SirWinslon Churchilllaan 297
Í'ostbus 5301
2280 HH Rijswitk ZH
Ministcric van Verkeer en Waterstaat
TeleÍoon (070) 372 05 00
t.a.v. de hcer ir. C.M.P.S. liurtings, Minister
lírtornet www cbÍ nl
Postbus 20901
25OO EX DEN HAAG
LJw lunrnÈÍk Ons ker'mr:r!, Dalum
20 mei2009
rapportage d.d. 8 april "Assurance beweringen OR d.d. 20 februarj 2009''
Geachte heer Eurlings,
Op 23 februari jl. heeft de Raad van Toezicht van het CIII{ Emst & Young (E&Y) opdracht gegeven tot
onderzoek naar vijf door de Ondernclningsraad geuite beweringcn over het functioneren valt het CBR. De
Ondememingsraad heeft deze bewcringen gedaan in dc context van de voorgenornen reorganisatic van
hst CBR.
Op 9 april hcbben wij het door E&Y uitgebrachte assurancerapport aan u doen toekomcn. In ovcrleg met
u hebben wlj op I mei aan E&Y een opdracht gegeven voor aanvullend onderzoek. Dir naar aanleiding
van het feit dat de Ondcrncmingsraacl enkcle uren voor het uilbrengen van het ecrste lappor| na eerdere
weigeringen, zich in zíjn wederhoorreactic alsnog bereid heeft verklaard orn de bij de Ondernemingsraad
in bezit zijnde stukken te overhandigcn voor onderzoek door E&Y.
Op 14 mei heeft de Raad van 'Ioezicht van het Cllll het rapport van het aanvullend onderzock ontvangcn.
Voor de goede ordc: het gaat hier om cen rapport naar aanlciding van aanvullend ondcrzoek naar twee
specifieke opmerkingen op bewering 4 van de Oll.. llet betrcft de punten 10 en I I op pagina I I van hun
wederhoorreactie d.d. 8 april,
De Raad van'l'oezicht constateert dat met ds aanvullende informatie van de Ondernerningsraad het aantal
door E&Y orrderzochte dossicrs is toegenornen 'I'evens constateert de Raad van Toczicht dat, hoewel de
toegenomen populatie leidt tot een groter aantal wegens inteme oorzaken bij het CBR stopgezette
vorderingcndossiers, het beeld ten aanzien van bewering 4 onvcranderd is.
Bijgaand biedt de Raad van'I'oezicht u de rapportage van het aanvullend onderzock "Ondcrzock naar
aanleiding van de wederhoorreactie van de OR d.d. 8 april 2009" van l9 mei aan. I)aarnaast biedt de
I(aadu het "I{erzien assurancerapport" van 19 rnei 2009 aan, waarin de resultaten van het aanvullend
onderzoek op bewering 4 van de OR zijn vcrwerkt.
,,:"|,t.'*, Gentraal Bureau
li Riivaardigheide-
bewijzen
#ili
Acltergrond: voorgenomen reorganisalíe om prestulies van CBR slructureel le verbeleren
IIet CBR is het exameninstituut voor mobiliteil dat verkeersveilighcid en vakbekwaarnhcid in de sector
verkeer en vervoer bevordert. FIet CBR geeft in dit kader verklaringen afvoor rijvaardigheid,
vakbckwaamheid en rijgeschiktheid aan paíiculicre en prolessionele bcstuurders, circa 700.000
praktijkexamens, 850.000 theorie-examens en 575.000 verklaringcn van geschikthcid.
I-Ioewel het CBR er in de uitvoering van zijn taken naar strccft. om fouten uit te .sluiten, acht de Raad van
Toezicht het bij meer dan 2.000.000 klanlcontacten onvcrnrijdelijk dat cr louten ontstaan als gevolg van
menselijk handelen.
Bcgin 2008 is bimcn het CBR eetr veranderingsproces geiiritieerd om de prestatics van het CBR op alle
hoofdprocessen structureel te vcrbeteren. De Raad van Toczicht is van mcning dat de tiideiijke
maatregelen, zoals deze medio 2008 door de directie van het CBI( in gang zijÍr gezcJ" in tocncmcnde mate
effectief zijn, mede dankzij de exlra inspanningen die dc medewerkers l-rebben gcleverd.
