Minder broeikasgassen op
melkveebedrijven
28 mei 2009
Onderdeel: Animal Sciences Group
De effectiviteit en de kosten of opbrengsten van emissiebeperkende
maatregelen variëren tussen bedrijven. Verdere vermindering van de
uitstoot van broeikasgassen is nog mogelijk met kleine stapjes. Samen
met de resultaten die in de afgelopen jaren al zijn bereikt, is het
voor melkveebedrijven mogelijk om een emissiereductie van 30% ten
opzichte van 1990 te realiseren. Sommige maatregelen kosten weinig
geld, andere leveren zelfs nog geld op. Dat blijkt uit onderzoek van
de Animal Sciences Group van Wageningen UR, gefinancierddoor
SenterNovem in het kader van de Reductie van Overige Broeikasgassen in
de landbouw (ROB landbouw).
Verschillen in bedrijfsstructuur en bedrijfsvoering leiden tot
verschillen in de uitstoot van broeikasgassen per kg melk. De
verwachting is dat ook de kosteneffectiviteit van emissiebeperkende
maatregelen varieert tussen bedrijven. De uitstoot van broeikasgassen
is voor een groep van 25 bedrijven berekend. Aanvullend zijn
maatregelen berekend om de uitstoot te beperken.
Er is duidelijke variatie tussen bedrijven
Het gemiddelde niveau van de uitstoot van broeikasgassen per kg melk
is voor de betrokken bedrijven 1060 gram CO2-equivalenten, waarbij is
gecorrigeerd voor de emissie van de veengrond. De laagste heeft een
emissie van 900 gram CO2-equivalenten per kg melk en de hoogste van
1300 gram CO2-equivalenten per kg melk. De hogere emissie komt door
zowel een stijging van de emissie van methaan als van lachgas. De
emissie van CO2 (via brandstof en aangekocht voer e.d.) is op alle
bedrijven ongeveer gelijk en bedraagt ruim 300 gram CO2 per kg melk.
Voerefficiëntie is een belangrijk kengetal
De uitstoot van broeikasgassen houdt wel verband met de melkproductie
per koe en per hectare en ook met het niveau van bemesting, maar er is
ook veel spreiding, omdat alle factoren elkaar weer beïnvloeden
binnen één bedrijf. Er is wel een duidelijk verband tussen de
voerhoeveelheid per kg melk en de uitstoot van broeikasgassen. Deze
zogenaamde voerefficiëntie is op melkveebedrijven nog steeds erg
moeilijk te meten. Een goede meting van de voeropname op bedrijven kan
helpen de voerefficiëntie te verbeteren. Een hogere voerefficiëntie
werkt kostenbesparend en vermindert ook de uitstoot van
broeikasgassen.
Emissiebeperking van 30% haalbaar
Door de verbetering van nutriëntenbenutting is in 2007 gemiddeld op
bedrijven al een emissiereductie van 17% bereikt ten opzichte van
1990. Met een combinatie van maatregelen is een verdere
emissiereductie te bereiken van 100 tot 200 gram CO2-equivalenten per
kg melk. Bij elkaar kan een emissiebeperking van 30% ten opzichte van
1990 worden bereikt.
De meest perspectiefvolle maatregelen zijn vermindering van de
kunstmestgift, verlenging van de levensduur van de veestapel en
vervanging van aangekocht krachtvoer door droge, enkelvoudige
grondstoffen, CCM of Nutex. Verlenging van de levensduur van het vee
is niet eenvoudig, maar wel zeer effectief in het beperken van de
emissies en in het doen toenemen van het bedrijfsresultaat. Andere
maatregelen die de emissie beperken met een soms licht negatief,
neutraal of positief effect op het bedrijfsresultaat zijn vermindering
van de kunstmestgift, warmteterugwinning, verhogen van het aandeel
snijmaïs, vermindering van het N-gehalte van het krachtvoer en het
oogsten van iets zwaardere sneden. Het blijkt dat een verhoging van de
melkproductie per koe alleen aantrekkelijk is op bedrijven waar die
productie nu nog laag is (minder dan 6.000 kg per koe).
Gratis downloaden rapport
Rapport 211 âVermindering van de uitstoot van broeikasgassen op het
melkveebedrijf. Berekeningen voor praktijkbedrijvenâ van Theun
Vellinga et al. kunt u hier gratis downloaden.
Contact
Agnes van den Pol
Tel. 0320 - 293 443
Wageningen Universiteit en Researchcentrum