Gemeente Utrecht
SV 2009, nr. 81 inzake hoog percentage moslims overweegt Nederland te verlaten
2009 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
81 Vragen van de heer A. Essousi
(ingekomen 2 juli 2009)
Uit het Stand tv-onderzoek 'Invloed Wilders op thuisgevoel moslims' dat het actualiteitenprogramma Netwerk heeft laten doen door onderzoeksbureau Motivaction blijkt dat 37% van de Turkse en Marokkaanse moslims Nederland wil verlaten en 51% overweegt dat te doen. De populariteit van Geert Wilders en de wijze waarop hij zich profileert lijken hier verband mee te houden.
Ook de PvdA fractie heeft diverse signalen gekregen van moslims die zich met de groei van de aanhang van Wilders steeds onbehaaglijker zijn gaan voelen en graag terug willen naar het land van herkomst omdat zij zich niet meer welkom voelen in Utrecht.
Bijna een kwart van de moslims zegt geregeld te worden gediscrimineerd (24%), 39% zegt vaker te worden gediscrimineerd sinds de toenemende populariteit van Wilders en 74% meent dat autochtonen negatiever tegen moslims zijn gaan aankijken sinds de toenemende populariteit van Wilders.
De PvdA vindt dat discriminatie, op welke grond ook, verwerpelijk en deze cijfers baren de PvdA zorgen.
Over de opvattingen en uitspraken van Wilders geven moslims aan teleurgesteld te zijn (47%) en boosheid te voelen (47%). In mindere mate roept Wilders gevoelens van angst(22%) en haat (22%) op. 18% geeft overigens aan helemaal niet geraakt te zijn door opvattingen/uitspraken van Wilders.
Het bovenstaande baart de PvdA zorgen en heeft voor het college de volgende vragen:
1. Bent u bekend met het Stand tv-onderzoek van Netwerk waarin blijkt dat 37% van de Turkse en Marokkaanse moslims ons land wil verlaten en 51% dit overweegt?
2. Hoe beoordeelt u het dat 37 % van de moslims Nederland wil verlaten en dat 21% aangeeft geregeld gediscrimineerd wordt?
3. Heeft het college deze signalen net als de PvdA fractie ook in Utrecht ontvangen? Zo ja, wat concludeert u hieruit?
4. Kan het college aangeven hoeveel meldingen zijn gedaan bij discriminatiebureau omtrent dit fenomeen en welke acties het college daarop onderneemt?
5. Is het college het met de PvdA eens dat het de taak is van de lokale overheid om te zorgen dat burgers in Utrecht zich thuis moeten kunnen voelen en dat alle vormen van discriminatie aangepakt worden?
6. Bent u bereid om naar aanleiding van dit onderzoek met een Utrechtse visie te komen over hoe bewoners in Utrecht tot elkaar kunnen komen? Zo neen, waarom niet?
---- --