4. Antwoorden op kamervragen van Van Gerven over het pionieren met
complementaire gezondverstandgeneeskunde in het
Slotervaartziekenhuis
Antwoorden op kamervragen van Van Gerven over het pionieren met
complementaire gezondverstandgeneeskunde in het Slotervaartziekenhuis
Kamerstuk, 25 mei 2009
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
MEVA-K-U-2930328
25 mei 2009
Antwoorden van minister Klink op de vragen van het Kamerlid Van Gerven
(SP) over het pionieren met complementaire gezondverstandgeneeskunde
in het Slotervaartziekenhuis (2009Z02094/2080912580).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het feit dat het Slotervaartziekenhuis
complementaire behandelingen in het ziekenhuis aanbiedt? 1)
Antwoord 1
De technieken en behandelingen die het Slotervaartziekenhuis toepast
ter bestrijding van pijn, angst en stress, zijn aanvullend op
reguliere behandelwijzen. Zolang deze complementaire behandelwijzen en
technieken worden toegepast onder de voorwaarden die in antwoord 7
worden genoemd, zie ik geen probleem in het aanbieden van integrative
medicine in het ziekenhuis.
Vraag 2
Zijn de behandelingen die op de kinderafdeling worden toegepast
gebaseerd op betrouwbaar wetenschappelijk onderzoek? Zo ja, kunt u dit
toelichten? Zo nee, welke consequenties dient dit dan te hebben voor
het zorgaanbod van het ziekenhuis?
Antwoord 2
Waar het om gaat is of de betrokken beroepsgroep de behandelingen tot
het aanvaarde arsenaal van medische onderzoeks- en
behandelingsmethoden rekent. Daarbij zijn zowel de stand van de
medische wetenschap als de mate van acceptatie in de medische praktijk
belangrijke graadmeters. Bij dat laatste gaat het er om in welke mate
de beroepsbeoefenaren dergelijke behandelingen als een professioneel
juiste handelwijze beschouwen. De desbetreffende behandelingen zijn
tot op heden niet in de behandelrichtlijnen van de representatieve
beroepsgroep (in casu kinderartsen) opgenomen. Dat sluit toepassing
buiten deze context echter niet geheel uit. Antwoord 7 beschrijft de
voorwaarden waaronder deze behandelingen kunnen worden uitgevoerd.
Vraag 3
Komen dergelijke behandelingen als aromaverneveling voor operaties en
begeleide visualisatieoefeningen in aanmerking voor vergoeding in het
kader van de Zorgverzekeringswet? Zo ja, waarom?
Antwoord 3
Neen, zij komen niet voor vergoeding in het kader van de
Zorgverzekeringswet in aanmerking.
Vraag 4
Worden patiënten of hun ouders bij behandelingen in het ziekenhuis
geconfronteerd met eigen betalingen omdat het niet vergoed wordt in
het kader van de Zorgverzekeringswet? Zo ja, wat is uw mening
daarover?
Antwoord 4
Patiënten dienen behandelingen die niet voor vergoeding op grond van
de Zorgverzekeringswet in aanmerking komen zelf te betalen. Het is de
verantwoordelijkheid van elke patiënt om zelf te bepalen welke zorg
hij wenst. Uiteraard moet een patiënt vooraf goed geïnformeerd worden
over de financiële consequenties van behandelingen die niet onder de
Zorgverzekeringswet vallen.
Vraag 5
Wat is uw oordeel over de integrative medicine
kinderadviespolikliniek? Vindt u het wenselijk dat kinderen voor
behandeling worden doorverwezen naar complementaire behandelaars?
Antwoord 5
Zo lang er sprake is van keuzevrijheid en goede informatieverstrekking
is hiervoor ruimte aanwezig. Zie ook mijn antwoord op vraag 7.
Vraag 6
Wat vindt u van het feit dat de ziekenhuisdirectie deze alternatieve
`gezondverstandsgeneeskunde' beschouwt als een mogelijk unique selling
point voor het ziekenhuis? Is dit niet `productiegedreven'
ziekenhuiszorg waarbij de kwaliteit onder druk staat? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 6
Het is goed mogelijk dat de door het Slotervaartziekenhuis aangeboden
`gezondverstandgeneeskunde' bepaalde patiënten aanspreekt. Zolang de
voorwaarden, geschetst in het antwoord op vraag 7, in acht worden
genomen is geen aanleiding om te menen dat de kwaliteit onder druk
komt te staan.
