MBO raad
Vernieuwing medezeggenschap in het mbo
25-06-2009 - De Tweede Kamer heeft dinsdag 23 juni ingestemd met het
wetsvoorstel medezeggenschap in het middelbaar beroepsonderwijs. De
totstandkoming van het professioneel statuut voor het mbo heeft
daarbij een belangrijke rol gespeeld.
Dit statuut is overeengekomen tussen de werkgevers (MBO Raad) en
werknemers (vakbonden) in het mbo. De wet regelt de medezeggenschap
van het personeel en de studenten. Voor het personeel komen er
ondernemingsraden en voor de studenten komen er deelnemersraden.
Mbo eerste sector met professioneel statuut
Het Professioneel Statuut zorgt ervoor dat de positie van de docenten
als professionals in het onderwijs wordt versterkt. Het mbo is daarmee
de eerste onderwijssector in Nederland met een professioneel statuut.
De Eerste Kamer behandelt het wetsvoorstel medezeggenshap na het
zomerreces.
MBO Raad maakt wetsvoorstel
Normaliter maakt een organisatie als de MBO Raad geen wetsvoorstellen,
maar doen de ministeries dit. Eind 2005 stelde de MBO Raad aan
toenmalig staatssecretaris Rutte (OCW) voor om de rollen om te draaien
en bij wijze van `experiment' zelf een wetsvoorstel te maken. Dit met
ondersteuning van het ministerie van OCW.
Draagvlak
De MBO Raad zou zorgen dat het wetsvoorstel op draagvlak kon rekenen
onder studenten (JongerenOrganisatie Beroepsonderwijs) en het
personeel (vakbonden). Dat is gelukt en in 2007 werd het wetsvoorstel
aan staatssecretaris Van Bijsterveldt aangeboden. De staatssecretaris
heeft het voorstel op enkele punten aangevuld en in november 2007 naar
de Tweede Kamer gestuurd.
Kern van het wetsvoorstel
Op dit moment geldt de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 (WMO) voor
het mbo. Deze wet gaat uit van medezeggenschapsraden, waaraan zowel
personeel als leerlingen/ouders deelnemen. Het nieuwe wetsvoorstel
kent geen gezamenlijke medezeggenschapsraden meer, maar
ondernemingsraden voor het personeel en deelnemersraden voor de
studenten.
Voor de ondernemingsraden gelden de advies- en instemmingsbevoegdheden
van de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Het professioneel statuut
voegt daar nog een aantal bevoegdheden aan toe. Voor de
deelnemersraden worden advies- en instemmingsbevoegdheden in de Wet
educatie en beroepsonderwijs (WEB) opgenomen.
Op deze wijze wordt de positie van zowel het personeel als de
studenten in het mbo aanzienlijk versterkt.
Kern van het Professioneel Statuut
Het Professioneel Statuut geldt vanaf het moment dat het wetsvoorstel
medezeggenschap in werking is getreden. Het statuut richt zich op de
permanente verbetering van de professionaliteit van het personeel in
de mbo-sector.
Betrokkenheid
Daarnaast wordt de betrokkenheid van docenten bij het beleid in de
instelling versterkt door een aantal extra advies- en
instemmingsbevoegdheden toe te kennen aan de ondernemingsraad.
Deze betrokkenheid wordt extra geborgd door afspraken binnen de
instellingen over het werkoverleg. Hierdoor komt de zeggenschap van de
docent over de uitvoering van het onderwijs (het "hoe") tot zijn
recht.
Professionele ruimte voor docenten
Met het Professioneel Statuut worden ook de afspraken uit het
Convenant Aktieplan Leerkracht geconcretiseerd om professionele ruimte
van de docent te waarborgen. Andere zaken die in het statuut worden
geborgd zijn onder meer:
* de invulling en het op peil houden van de vakbekwaamheid van
docenten,
* de kwaliteit van de beroepsuitoefening,
* het teamwerk en
* de verantwoordelijkheid van docenten.
Meer informatie
Dossier medezeggenschap
Bron/Auteur: Webredactie