Besluit NZa inzake arbeidsvoorwaarden ambulancediensten opnieuw
vernietigd
`s- Gravenhage, 27 mei 2009 - Het College van Beroep voor het
bedrijfsleven heeft bij uitspraak van heden het beroep van vijftien
publieke ambulancediensten tegen een besluit van de Nederlandse
Zorgautoriteit (NZa) gegrond verklaard. Het geschil betreft met name
het bij de tarieven van ambulancezorg door deze ambulancediensten in
aanmerking nemen van de kosten die gepaard gaan met de beëindiging
van het functioneel leeftijdsontslag (flo) en de invoering van de
levensloopregeling.
Na een eerdere vernietiging door het College (uitspraak van 14 januari
2008, AWB 07/510; , LJN BC1812) heeft NZa
opnieuw beslist op de bezwaarschriften van de ambulancediensten tegen
het niet - via toekennen van een hoger tarief - vergoeden van kosten
verband houdende met in 2005 voor het ambulancepersoneel
overeengekomen arbeidsvoorwaarden. In de nieuwe beslissing heeft NZa
de bezwaren van de ambulancediensten gedeeltelijk gegrond verklaard en
besloten in afwachting van de uitkomsten van nader onderzoek naar de
arbeidsvoorwaarden van de publieke ambulancediensten, bij wijze van
overgangsmaatregel, 60% van de door de ambulancediensten gestelde
kosten te verwerken in de tarieven.
Het College verklaart het beroep van de ambulancediensten tegen dit
besluit gegrond omdat NZa in strijd met artikel 7:11 van de Algemene
wet bestuursrecht geen deugdelijk onderzoek heeft uitgevoerd en in de
beslissing op bezwaar heeft volstaan met het treffen van een
overgangsmaatregel in afwachting van de uitkomsten van een nog uit te
voeren nader onderzoek, waarvan ook thans de uitkomsten nog niet
bekend zijn. De keuze voor het verwerken van 60% van de in de
rapporten van Deloitte geraamde kosten is bovendien op geen enkele
wijze cijfermatig onderbouwd. Volstaan is met algemene overwegingen
die de keuze voor juist dit percentage niet kunnen dragen.
Het College heeft NZa opgedragen uiterlijk 14 juli a.s. het onderzoek
naar de overgangsregeling flo en het nieuwe loopbaanbeleid te hebben
afgerond en opnieuw op de bezwaren van appellanten te hebben beslist.
Daarbij heeft het College tevens de voorlopige voorziening getroffen
dat de overgangsmaatregel van toepassing blijft totdat opnieuw op de
bezwaren van appellanten is beslist.
LJ Nummers
BI4910
BI5015
Bron: College van Beroep voor het bedrijfsleven
Datum actualiteit: 27 mei 2009 Naar boven
Gerechtelijke organisatie