Vraag 7
In hoeverre is de Inspectie op de hoogte van dit zorgaanbod van het
Slotervaartziekenhuis? Zo ja, wat is het oordeel van de Inspectie
hierover? Zo nee, bent u dan bereid de Inspectie een onderzoek te
laten instellen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
De Inspectie is op de hoogte van het feit dat in het
Slotervaartziekenhuis een vorm van alternatieve geneeskunde wordt
bedreven. Deze informatie is te vinden op hun website (link naar
professionals). Het Slotervaartziekenhuis beschikt o.a. over een
behandelcentrum voor integratieve geneeskunde. De Inspectie heeft
hiervan kennis genomen.
Het oordeel van de Inspectie is dat het ziekenhuis, de artsen, de
verpleegkundigen m.b.t. de medische zorg aan patiënten (diagnostiek,
behandeling en verpleging) zich houden aan wat wetenschappelijk
aanvaard is. Daar waar de wetenschappelijke onderbouwing nog
ontbreekt, verrichten zij de werkzaamheden op grond van hun
deskundigheid en binnen de kaders die daarvoor binnen de beroepsgroep
zijn gegeven.
De klachten van de patiënt moeten de diagnostiek en de behandeling
rechtvaardigen. Hetgeen over informed consent wettelijk is vastgelegd
moet worden uitgevoerd. Dat houdt in dat de patiënt wordt geïnformeerd
en die informatie in het medisch dossier wordt vastgelegd. Voor
BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaren geldt dat zij hun patiënten
moeten voorlichten over de mogelijke reguliere (evidence-based)
behandelmethoden en alternatieve behandelmogelijkheden. Hierbij dient
duidelijk onderscheid gemaakt te worden tussen het reguliere aanbod -
en wat daarbinnen de verschillende mogelijkheden en verwachtte
resultaten zijn - en het alternatieve aanbod. Dit moet, met de
toestemming van de patiënt/ouders met de aangeboden behandeling, ook
goed in het dossier zijn vastgelegd. Het is aan de behandelaar om de
patiënt volledig en juist te informeren, het is vervolgens aan de
patiënt/ouder om een behandeling te kiezen
Vraag 8
Welke mogelijkheden heeft de Inspectie om hier in te grijpen?
Antwoord 8
De Inspectie beschikt over meerdere handhavingsinstrumenten, op grond
van de Kwaliteitswet zorginstellingen (gericht tegen de instelling)
als op grond van de Wet BIG (gericht tegen de individuele
beroepsbeoefenaar). Bij de keuze van een handhavingsinstrument worden
de feiten van een casus beoordeeld onder meer op ernst van de feiten,
risico voor de patiënt en de gevolgen van het handelen.
In ernstige gevallen kan een bevel worden gegeven. Indien het een
BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaar betreft is daarnaast ook
tuchtrechtspraak mogelijk; indien geen sprake is van een
BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaar resteert het strafrecht.
Vraag 9
Kunt u meedelen wat er uit het door u beloofde onderzoek naar de
alternatieve geneeswijze toepassende specialist uit het Zaans Medisch
Centrum is gekomen? Past deze specialist alternatieve geneeswijzen toe
in het ziekenhuis? 2) Heeft dit nog tot maatregelen geleid? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 9
Een melding hierover is in 2007/2008 door de IGZ behandeld. De
desbetreffende melder is gewezen op de klachtencommissie en het
tuchtcollege. Door de IGZ is verder geen onderzoek gedaan; evenmin is
er ingegrepen. Het feit dat alternatieve behandelwijzen toegepast
worden, impliceert op voorhand niet een ingrijpen van de IGZ. Zie ook
mijn antwoorden op vraag 2, 7 en 8.
1) Het Financiële Dagblad, 4 februari 2009: "Inspelen op de
wisselwerking tussen lichaam en geest"
2) Gegevens onderhands verstrekt aan bewindspersoon
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport