Socialistische Partij Rotterdam

'Gabber Dennis' kan wél tellen

25-05-2009 * Zondag was Eurolijsttrekker Dennis te Jong te gast bij de afdeling Rotterdam voor het beantwoorden van de allerlaatste dringende vragen in aanloop naar de verkiezingen voor het Europees parlement. 's Morgens in de krant had Eurocommissaris Kroes Dennis nog 'die gabber uit Rotterdam' genoemd, die het aantal ambtenaren in Brussel zwaar had overtrokken. Een gesprek dus over Brusselse bureaucratie, maar ook over de thuiszorg en werkers in de haven.

Eerst maar even over die woordenwisseling tussen De Jong en Eurocommissaris Neelie Kroes. De Jong beweert dat er zo'n 170.000 ambtenaren bezig zijn met Brusselse regelgeving. Kroes stelt dat het er maar 32.000 zijn. Een getal dat ze overigens onlangs ophoogde vanaf 22.000, wat ze eerder beweerde. Kroes telt dan alleen de bureaucraten die ten dienste staan van de Europese Commissie. De Jong kijkt verder: "Ook de Rotterdamse deelgemeenteambtenaar die naar Brussel gaat om er geld los te peuteren voor een fietspad moet je meetellen, vind ik. En lokale ambtenaren die zich speciaal moeten buigen om alle Europese regelgeving, bijvoorbeeld over aanbesteding, netjes volgens 'Brussel' uit te voeren. Doe je dat eerlijk, dan kom je bij mijn aantal in de buurt." En die kwalificatie 'gabber' dan, die Kroes De Jong opplakt? De Jong reageert nuchter: "In de betekenis van 'vriend' zal ze het wel niet bedoelen, dus dan moet het de jongere zijn die met 230 beats per minute heel goed kan tellen."

Jessica van Ruitenburg, nummer zes op de kandidatenlijst, vertelt hoe Europese aanbestedingsregels de thuiszorg uithollen. Ze neemt een voorbeeld uit een andere stad, maar dat is exemplarisch voor Nederland. Van Ruitenburg: "Van de een op de andere dag, bleken medewerkers van een thuiszorgorganisatie overgenomen te zijn door een schoonmaakbedrijf. Dat was goedkoper. Ze hadden geen idee wat ze gingen verdienen, of ze hun aantal uren konden houden, of ze hun vaste clienten behielden. Grote onzekerheid. En de kans dat ze ontslagen worden omdat ze te hoog opgeleid zijn voor alleen schoonmaken: ze zijn tenslotte wat hoger opgeleid tot thuiszorgers, dus duurder." Van Ruitenburg: "Dat betekent verslechterde zorg, geen tijd meer voor een praatje en grote onzekerheid bij de werknemers, maar vooral ook de cliënten."

Dan legt Van Ruitenburg uit dat de arbeidsvoorwaarden voor de thuiszorgers een pietsje beter geregeld zijn in Rotterdam dan in andere gemeentes. Gemeentes mogen onderling mogen verschillen van de uitvoering van de aanbesteding. Door niet aflatende lobby van raadslid Josine Strörmann is het hier een pietsje beter geregeld. Juist op dat moment komt ze zelf binnenlopen en mag ze uitleggen hoe dat kan: "We zijn hier in Rotterdam niet de baas, maar je moet de andere raadsleden blijven overtuigen. Het argument is dat cliënten en de werkers er niet bij gebaat zijn als je het allemaal alleen maar zo goedkoop mogelijk wil regelen. Bij zorg moeten niet de kosten voorop staan, maar de cliënt."

Lobby in de raad kan dus helpen, maar er is meer, zo stelt SP-raadslid Leo de Kleijn. Hij is uitgenodigd om uit te leggen hoe de Rotterdamse haven te maken heeft met Europa. Wat hem betreft maken Europese havens wel afspraken over de kosten om er goederen te lossen of over te slaan. Maar Europees regelen dat zomaar iedereen - geschoold of ongeschoold - kan werken in de haven is uit den boze. De Kleijn: "Dat is in het verleden geprobeerd maar grote demonstraties van havenwerkers hebben deze zogenaamde 'port package' gelukkig tegengehouden. Ook in de haven moet niet geconcurreerd worden op prijs, maar op kwaliteit. Dat de package niet doorging had vooral te maken met het feit dat er veel mensen op straat tegen protesteerden, in Rotterdam, maar ook in Brussel en elders in de wereld."

Dennis de Jong haakt hier op in: "Als landen onderling afspraken maken om arbeidsvoorwaarden te verbeteren dan zijn we daarvoor. Als Brussel zich opwerpt als vertegenwoordiger van de aandeelhouders van de grote bedrijven dan doen we dat niet. We hebben daarin een troef: wij weten wat er in de buurten en in de bedrijven speelt, onder gewone mensen en gewone werknemers. Dat is belangrijk en dus zullen we ook zo de Europese regels beoordelen. Alleen wat goed uitpakt krijgt onze steun."