Lelystad, 25 mei2009
Aan : Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat
Mevr. J.C. Huizinga-Heringa
Postbus 20901
2500 EX Den Haag
Onderwerp : UitrolOV-chipkaart
Geachte mevrouw Huizinga,
Het is mij een genoegen als Voorzitter van de Bestuurlijke lmplementatiegroep en de Stuurgroep
OV-chipkaart u te inÍormeren over de voortgang van het project, zoals geconcludeerd in de
Bestuurlijke lmplementatiegroep van 9 maart en bevestigd in de Stuurgroep van 2 april jl.
In de lmplementatiegroep zitten de overheden en vervoerders van die gebieden die op korte
termijn starten met het mogelijk maken van reizen op de OV-chipkaart en de overheden en
vervoerders van gebieden waar dat al mogelijk is. Via korte lijnen worden ervaringen en kennis
gedeeld en vindt zonodig bijsturing plaats. Er is toegewerkt naar een reÍerentiemodel voor het
implementeren van de OV-chipkaart. Op basis van uit het reÍerentiemodel beschikbaar gekomen
inzicht in stappen, beslismomenten en beheersmaatregelen is het voor de overheden in overleg
met hun gelieerde vervoerders mogelijk om aan te geven wanneer zij kunnen starten met het
mogelijk maken van reizen op saldo met de OV-chipkaart voor een eerste deelgroep van de
reizigers. Deze deelgroep kan bijvoorbeeld bestaan uit een groep medewerkers van een bedrijÍ.
Geleidelijk kunnen dan vervolgstappen worden gezet, waarbij als eerste al bestaande gebruikers
van de OV-chipkaart ook in dit betreÍÍende gebied kunnen gaan reizen. Een ander belangrijk
beslismoment is het moment van het uitzetten van het NVB.
Bij de geleidelijke uitrol gebaseerd op gezamenlijke kennis en ervaring in de lmplementatiegroep
worden zowel de belangen voor de reiziger, de vervoerbedrijven als de overheden voor ogen
gehouden. Uitgangspunt blijÍt het belang van de reiziger dat het meest gediend is met een
zorgvuldig geïmplementeerd en betrouwbaar OV-chipkaart systeem. Zo wordt bijvoorbeeld
zoveel mogelijk een uitrol gerealiseerd, die aansluit bij de reizigerstromen. De uitrol heeÍt dan oox
de werking van een zogenaamde olievlek.
In de planning zijn belangrijke beslismomenten opgenomen. Voor die beslissingen wordt gebruik
gemaakt van de opgedane kennis en ervaring in de voorgaande Íase en vanuit de andere
implementatiegebieden. Met een dergelijke lerende uitrol kan recht gedaan worden aan
(gespreid) risicomanagement. Zo kunnen bijvoorbeeld binnen een bedrijÍ geleidelijk stappen
worden genomen zonder dat dit direct risico's op landelijke schaal heeft. Dit betekent ook dat,
indien noodzakelijk, er in overleg bewust voor gekozen kan worden om andere planningen te
hanteren. Op basis van de inzichten die thans bestaan bij de betrefÍende decentrale overheden
en de aan hen gelieerde vervoerders heeÍt een achttal gebieden besloten op korte termijn de Íase
in te gaan om het reizen met de OV-chipkaart op saldo mogelijk te maken. Deze gebieden maken
thans deel uit van de implementatiegroep. Dit betreÍt:
Start reizen op saldo met OV - chipkaart voor deelgroep in 2" kwartaal 2009:
Haaglanden (streek), Zuid-Holland, Noord-Holland
Start reizen op saldo met OV - chipkaart voor deelgroep in 3" kwartaal 2009:
Deel Flevoland (Almere), Utrecht, BRU, Stadsregio Arnhem-Nijmegen, Friesland
Eerder werd al uitgesproken dat tussen het moment van uitzetten van het NVB in de eerste
stadsregio('s) en het operationeel hebben van het OV-chipkaartsysteem in de provincies
maximaal één laar zit.
Ten slotte wijs ik u er wellicht ten overvloede nog op dat het onder mijn leiding staande proces
van de lmplementatiegroep niet de intentie heeÍt om in te breken op bestaande contractuele
verhoudingen tussen decentrale overheid en haar vervoerder(s).
Hoogachtend,
L. Verbeek.
Voorzitter bestuurlijke Stuurgroep en bestuurlijke lmplementatiegroep OV chipkaart.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat