Ministerie van Defensie
Antwoorden op vragen over onvoldoende rust na wachtdiensten voor marinepersoneel
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Plein 2
2511 CR Den Haag
Datum 1 juli 2009
Ons kenmerk S2009008357
Onderwerp Antwoorden op vragen over onvoldoende rust na
wachtdiensten voor marinepersoneel
Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de vragen van het lid Poppe (SP) over onvoldoende
rust na wachtdiensten voor marinepersoneel (ingezonden 20 mei 2009 met kenmerk
2009Z09435).
DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
drs. J.G. de Vries
Pagina 1/4
Ministerie van Defensie
Vragen van het lid Poppe (SP) aan de staatssecretaris van Defensie over onvoldoende rust
na wachtdiensten voor marinepersoneel (ingezonden 20 mei 2009 met nummer
2009Z09435).
1
Wat is uw mening over het bericht "Amper rust na scheepswacht"? 1)
2
Kunt u aangeven waarom de Koninklijke Marine zich niet houdt aan de
Arbeidstijdenwet (ATW) en het Arbeidstijdenbesluit (ATB)? Wat is uw mening over
marinepersoneel dat zich na wachtdienst beschikbaar moet houden voor andere/
vervolgwerkzaamheden terwijl mariniers recht hebben op 11 uur aaneengesloten
rusttijd conform de voorschriften van de ATW en het ATB? Bent u bereid de
Koninklijke Marine aan te spreken op haar interpretatie van de toepassingscriteria van
de Algemene uitzonderingsbepaling, zodat deze zich aan het ATB houdt?
3
Kunt u aangeven waarom de Koninklijke Marine in Den Helder er voor kiest om het
ATB voor langere periodes buiten werking te stellen (Algemene uitzonderingsbepaling)
dan gebruikelijk en noodzakelijk is?
5
Kunt u een overzicht geven van het aantal situaties waarbij na wachtdiensten de
verplichte rustperiode niet in acht werd genomen? Hoe vaak komt deze situatie voor
en wat is daarvan de reden?
De Arbeidstijdenwet (ATW) en het Arbeidstijdenbesluit (ATB) vormen de wettelijke basis voor
arbeids- en rusttijden van defensiepersoneel. De defensieonderdelen, waaronder het
Commando Zeestrijdkrachten, dienen zich te houden aan deze wettelijke bepalingen.
Hieronder valt ook de verplichte rusttijd na een aanwezigheidsdienst (wachtdienst), als
bedoeld in het ATB.
Pagina 2/4
Ministerie van Defensie
Artikel 2;4 van de ATW bevat voor Defensie een algemene uitzonderingsbepaling die het
mogelijk maakt in bijzondere gevallen de arbeids- en rusttijdenregeling buiten werking te
stellen. Dit is onder meer mogelijk tijdens varen, vliegen en oefenen en bij activiteiten die
daar rechtstreeks betrekking op hebben. Gelet op de vragen over de hantering van deze
uitzonderingsbepaling bij het Commando Zeestrijdkrachten, wordt nader onderzoek gedaan.
Indien de uitkomsten van dit onderzoek daartoe aanleiding geven, zullen maatregelen
worden genomen om oneigenlijk gebruik van de uitzonderingsbepaling te voorkomen.
4
Is het waar dat deze uitzonderingspositie wordt gebruikt om personeelstekorten op te
vangen? Zo ja, bent u van mening dat dit geen structurele oplossing kan zijn voor de
openstaande vacatures? Zo nee, waarop zijn de signalen vanuit het personeel hierover
richting VBM/NOV dan gebaseerd? 2)
De uitzonderingspositie wordt niet gebruikt om personeelstekorten op te vangen. Als het
toepassen van de uitzonderingsbepaling samenvalt met personeelstekorten kan het door het
betrokken personeel worden ervaren als een middel om dit personeelstekort op te vangen.
6
Hoeveel aaneensluitende uren moet er tijdens de scheepswacht gewerkt worden?
Heeft dit gevolgen voor het personeel voor wat betreft de alertheid bij volgende
werkzaamheden na een (nacht-)wachtdienst en verhoging van de werkdruk? Zo ja, is er
onderzoek gedaan naar mogelijke gezondheidsproblemen en nadelige gevolgen voor
de kwaliteit van dat werk? Zo nee, bent u bereid een dergelijk onderzoek in te stellen?
Zo nee, waarom niet?
Voor wachtdiensten is er een verdeling tussen actieve en inactieve uren. Tijdens inactieve
uren is men op een schip of bij de eenheid aanwezig om onder onvoorziene omstandigheden
werkzaamheden te kunnen verrichten (bijvoorbeeld brandbestrijding), terwijl men voor het
overige geen verplichtingen heeft. De samenstelling van het aantal actieve en inactieve uren
blijft binnen de wettelijke begrenzing van de ATW. Er zijn geen aanwijzingen dat deze
werkwijze een negatieve invloed heeft op de kwaliteit van de werkzaamheden of de
gezondheid van de werknemer. Er is dan ook geen aanleiding voor verder onderzoek.
Pagina 3/4
Ministerie van Defensie
7
Waarom is er geregeld geen rustaccommodatie beschikbaar voor personeel na
afronden van de wachtdienst? 3)
Op de betrokken locatie wordt sinds enige tijd een groot beroep gedaan op de beschikbare
huisvesting. Vanwege de beperkte beschikbaarheid van de rustaccommodatie zijn er
momenteel plannen in ontwikkeling voor uitbreiding hiervan.
8
Waarom wordt van personeel uit de wachtdienst deelname aan opleiding en opwerking
verwacht? 3) Bent u van mening dat dit de concentratie en daarmee het opleidings- en
opwerktraject niet ten goede komt?
In het kader van gereedstelling voor het varen (ook wel aangeduid als "opwerken") volgen
bemanningsleden diverse opleidingen. Zij worden in teamverband vertrouwd gemaakt met de
procedures. Indien een team niet als geheel aan deze opleidingen kan deelnemen, is dit van
directe invloed op het opwerken. Daarom betrekt het Commando Zeestrijdkrachten ook
personeel uit de wachtdienst bij het opleidings- en opwerktraject. Er zijn geen aanwijzingen
dat wachtlopen de concentratie tijdens het opleidings- en opwerktraject in negatieve zin
beïnvloedt.
1) Noord-Hollands Dagblad, 13 mei 2009: "Amper rust na scheepswacht"
2) Brief van vakbond VBM/NOV aan de voorzitter Bijzondere Commissie Koninklijke Marine
d.d. 24 april 2009
http://www.vbmnov.nl/website/index.php?option=com_content&task=view&id=650&Itemid=41
)
3) Nieuwsbericht website VBM/NOV, 26 februari 2009
http://www.vbmnov.nl/website/index.php?option=com_content&task=view&id=630&Itemid=41
Ministerie van Defensie
Postbus 20701
2500 ES Den Haag
Telefoon (070) 318 81 88
Fax (070) 318 78 88