FIet CIIR laat sinds medio 2008 een structurele verbetering van zijn prestaties zien:
r Praktijkexamens voor particulieren: Vanaf week 34 (2008) ligt de reservclingstermijn voor
praktijkexamens binnen de norm (7 wcken) (medio 2008: l2 tot l6 weken);
r Thcoric-examens particulieren: Vanaf week 32 (2008) ligt de reserveringstcrrnijn voor theorie-
cxanlens binnen dc nomr (4 weken) (medio 2008: 0 tot 10 wcken);
o Theoric- cn praktijkexamcns profcssionals: De prcstaties voor theoric- en praktijkcxamens
blijvcn structureel binnen de afgesprokcn norïn (medio 2008: vergchjkbaar beetd);
. Riigcschiktheid -Vorderingsprocedurc: Gemiddeld wordt 90% van de proccsscn op trjd afgerond
(medio 2008: 50oÁ van de processen);
. ltijgeschikthcid -Medische verklaringcn: Nadat aanvankelijk verbetcring uitblccf is dc
werkvooraad binnen het medisch proces vanaf februari 2009 n'lct cen kleine 40nÁ gedaald.
De structurele verbctering van de prestaties onderstreept dat de ingezettc kocrs noodizakclijk was en
succesvol is. Om de gerealiseerdc prcstatieverbeteringen te borgcn en verder tc vcrbcteren, dienen
gedurendc 2009 de tijdelijke maatregelen, naar mening van de Raad van Toezicht, te worden omgezrt in
ccu structurele wijziging van de organisatiestructuur van de huidige regionale organisatie naar een
central e pÍoces gestuurde organisati e,
Conlexl beweringen Ondernemingsrautl
De Raad van Toczicht acht het van groot belang de beweringen van de Ondemcmingsraad in zijn context
te plaatsen. I'Iet voorgenornen besluit tot een structurele wijziging van de organisatic is eind 2008 door de
directÍe ter advisering aan ds Ondernemingsraad voorgelegd. llocwcl dc Ondernenringsraad stelt de
uitgangspunten van de voorgenomen reorganisatie te ondcrschrijven, heeft de Ondernemingsraad op
20 februari 2009 voor de tweede maal negatief geadviseerd op de door de directie voorgelcgde
adviesaanwaag.
In zijn advies brcngt de Ondernemingsraad vijf beweringen naar voren, waaÍrnee hij aangeeft dat de
slechte prestaties van het CBR naar zijn oordeel voor ecn bclangrijk deel zíjn trrc te rekcncn aan
ontoereikende aansturing van de (voonnalige) directie, aan tekoíschietend rlanagsmont en aan de
afvezigheid van juist toezichthouderschap bij het CBR.
cDS20090209 blad 2 van 6
,i:" Centraal Bureau
ij,ilti Riivaardigheids-
bswiizen
De vijf geuite bcweringen worden door dc Ondernenringsraad als volgt omschreven:
"De implemenlalie van Dyktion L,;, nqar mening van de Ondernemingsraad, rumpzaligverlopen. Onder
meer omdctl met het invoeren van Dyktion andere lCT-syslemen (rnet nane Í|C'()OP, MOVE, TOP en
Orqcle HR) onh'egeld zrjn en/o/'elkaar tegenwerken. Dit heeft oncler neer geleid tot:
l. IIet aJgeven van verkeerde rijbewijsculegtricën en geschiktheid.stermijnen. Zo zijn actn (medisch)
ongeschikten gesc hikthe idsverkl arin ge n ctfg;e gev en.
2. Burger.s die hun taken niel kunnen uitvoeren of hun baan dreigen le verliezcn omclat het CBR niet
t ij d i g ge s c h i kl h e idsv er kl ar in ge n kan I e vere n.
3. Verkeerde tenaamslelling wacrrdoor gemeenlen de gewensle documenten niet kunnen o.fgeven.
4. Van teruninste 1.000 (!) belrokkencn is in 2008 de vorderingsprocedure na een nededeling vqn de
politíe niet uitgevoerd omdat de dossiers te lang ziln blijven liggen, hetgeen juist voorkomen hqd
moelen worden door het nieuwe systeem. Dil helekenl dat onder nteer entsÍig alcolrclntisbruik,
drugsgebruik e.d. zonder gevolg is gehleven vctor cle rijbevoegdheid van de hetokkcncn.
