Homofobie in Moskou voedt de aidsepidemie
15-05-2009
Aanstaande zondag is het de internationale dag tegen de homofobie.
Dankzij het songfestival is er nu vernieuwde aandacht voor de
discriminatie van homomannen in Moskou. Homofobie staat hiv-preventie
in de weg. De Russische overheid doet zelf niets aan hiv-preventie
onder homomannen. Naar schatting zijn 8 tot 11% van de homomannen
geïnfecteerd. Ter vergelijking; in Nederland is 5 tot 8% van de
homomannen hiv-geïnfecteerd. Zolang de overheid het anti-homo klimaat
in stand houdt en geen preventieprogrammas voor homomannen financiert,
moet de steun van internationale organisaties komen, zoals het Aids
Fonds.
Anti-homo klimaat met grote gevolgen
Homofobie voedt de aidsepidemie. In een anti-homo klimaat durven
homomannen niet open te zijn over hun seksuele geaardheid.
Voorlichters en zorgverleners kunnen hen hierdoor moeilijk bereiken.
Voor homomannen is de barrière hoog om een hiv-test te laten doen
omdat dan ook wordt gevraagd hoe zij hiv hebben opgelopen. Zolang de
Russische overheid het bestaan van homomannen ontkent, ontwikkelt zij
ook geen preventiebeleid voor deze specifieke groep.
Internationale steun
In augustus eindigt de financiering van preventieprogrammas door het
Global Fund. De vraag is of de Russische regering deze financiering
dan over wil nemen. Het Aids Fonds steunt sinds 2008 homomannen in
Moskou via het MSM Initiative van the American Foundation for AIDS
Research (amfAR). In 2008 heeft het Aids Fonds 600.000 euro gedoneerd
aan amfAR voor een periode van drie jaar. In het eerste jaar wordt
200.000 euro ingezet om organisaties te ondersteunen, die zich richten
op mannen die seks hebben met mannen in Oost-Europa en Centraal-Azië.
Stichting Aids Fonds