* >Geen aanwijzingen voor valsheid in geschrifte Deventer moor...
Geen aanwijzingen voor valsheid in geschrifte Deventer
moordzaak
2 juli 2009 - Arrondissementsparket Zwolle-Lelystad
Het onderzoek van de Rijksrecherche naar de gang van zaken bij de
schrijfproeven in de Deventer moordzaak heeft geen aanwijzingen
opgeleverd voor de verdenking dat er valsheid in geschrifte is
gepleegd. De Rijksrecherche rapporteerde onlangs de hoofdofficier van
het arrondissementsparket Zwolle-Lelystad over de onderzoekvragen die
mede waren gebaseerd op aangiftes van een groep burgers.
De schrijfproeven werden tijdens het oriënterend vooronderzoek (in de
periode 2006-2007) naar de Deventer moordzaak afgenomen. Doel was
nogmaals te onderzoeken of twee briefjes die destijds zijn
aangetroffen afkomstig waren van de vriendin van de man die door
sommigen als de werkelijke dader wordt gezien.
Na het oriënterend vooronderzoek werd door een groep verontruste
burgers diverse malen aangifte gedaan, omdat naar hun overtuiging bij
de schrijfproeven valsheid in geschrifte was gepleegd.
De aangevers waren er met name van overtuigd dat de
politiefunctionarissen die volgens de rapportage de schrijfproeven
hadden afgenomen in werkelijkheid hier helemaal niet bij betrokken
waren. Dit werd afgeleid uit het feit dat de bijbehorende formulieren
deels maar door één persoon waren geparafeerd. Ook zouden de
processen-verbaal door één persoon zijn opgemaakt.
De Rijksrecherche schrijft in haar rapportage dat alle getuigen, zowel
de politiefunctionarissen als de vrouwen die de schrijfproef hebben
afgelegd, eenduidig hebben verklaard over hun betrokkenheid. Wel heeft
één politiefunctionaris een coördinerende rol gehad. Vanuit die rol
heeft hij de formulieren afgetekend en de processen-verbaal voorbereid
en deels ook opgesteld. De processen-verbaal zijn vervolgens door de
andere drie politiefunctionarissen ondertekend. Deze werkwijze is niet
strijdig met de richtlijnen.
Verder concludeert de Rijksrecherche dat het vermoeden dat er valsheid
in geschrifte zou zijn gepleegd voor een deel gevoed kan zijn door
enkele administratieve onvolkomenheden of vergissingen. Zo werd papier
gebruikt met de inmiddels verouderde opdruk Gerechtelijk Laboratorium
(in plaats van Nederlands Forensisch Instituut, NFI) en wordt in een
NFI rapportage gesproken over functionarissen van de politieregio
IJsselland, terwijl dit Noord- en Oost Gelderland moet zijn. Dit heeft
echter geen enkele invloed op de betrouwbaarheid of uitkomsten van de
schrijfproeven.
Openbaar Ministerie