ChristenUnie
Bijdrage Joël Voordewind aan het spoeddebat over de situatie in
Iran
Bijdrage Joël Voordewind aan het spoeddebat over de situatie in Iran
donderdag 02 juli 2009 16:00
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Voorzitter. Stenigingen van vrouwen, executies van homo's, martelingen
van gevangenen, onderdrukking en discriminatie van etnische en
religieuze minderheden, inperking van de vrijheid van meningsuiting en
persvrijheid. Tegen deze achtergrond hoeft de grove wijze waarop de
demonstraties uit elkaar zijn geslagen, de oppositie is gedwarsboomd
en de roep om een onafhankelijk onderzoek naar het verloop van de
verkiezingen is genegeerd, nauwelijks verbazing te wekken. Het is de
zoveelste onderstreping van het feit dat Iran al dertig jaar zucht
onder een uiterst repressief regime dat zich op grote schaal schuldig
maakt aan de schendingen van mensenrechten. Daarnaast spelen ook nog
de nucleaire ambities en de halsstarrige weigering van Iran om gehoor
te geven aan de resolutie van de Veiligheidsraad, alsook de herhaalde
ontkenning van de holocaust. Die betekent telkens weer een schoffering
van het joodse volk.
Zoals bekend is de ChristenUnie voorstander van het verder opvoeren
van internationale druk op Iran. Bij de begrotingsbehandeling heb ik
een motie ingediend die de regering ertoe oproept om binnen de EU en
met gelijkgezinde landen tot maatregelen te komen zoals additionele
Veiligheidsraadsmaatregelen. Die laten te lang op zich wachten. De
ministers van Buitenlandse Zaken van de Europese Unie hebben afgelopen
weekend in Corfu gesproken over de situatie in Iran. Heeft Nederland
daarbij aangedrongen op verdere aanscherping van de sancties tegen
Iran?
Terecht hebben de Europese ministers van Buitenlandse Zaken het geweld
en de arrestaties scherp veroordeeld. Dat is echter niet genoeg. Het
is belangrijk dat de Europese Unie een krachtig signaal afgeeft aan de
Iraanse autoriteiten door aanvullende maatregelen in de bancaire,
financiële sector te nemen, maar ook door heel terughoudend te zijn
met het aangaan van handelscontacten met Iran en door dit te
ontmoedigen bij het bedrijfsleven. Dit betekent in ieder geval dat
elke vorm van overheidssteun, zoals het verstrekken van
exportkredietverzekeringen moet worden stopgezet.
De Raad van Hoeders heeft afgelopen maandag geconcludeerd dat er geen
sprake is van verkiezingsfraude. Gaat de EU aandringen op
onafhankelijk onderzoek onder internationaal toezicht naar het verloop
van de verkiezingen?
De ChristenUnie steunt het standpunt van de regering om de ambassade
in Teheran open te houden, maar verwacht dan wel een actieve houding
in het monitoren van de behandeling van oppositieleden, in het
tijdelijk opvangen van demonstranten en politieke vluchtelingen die in
nood zijn -- dat hebben wij eerder gedaan in Zimbabwe -- en in het
aandringen op vrijlating van de 2000 politieke gevangenen. Ziet de
minister hierbij ook een rol weggelegd voor het Mensenrechtenfonds,
bijvoorbeeld als het gaat om extra inspanningen voor het garanderen
van persvrijheid? Ik hoor graag de reactie van de minister op deze
vragen.