Ministerie van Defensie
Ministerie van Defensie
Postbus 20701
2500 ES Den Haag
Telefoon (070) 318 81 88
Fax (070) 318 78 88
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Plein 2
2511 CR Den Haag
Datum 20 mei 2009
Ons kenmerk DRMV/2009007541
Onderwerp Antwoorden op vragen van de leden Vietsch, Jager en Bilder (allen CDA) aan de
ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Volkhuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de staatssecretaris van Defensie over het feit
dat zeldzame varens in Soesterberg de verkoop van 155 legertrucks verhinderen en dat
de Landmachtdagen op de Amersfoortse Bernhardkazerne niet doorgaan vanwege de
zandhagedis (ingezonden 20 maart 2009 met kenmerk 2009Z0505229)
Hierbij bied ik u mede namens de ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en
van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer de antwoorden aan op de
vragen van de leden Vietsch, Jager en Bilder (allen CDA) over het feit dat zeldzame varens in
Soesterberg de verkoop van 155 legertrucks verhinderen en dat de Landmachtdagen op de
Amersfoortse Bernhardkazerne niet doorgaan vanwege de zandhagedis.
DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
drs. J.G. de Vries
Antwoorden op de vragen van de de leden Vietsch, Jager en Bilder (allen CDA) aan de
ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de staatssecretaris van Defensie over het feit
dat zeldzame varens in Soesterberg de verkoop van 155 legertrucks verhinderen en dat
de Landmachtdagen op de Amersfoortse Bernhardkazerne niet doorgaan vanwege de
zandhagedis (ingezonden 20 maart 2009 met kenmerk 2009Z05229).
1
Wat is uw mening over het feit dat zeldzame varens in Soesterberg de verkoop van 155
legertrucks verhinderen en dat de Landmachtdagen op de Amersfoortse
Bernhardkazerne niet doorgaan vanwege de zandhagedis? 1)
Ter voorbereiding op de uitvoering van de operationele taken maakt Defensie gebruik van
verschillende militaire terreinen. Hierbij dient Defensie als deel van de overheid naar
vermogen bij te dragen aan het geldende natuurbeleid. Uit inventarisaties blijkt dat Defensie
op verschillende terreinen een waardevolle bijdrage levert aan de natuurwaarden in
Nederland. Meestal gaan het defensiegebruik en natuurbeheer op militaire terreinen goed
samen. De aanwezigheid van bijzondere varens en de zandhagedis op militaire
(oefen)terreinen is hier op zichzelf een voorbeeld van. Niettemin is er, zoals bij bovenstaande
voorbeelden, sprake van een spanningsveld tussen het defensiebelang en natuurbelangen.
Het is dan zaak om, binnen de wet- en regelgeving, een goed evenwicht tussen beide
belangen te vinden. De Landmachtdagen op de Amersfoortse Bernhardkazerne gaan door op
basis van een door het Ministerie van LNV verleende ontheffing.
2
Moet het gebruik door Defensie van het terrein bij de kazerne aan het Zeisterspoor in
Soesterberg en het oefenterrein De Vlasakkers bij de Amersfoortse Bernhardkazerne
beperkt worden in verband met de Europese Habitatrichtlijn en de Conventie van
Bern?
Zo ja, wat zijn hiervan de (financiële) consequenties voor deze terreinen en voor
andere terreinen van Defensie?
Op grond van de Europese Habitatrichtlijn en de Conventie van Bern moet in bepaalde
situaties een toetsing van militaire activiteiten in relatie tot natuurwaarden worden verricht. Bij
deze toetsing moet een afweging worden gemaakt tussen de wijze waarop de natuur in dat
gebied wordt beschermd en de wijze waarop activiteiten plaatsvinden. Relevant in dit
verband zijn de zorgplicht en de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet, waarmee het
soortenbeschermingsspoor van de Habitatrichtlijn en de Conventie van Bern worden
uitgevoerd. Regulier gebruik van bedoelde terreinen heeft geen extra financiële
consequenties. De varens op het terrein te Soesterberg en de zandhagedissen op De
Vlasakkers gedijen op die plaatsen immers juist dankzij de wijze van gebruik en onderhoud
door Defensie. De zorgplicht van de Flora- en faunawet gaat niet zo ver dat de gehele
populatie varens in stand moet worden gehouden. De instandhouding van een in omvang
beperkte populatie, van waaruit sporen zich naar elders kunnen verspreiden, volstaat. Het is
daarbij gebleken dat het mogelijk is om een deel van de varens te verplanten naar elders.
Tegelijkertijd met de verplaatsing en het behoud van die beperkte populatie varens (al dan
niet op een andere locatie) kan de verplaatsing van de geparkeerde voertuigen en daarmee
het gebruik van het terrein te Soesterberg zonder beperkingen voortgezet worden. Over de
concrete invulling daarvan zijn LNV en Defensie in overleg.
In het geval van noodzakelijk niet-regulier gebruik, zoals het houden van de Landmachtdagen
op de Amersfoortse Bernhardkazerne, moet voorafgaand daaraan onderzoek worden
uitgevoerd. De kosten daarvan zijn afhankelijk van de aard en de omvang van het onderzoek
en daarom moeilijk in te schatten.
3
Welke financiële consequenties zijn er als legertrucks niet verplaatst en dus niet
verkocht kunnen worden?
De betreffende voertuigen vertegenwoordigen ongeveer 10.000 per stuk aan verwachte
verkoopwaarde. Voor de betreffende 155 voertuigen komt dat neer op een totaal van
1.550.000 .
De financiële consequenties van langjarig beheer of vervangend terrein zijn niet goed in te
schatten. Bovendien staat niet vast dat het terrein langdurig niet meer kan worden gebruikt.
Zie ook het antwoord op vraag 2.
4
Wat betekent het voor het milieu als 155 legertrucks verroesten tot schroot, en zijn
autowrakken op het terrein bij de kazerne aan het Zeisterspoor toegestaan volgens het
bestemmingsplan en volgens de milieuwetgeving?
Op Kamp Soesterberg worden af te stoten parkgoederen waarin zich vloeistoffen bevinden
(in dit geval 155 legertrucks), gestald volgens het "Protocol keuring ingeleverde
parkgoederen" om bodemverontreiniging te voorkomen. Dit protocol maakt deel uit van de
vergunning Wet milieubeheer voor Kamp Soesterberg. De legertrucks zijn in rijdende staat
geplaatst. Er is geen sprake van de opslag van autowrakken. Een nieuwe, zogenoemde
revisievergunning op grond van de Wet milieubeheer is in voorbereiding.
In de legertrucks zijn nog vloeistoffen aanwezig. Het betreft motorolie, een klein restant
brandstof en koelvloeistof. De accu's van de legertrucks zijn verwijderd. Volgens het in de
geldende milieuvergunning opgenomen protocol worden de voertuigen eenmaal per drie
maanden gecontroleerd op lekkage. In de ontwerpbeschikking van de revisievergunning is de
frequentie van de controles per voorschrift verhoogd tot maandelijks, waarvan een registratie
moet worden bijgehouden in het milieulogboek. Onder deze voorwaarden is de stalling van
deze voertuigen volgens de milieuwetgeving toegestaan. Het is niet te verwachten dat deze
voertuigen door weersinvloeden zullen wegroesten.
Het bestemmingsplan staat deze activiteit toe.
5
Wilt u de Kamer op de hoogte houden van het verloop van de strijd tussen Defensie en
de varens en zandhagedissen?
Zie het antwoord op de vragen 1, 2 en 3.
1) Amersfoortse Courant, 10 maart 2009