5. Tenminsle 5.000 (!) medische dossiers zijn zoekgeraakt."
De uitingan van de Ondernemingsraad zijn helaas in de media gebracht. De mcdiabcrichtsn zetten het
CBR in ccn verkeerd dagliclrt cn berokkenen de organisatie ernstige schade. IJovendien is de Raad van
'I'oezicht van menjng dat het gccn recht doet aan de inspanningen die de medewerkers dc afgelopen
periode hebben geleverd om de prestaties structureel te verbcteren. Dit wordt door het personeel als
teleurstellend eryarcn.
De door de Itaad van Toezicht van het CBR gefonnuleerde onderzoeksopdracht is hct vaststcllen van de
feitelijke juistheid van de bovenstaande vijf geuite beweringen. De doelstelling van hct ondcrzoek van
D&Y is gelegen in hct aantonen, nuanceren dan wel weerleggen van de -door de Ondemcrningsraad-
geuite beweriugeu over het functioneren van het CBR.
De Raad van'foezicht betrcuÍ hct Íèit dat de Ondsmcningsraad in scrsl-c instantic beslotcn had om zijn
visie en documcntatie inzake de geuitc beweringen niet aan E&Y ter beschikking [e stellcrr, maar
constatccÍ dat de Ondernenringsraad uiteirrdelijk wel heeft meegewerkt aan hct in opdracht van de Raad
van Toezicht gehouden aanvullende onderzoek.
Rerctie Raul vun Toezicht op hevindingen onderzoek E&Y
Het onderzoek van E&Y richt zich op de prestaties van het mcdisch proces (geuite bcweringen 7 ,2,3 en
5) en de vorderingsprocedure (geuite bewering 4) van het CBR.
Medisch proces
De conclusies van het onderzoek van Ë&Y tcn aanzierr van het nedisch proces van het CBI{ zijn
eenduidig: alle door de Oudernemingsraad geuite beweringen worden weerlegd en als niet gegrond
beschouwd. IIet onderzoek van E&Y is echler niet in staat is om ecn uil.spraak {.c doen ovcr dc bcwering
van de Ondernemingsraad ten aanzien van burgers die hun taken niet hebben kunnen uitvoeren ofhun
baan dreigen te verliezen (bewering 2).
Sindsjuni 2008 werkt het CBR aan de verbetering van de prestaties op doorlooptijden voor het atgeven
van geschiktl"reidverklaringen. f)e prestaties van het medisch proces dienen echter nog verder te wordcn
verbeterd cn blijven -mede als gevolg van de tegenvallende implcrnentatie van SCOOP- achter bij de
veruachlingen van de Raad van Toezicht.
cDs20090209 trlad 3 van 6
Centraal Bureau
Ri jvaardigheids-
bowiizen
Begin 2009 heeft de directie van het CBR hierop dan ook recds aanvullendc, ctïcctiove maatregelen
genomen. Het wegwerken van de opgelopen werkvoorradcn heeft de hoogste prioritcit, waarbij voorang
wordt gegevelr aan de verklaringen voor het berocpsveryoer. Om de achterstanden in andcrc categorieën
eveneens terug te dringcn, wordt additionele capaciteit ingczet. Sinds eind dccembcr wordt het medisch
proces tijdelijk centraal aangestuurd, waardoor bestaande regionale verschillen verdwijncn. Ondertussen
hccft de directie, met instemming varr de Raad van'I'oezicht, stappen ondernomen in de richting van de
toelevcrancier van het lCT-systeem SCOOP.
Voor de verdere optimalisatie cn stabilisatie van het medisch procos onderschrij ft cle Raad van 'I'oczicht
de visie van de directie dat het CBR structurele rnaatregelen nodig heefl, dic aanpassing van de bestaande
structuur van het CBII noodzakelijk maken.
I/orderíngsprocedure
Sinds juni 2008 werkt het CBR succcsvol aan dc prcstatieverbetering biurcn de vorderingsprocedure. llet
aantal processen dat tijdig wordt afgerond is sindsdien gestegen van gemiddeld,50% naar 90%. Ook de
kwaliteit van dc procesvoering is verbeterd. In 2008 zijn oude dossiers versneld beoordceld cn
afgewikkeld om achterstanden weg te werken. Uit hct onderzoek van E&Y blijkt dat dit zorgvuldiger had
moeten gebeuren.
