardere delicten moet men denken aan bijvoorbeeld personen die in eerste instantie waren vrijgesproken en op vrije voeten werden gesteld maar in hoger beroep alsnog werden veroordeeld, maar niet meer traceerbaar waren.

Bij de lichtere delicten gaat bijvoorbeeld om mensen zonder vaste woon- of verblijfplaats die zijn aangehouden, volgens het geldende beleid met een dagvaarding zijn heengezonden maar na hun veroordeling spoorloos bleken. Voor beide categorieën geldt daarnaast dat het om mensen gaat waarvan de voorlopige hechtenis door de rechtbank is geschorst danwel tussentijds is opgeheven.
De executie van vonnissen met een gevangenisstraf minder dan 120 dagen wordt gedaan door de regionale politie, zodat ook deze categorie veroordeelden hun straf niet ontlopen.

Het TES rangschikt de zaken aan de hand van criteria als ouderdom van vonnis of arrest en de aard van het gepleegde delict. Per 1 mei 2009 is de werkvoorraad van het TES 2137 zaken. In ruim 80% van de zaken gaat het om personen die een gevangenisstraf van 120 dagen of meer maar minder dan 300 dagen moeten uitzitten. Een kleine 20% betreft personen die een gevangenisstraf van meer dan 300 dagen moeten uitzitten.

TES heeft van de 2137 zaken er momenteel 767 in behandeling. Het gaat daarbij om 257 zaken in de actieve opsporing en 510 zaken in de niet-actieve opsporing (werkzaamheden die betrekking hebben op het signaleren en overleveringen, maar ook overdracht van de tenuitvoerlegging aan het buitenland).

Het TES doet aan actieve opsporing als het gaat om zaken waarbij een veroordeelde een gevangenisstraf van 300 dagen of meer moet uitzitten. Van het overgrote deel van de gevallen blijkt dat de veroordeelden zich in het buitenland bevinden.

Het TES gaat over tot internationale signalering wanneer een voortvluchtige veroordeelde nog een gevangenisstraf van 120 of meer dagen open heeft staan.

Voor veroordeelden die een gevangenisstraf van meer dan 120 dagen maar minder dan 300 dagen moeten uitzitten, vaardigt het TES bovendien een Europees Arrestatiebevel (EAB) uit als men vermoedt dat de voortvluchtige veroordeelde zich waarschijnlijk binnen Europa bevindt. Het EAB is een middel om een eenvoudige overlevering van veroordeelden binnen Europa mogelijk te maken.

Het is het niet meer nodig om na het EAB een apart overleveringsverzoek te doen wat tijd kan besparen. Bij aanhouding van de gezochte persoon (bijvoorbeeld bij een verkeerscontrole) kan deze dan over het algemeen vrij snel worden overgeleverd binnen Europa. Als het TES vermoedt dat de voortvluchtige veroordeelde zich buiten de EU bevindt, dan wordt een internationaal opsporingsbevel uitgevaardigd.

Succesvolle aanhoudingen

In Nederland is een vrouw aangehouden die in 1994 door het Gerechtshof Den Haag is veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf voor een moord in 1992. Zij leek aanvankelijk in Bulgarije te zitten, maar was kennelijk in 2004 weer naar Nederland gekomen, zo bleek uit onderzoek. Zij moet nu nog 7 jaar zitten. Ook werd een man zonder vaste woon- of verblijfplaats aangehouden die nog 734 dagen moest uitzitten als gevolg van twee veroordelingen voor oplichting en verduistering. De man was inmiddels een `bekende' internetoplichter geworden. Er loopt momenteel een onderzoek naar mogelijk nieuwe strafbare feiten.

Van de 89 personen die in het buitenland zijn aangehouden, is de helft inmiddels overgeleverd aan Nederland. In Oostenrijk is bijvoorbeeld een man aangehouden die in 1996 veroordeeld was voor verkrachting en nog een straf van twee jaar moest uitzitten. Ook zijn twee drugshandelaren opgepakt. Zij gaan respectievelijk 3000 en 1500 dagen achter slot en grendel. Voor de rest loopt een procedure.

Ondanks alle inspanningen van het TES leidt niet iedere aanhouding in het buitenland automatisch tot een overlevering. Dit heeft verschillende oorzaken. Zo komt het voor dat een zaak die in Nederland nog niet verjaard is, wel verjaard kan zijn in het land waar de veroordeelde verblijft. In dat geval gaat het land niet meer tot overlevering over.
Ook als een veroordeelde in het land van herkomst verblijft en dit land levert geen eigen onderdanen uit, is slechts overname van de straf mogelijk. Ook deze overname wordt vanuit het TES geïnitieerd en heeft inmiddels tot tenuitvoerleggingen van straffen in het buitenland geleid.

Daarnaast heeft TES te maken met andere wetgeving die geldt bij de inzet van bijzondere opsporingsmiddelen in het buitenland. In de Nederlandse wetgeving zijn sinds juli 2005 weliswaar de mogelijkheden verruimd, zodat het TES opsporingsmiddelen kan inzetten die ook in reguliere strafrechtelijke onderzoeken worden gebruikt, zoals tappen en observeren; in het buitenland mogen deze opsporingsmiddelen in de executiefase niet altijd worden ingezet.

Uitbreiding TES

Het OM vindt het onacceptabel dat onherroepelijk veroordeelden een rechtmatige straf ontlopen simpelweg door hun traceerbaarheid te bemoeilijken. Het TES wil samen met de politie er alles aan doen om ervoor te zorgen dat ook voortvluchtige veroordeelden opgespoord worden. Daarmee wordt ook recht gedaan aan de slachtoffers. Het opsporen van voortvluchtige veroordeelden blijkt uit ervaring zeer arbeidsintensief te zijn. De minister van justitie en de minister van BZK hebben de Tweede Kamer in maart toegezegd dat de verwerkingscapaciteit van het TES in eerste instantie zal worden verdubbeld. De Minister van Justitie zal hiervoor de kosten dragen.