Vrije Universiteit Amsterdam
Invloed van sociaaleconomische status op behandeling kinderleukemie in
Indonesië
* Startdatum: 01-07-2009
* Tijd: 15.45
* Locatie: Auditorium
* Titel: Invloed van sociaaleconomische status op behandeling
kinderleukemie in Indonesië
* Plaats: Auditorium
* Spreker: S. Mostert
* Promotor: prof.dr. A.J.P. Veerman prof.dr. A. Sutaryo
* Onderdeel: VU medisch centrum
* Wetenschapsgebied: Medisch
* Evenementtype: Promotie
In Indonesië weigeren of staken veel arme patiënten hun
leukemiebehandeling. Saskia Mostert ontwierp een gestructureerd
voorlichtingsprogramma voor ouders over leukemie, de behandeling, de
gedoneerde medicijnen en de noodzaak tot het afmaken van de totale
therapie. Na de introductie van het programma was de toegang tot de
gedoneerde chemotherapie verbeterd. Het aantal therapieweigeringen nam
af en de overleving onder de arme patiënten nam significant toe.
De overlevingskans van kinderen met leukemie, de meest voorkomende
vorm van kanker bij kinderen, bedraagt ongeveer 80% in meer
ontwikkelde landen en meestal minder dan 35% in ontwikkelingslanden.
Dit verschil wordt in belangrijke mate toegeschreven aan het weigeren
of voortijdig verlaten van de behandeling. Beide fenomenen zijn niet
of nauwelijks bekend in meer ontwikkelde landen.
Mostert onderzocht de invloed van twee sociaaleconomische factoren,
het inkomens- en opleidingsniveau van ouders, op de behandeling in een
Indonesisch academisch ziekenhuis. De behandelingsresultaten
verschilden significant tussen patiënten met verschillende
sociaaleconomische status: 47% van de arme versus 2% van de meer
welvarende patiënten weigerden of verlieten voortijdig de behandeling,
en 11% van de arme versus 45% van de meer welvarende patiënten
overleefden.
Hoewel arme en meer welvarende patiënten werden behandeld met
hetzelfde protocol, verschilden de implementatie van de behandeling en
de behandelingsresultaten opmerkelijk tussen arme en meer welvarende
patiënten. Arme patiënten kregen minder geïndividualiseerde aandacht
van oncologen en minder oudervoorlichting. Sterk sociaalhiërarchische
structuren belemmerden de communicatie met artsen, wat resulteerde in
onvoldoende begrip bij ouders over de noodzaak om de therapie te
continueren. De meeste arme patiënten konden zich de behandeling niet
veroorloven. Toegang tot de gedoneerde chemotherapie vanuit Nederland
was niet adequaat: slechts 16% van de families ontving donaties. Dit
resulteerde veelvuldig in het weigeren of stopzetten van de
behandeling.
Op basis van deze bevindingen is een gestructureerd
voorlichtingsprogramma voor alle ouders ontworpen over leukemie, de
behandeling, de gedoneerde medicijnen en de noodzaak tot het afmaken
van de totale therapie. Na de introductie van Mosterts gestructureerde
oudervoorlichtingsprogramma was de toegang tot de gedoneerde
chemotherapie verbeterd: 98% ontving de donaties. Het aantal
therapieweigeringen nam af en de overleving significant toe onder de
arme patiënten. Deze benadering kan van nut zijn voor medische
uitwisselingsprojecten tussen ontwikkelings- en meer ontwikkelde
landen. Het kan meer arme patiënten in ontwikkelingslanden in staat
stellen donaties te ontvangen en genezing te bereiken.
© Copyright Vrije Universiteit Amsterdam