De stopzettingvan250 van de círca262 dossiers inzake onderzoeken naarrijgeschikthcid of
rijvaardigheid is naar mening van de Raad van Toezicht verantwoord uitgevoerd, rvaarbij gevolgen voor
de verkeersveiligheid op grond van de toegepaste richtlijn zijn gerninimalisccrd. Wcl was een meer
nauwgezct proces van vastlegging van de gevolgde procedure op zijn plaats gewecst.
Twaalf van de circa 262 ond,erzoeken hadden, rnet het oog op de verkecrsveiligheid, niet mogen worden
stopgezet (0,050Á van het totaal van 22.000 dossiers in 2008).
De stopzetting van circa 249 EMA dossiers had naar de mening van de Raad van Toczicht zorgvuldiger
moeten worden aÍgewogen. Weliswaar is bij de bcoordeling van oude dossiers tcrccht mccgewogen dat
het effect van cen EMA aÍheemt naarmate de període tussen de aanhouding en de cursus groter wordt en
zijn de beginselen van behoorlijk bestuur toegepast, rnaar als neveneÍ'Íbct kan tcn onrechte de indruk zijn
gcwekt dat het CBR dc uitvoering van dc EMA-maatregel te ticht zou opvatten. Dat is cen misvatting; de
Raad van Toezicht, evenals de directie, hecht grotc waarde aan het snel, kachtig cn clfectief optrcden
tegen pcrsonetr dic met hun gedrag andcre vcrkeersgebruikcrs in gcvaar kunncn brengen. I)oordat de
achterstanden zijn weggewerkt, kunncn betrokksnen nu sneller er:n maatregol opgetegci krijgerr, hetgeen
de cffectiviteit van de maatregel in relatie tot dc verkccrsveiligheid vergroot.
De Raad van'foezicht van hct CBR betrcuÍ dc gcconstateerde feiten en beschouwt op basis van hct
onderzoek van E&Y bcwerirrg 4 van de Ondememingsraad dccls gegrond. Dc bcwcring dat dit voor
tenminstc I.000 betrokkenen het gcval zou zijn, is imrners onjuist gebleken.
Gegeven het fcit dat de huidige werkvoorraad binnen de vorderingsprocedure onder controlc is en blijft,
is versneld beoordelen en afwikkelen van oude dossiers (als gevolg van lange doorlooptijden binnen he1
CBR) in de toekomst niet meer aan dc orde. I'Iet blijtt echter ook in de toekornst mogclijk dat dossiers
gesloten worden als gevolg van oorzaken buiten de invloedsfeer van het CBR (overlijden, spoorloos
raken betrokkene en afstandsverklaringen).
Om daarbij uiterste zorgvuldigheid te borgen, heeft de Raad van Toezicht besloten orr een fbnnele
besluiWormingsproccdure in te stelJen voor het stopzettcn van dossiers. Elk individucel besluit tot
stopzetten dient te worden gcaccordeerd door de dircctie van hct CBR. De dircctic lcgt vcrvolgens cens
per kwartaal vcranLwoording af aan de Raad van Toezicht van het CllR over de stopgezette dossiers.
cDS20090209 blad 4 van 6
Centraal Br^lreau
Rijvaardighoids-
bewijzen
In de aanvullende wederhoor van de Ondernemiugsraad wordt gesuggcreerd da1 het CBR mededelingen
van de politie onvoldoende zorgvuldig toetst alvorens wordt besloten onr al dan nict cen vordcrings-
procedure tc starten. De Raad yan Toezicht deelt deze mcning niet. Desalniettemin i.s besloten om een
aanvullende toetsingsprocedure in te stellen, die borgt dat alle rnededelingen die in eerste instantie als
' onvoldoende' worden gekwal ifi ceerd, nogmaals worden beoordeeld.
Zowel de nieuwe bcsluitvormingsprocedure voor het stopzetten van dossicrs als dc aanvullende
toetsingsprocedure voor mededelingen zijn al ingevoerd.
Álgemene conclusies Raudvan ktezicht CBR
Hct onderzoek van E&Y verklaart vier van de vij I geuite beweringen van dc Ondcrnemingsraad als niet
gcgrond. In één van de vijf beweringen (met betrekking tot de vorderingsprocedure) wordt het door de
Ondcrnemingsraad aÍgegeven siguaal gegrond verklaard. Op basis van de bevindingcn van hct ondcrzoek
van E&Y concludeert de Raad van Toezícht dat het adequaat functioncrcn van hct CBII nict in het geding
is. I{et onderzoek toont echter wcl een aantal aandachtspunten voor het CBR, die al bckcnd waren bij de
directie en waarop reeds de nodige maatregelen waren gnomen. FIet rappoí ondcrstreept bovenal, de
door de Raad van Toszicht benoemde noodzaak tot structurele maatregelen, waannee het CBR een
structureel vervolg kan gcven aan de gerealiseerde prestatieverbetcringen.
