Ministerie van Buitenlandse Zaken
Kamerbrief inzake Coöperatie en Verificatiemechanisme (CVM) Bulgarije en Roemenië
01-07-2009
Tijdens het Algemeen Overleg met uw Kamer op 18 februari jl. heb ik toegezegd
uw Kamer te informeren over de rol en verantwoordelijkheid van de Europese
Commissie onder het Coöperatie en Verificatiemechanisme (CVM) voor Bulgarije en
Roemenië. Mede namens de Minister van Justitie heb ik de eer u als volgt te
informeren.
Op 30 mei heb ik de Vice-President van de Commissie verantwoordelijk voor
JBZ-aangelegenheden, de heer Jacques Barrot, per brief het Nederlands standpunt
uiteengezet. Deze bijgevoegde brief is gelijktijdig aan de Bulgaarse en
Roemeense autoriteiten overhandigd en met hen besproken. Op 18 juni heb ik in
een gesprek met Commissaris Barrot het Nederlands standpunt nader toegelicht.
In mijn brief en tijdens mijn gesprek met Commissaris Barrot heb ik, zoals ik
reeds op hoofdijnen uiteenzette in debat met uw kamer op 23 juni bevestigd dat
Nederland veel belang hecht aan een effectief en robuust CVM. De gestelde
ijkpunten inzake juridische hervormingen en de strijd tegen corruptie en tegen
de georganiseerde misdaad zijn essentieel voor het welslagen van de rechtsstaat
in Bulgarije en Roemenië en daarmee voor het voldoen aan het acquis
communautaire. Nederland ondersteunt, zoals bekend, beide landen bij deze
hervormingen. Ook heb ik benadrukt dat de Commissie betreffende landen zou
moeten blijven aanspreken op hun verplichtingen en, indien noodzakelijk,
maatregelen zou moeten treffen. Het is aan de Commissie te besluiten welke
maatregelen het meest voor de hand liggen. Ik heb gesuggereerd hierbij ook een
aangepaste besteding van structuurfondsen te overwegen.
Zoals ik uw Kamer in een eerder stadium heb bevestigd, volgt Nederland de
voortgang in Bulgarije en Roemenië nauwgezet. Tegelijkertijd is Nederland het
land dat sterk gecommitteerd is om betreffende landen met raad en daad bij te
staan om de noodzakelijke hervormingen door te voeren.
Naar verwachting publiceert de Commissie de zomerrapporten in de tweede week
van juli, of anders begin september a.s.. Deze rapporten, die de stand van zaken
inclusief aanbevelingen dienaangaande zullen weergeven, zullen uw Kamer zo
spoedig mogelijk toegaan, gevolgd door een Kabinetsappreciatie.
De Staatssecretaris voor Europese Zaken,
Frans Timmermans
Ministerie van Buitenlandse Zaken