1-7-2009
Symposium 'Rechtsstaat in ontwikkelingslanden?'
Op 19 juni jongstleden organiseerde de Teldersstichting in de Lutherse
kerk te Den Haag het symposium Rechtsstaat in islamitische
ontwikkelingslanden?
Op 19 juni jongstleden organiseerde de Teldersstichting in de Lutherse
kerk te Den Haag het symposium Rechtsstaat in islamitische
ontwikkelingslanden? Aanleiding van de bijeenkomst was het verschijnen
van het Teldersstichting-geschrift Rechtsstaat in ontwikkelingslanden?
Aspecten van liberale ontwikkelingssamenwerking (2008). In dit
geschrift, van de hand van oud-Defensieminister Joris Voorhoeve, wordt
de vraag behandeld in hoeverre het mogelijk is van buitenaf
rechtsstatelijkheid te bevorderen in ontwikkelingslanden. Op het
symposium zou deze vraag worden toegespitst op islamitische
ontwikkelingslanden.
Het symposium stond onder voorzitterschap van Tom Zwart, onder meer
curator van de Teldersstichting en hoogleraar mensenrechten aan de
Universiteit Utrecht.
De eerste lezing werd verzorgd door Jan Michiel Otto, hoogleraar Law
and governance in developing countries aan de Universiteit van Leiden.
Hij betoogde dat het concept sharia (islamitische wetgeving) rekbaar
was. In verschillende landen wordt er op uiteenlopende wijzen
invulling aangegeven. Frits Bolkestein, voorzitter van het curatorium
van de Teldersstichting, reageerde op Otto. Bolkestein voerde aan dat
de sharia minder relatief of subjectief is dan Otto stelde. Hij
onderbouwde zijn stelling door verschillende documenten te citeren
waarin werd gesproken van dé sharia.
Na de lunch werd de positie van de vrouw besproken. Nahed Selim,
publiciste en tolk/vertaalster, analyseerde de `Universele
islamitische verklaring van mensenrechten'. Haar boodschap was dat
deze verklaring de rechten van vrouwen en niet-islamieten beknotte.
Daarna vertelde Petra Stienen over haar ervaringen als vrouwelijke
diplomaat in de Arabische wereld.
Vervolgens werden twee landen bij wijze van casus behandeld. Afshin
Ellian, hoogleraar Sociale cohesie, burgerschap en multiculturaliteit
aan de Universteit Leiden zou het hebben over de rechtsstatelijkheid
in Iran. Ellian paste echter, tot genoegen van veel
symposiumdeelnemers, zijn lezing aan naar aanleiding van de recente
ontwikkelingen in dat land - die hij van context en commentaar
voorzag.
Daarna was het woord aan Sebastiaan Pompe, die voor het IMF werkzaam
is in Indonesië. Pompe schetste een vrij positief beeld van het land.
Hij wees erop dat Indonesië tijdens een diepe economische crisis (eind
jaren negentig van de vorige eeuw) een vrij grote mate van
rechtsstatelijkheid had weten te invoeren.
Joris Voorhoeve sloot de dag af door de belangrijkste conclusies van
de dag nog eens samen te vatten.
VVD