Hirsch Ballin: `Geen shariarechtbanken in Nederland'
Nieuwsbericht | 02-07-2009
Er kan in Nederland geen sprake zijn van een paralelle rechtstructuur
die de werking van de Nederlandse rechtsorde ondermijnt. Uitspraken of
handelingen van imams of anderen die shariarecht uitleggen of
toepassen hebben in Nederland geen bindende kracht en kunnen derhalve
de Nederlandse wet niet opzijzetten. Tegen schendingen van het recht
wordt zonodig met strafrechtelijke middelen opgetreden. Dat schrijft
minister Hirsch Ballin in antwoord op kamervragen over
Sharia-rechtbanken.
Wanneer imams of anderen op verzoek van gelovigen uitspraken doen over
wat de islam als passend gedrag beschouwd, zal dit een inbreuk op onze
rechtsorde vormen als mensen door bepaalde uitspraken worden gedwongen
tot gedrag dat zij niet wensen, worden vernederd, of de rechten die
hen volgens het in Nederland geldende recht toekomen worden
geschonden. Bepaalde elementen en interpretaties van de sharia staan
haaks op de kernwaarden van onze democratische rechtsstaat.
De Nederlandse overheid spant zich in om kwetsbare groepen weerbaarder
te maken en hen de weg te laten vinden naar de instituties van onze
rechtsstaat. Hiertoe biedt de overheid voorlichting, bescherming en
hulp aan, zoals via het uitdragen van actief burgerschap, het
voorkomen van eergerelateerd geweld, het ondersteunen van
achtergelaten vrouwen, het verplichten van inburgering, het
bespreekbaar maken van homosexualiteit in migrantengemeenschappen en
het onderhouden van contacten met migrantenorganisaties. Het kabinet
laat een onderzoek uitvoeren naar het verschijnsel van informele
huwelijken zonder voorafgaand burgerlijk huwelijk en van polygame
huwelijken. Ook naar het voorkomen van shariarechtbanken zal onderzoek
worden gedaan.