De Raad van Toezicht betreurt hct dat binncn de vorderingsprocedurc van het CBR tcn onrechte l2vart
de circa 262 onderzoeken naar rijgcschiktheid ofrijvaardigheid zijn stopgezet (0,05% van het totaal van
22.000 dossiers in 2008) en is daamaast van mening dat bij de stopzcttiug van circa 249 EMA dossiers en
circa262 onderzocken dc procedure zorgvuldiger had rnoetcn worden uitgevocrd. Dc I{aad van Toezicht
is van mening dat met dc genoemde maatregelen wordt voorkomen dat bovenstaarnde lèiten zich in de
tockomst binrreu het CBR kunnen herhalcn.
Op basis van het onderzoek van lj&Y kornt de Raad var Toezicht tot de conclusic clal de gcconstateerde
problemen nict tc wijten zijn aan de implementatic van het lCT-systccrn Dyktion. De Raad van Toezicht
heeft cchter wel lering getrokken uit de tegenvallende implementatie van SCOOP (rnet bijbehorende
negatieve gevolgcn voor het CBR) cn besloten orn, in aanvulling op de bcs(aande verantwoordelijkheden,
eens per kwartaal een directierapportagc over de voortgang van de lopendc cn dc loekomstige
autornatiseringsprojecten van het CBR tc agenderen tijdcns zijn bijccnkomsten.
De Raad van'foezicht is zich bewust van de rol die het CBR speelt in het handhaven van cle
verkeersveiligheid. In samenwerking met de RDW en dc politie worden binnen het CBR het medisch
proces en de vorderingsprocedure op een zorgvuldige wijzc uitgevocrd. Ëcn gcstroomlijnde
samenwerking tussen de RDW, de politie en het CBR is in deze esscnticel. Gezicn zijn positic in de keten
neemt hct CBR, op voorspraak van de Raad van Toczicht, in de toekomst ecn mccr proactieve rol in ten
aartzienvan de ketenintegratie met de RDW en de politie.
De Raad van Toezicht concludeert, in tegenstelling tot de Ondememingsraad in zijn advies in het kader
van de voorgenomcn reorganisatie, dat bij het CBR geen sprake is van ontoereikendc aansturing, van
tekortschietend rnanagemerrt en van de afwezigheid van juist toezichthouderschap. De geconstateerde
verbeterpunten mocten eerder worden gezien als ondersteuning voor de noodzaak tot organisatie-
aanpassing, zoals door de directie is voorgesteld.
I)e omvangrijkc, grondigc renovatie van het CBR is in 2008 door de directie mct gocdkcuring van de
Raad van Toezicht ingezet, maar is nog niet voltooid. De prestaties zijn mecle dankzij dc cxtra
inspanningen van de medewerkers sterk verbeterd, naar nog nict volledig op orde. Om dit te realiseren
dienen de huidige tijdelijke maatregelen structureel te worden. De Raad van Toezicht zal de directie dan
ook aanbevelen de geplande reorganisatie zo spoedíg mogelijk te starten en ten uitvocr te brengen.
cDS2fi)90209 blad 5 van 6
Gentraal Bureau
Riivaardigheids-
bowijzon
De Raad van Toezicht spreekt hiermee zijn vcrtrouwen uit in de toekomst van het CBll en in het door de
directie ingezette veranderingsproces, waaÍrnee de structurele prestatieverbeteringen van het CBR kunnen
worden gerealiseerd.
Namens de Raad van Toezicht
z.-.\
,,'met vn\deli i ke groet,
I E.A\van Amerongcrr
Voorzitter
Bijlagen:
. rapport aanvullend onderzock d.d. l9 mei 2009, "Onderzoek naar aanleiding van de wederhoor
reactie van de OR d.d. 8 april 2009";
. herzien assurancerapport d.d. l9 mei 2009, "Onderzoek inzake bcweringen OR in brief d.d. 20
lbbruari 2009'.
cDS20090209 blad ó van ó
Ministerie van Verkeer en Waterstaat