Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
2009Z07242
Vragen van het lid Besselink (PvdA) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
over bezuinigingen aan universiteiten met mogelijke gevolgen voor het onderwijs
(ingezonden 16 april 2009)
1
Bent u op de hoogte van een serie bezuinigingen die op enkele universiteiten (o.a. Biologie en
Letteren in Leiden en Biologie in Utrecht) door de raden van besturen in werking zijn gezet?
Antwoord
Ja
2
Bent u bekend met signalen afkomstig van verschillende vakgroepen op deze universiteiten
dat deze bezuinigingen door de keuzes van deze universiteitsbesturen ten koste gaan van
onderwijspersoneel en daarmee ook van de kwaliteit van het universitaire onderwijs? Zo ja,
hoe beoordeelt u deze signalen?
Antwoord
Ja, ik ben op de hoogte van deze signalen. De universiteiten hebben zowel een onderwijs- als
een onderzoekstaak. Ik ga ervan uit dat bij noodzakelijke bezuinigingsoperaties van
universiteiten de kwaliteit van zowel onderwijs als onderzoek vooropstaat en dat daarmee
samenhangende belangen evenwichtig worden afgewogen. De Colleges van Bestuur hebben
de verantwoordelijkheid daarvoor zorg te dragen.
3
Kunt u nader ingaan op de achtergrond van deze gemelde bezuinigingen?
Antwoord
De gesignaleerde bezuinigingen en reorganisaties hebben verschillende achtergronden die ook
per universiteit verschillen. Zo hebben de bezuinigingen bij de universiteit Leiden vooral
betrekking op onderzoeksintensieve gebieden. Bij de gesignaleerde operaties speelt naast
budgettaire problematiek ook bijzondere problematiek ten aanzien van specifieke
studierichtingen, zoals bij de letteren, een rol. Door de universiteiten wordt verder gewezen
op de overheveling van eerste naar tweede geldstroom. De overheveling betekent echter niet
dat er minder middelen beschikbaar zijn voor de universiteiten. In totaliteit is het universitaire
budget in de afgelopen jaren juist toegenomen. Dit sluit echter niet uit dat de overheveling
kan leiden tot reallocaties tussen en binnen de universiteiten.
4
Deelt u de mening dat het niet goed is voor de kwaliteit van universitair onderwijs wanneer er
bij benodigde budgettaire heroverwegingen op deze universiteiten vooral onderwijspersoneel
en -taken worden weggesneden? Zo ja, bent u in gesprek met de universiteiten om deze op
hun onderwijstaken te wijzen?
Antwoord
Zie antwoord 2. Verder wijs ik erop dat ik in april 2008 meerjarenafspraken met de
universiteiten heb gemaakt over verbetering van het studiesucces en verhoging van de
kwaliteit van het onderwijs. Voor het realiseren van deze afspraken heeft het kabinet extra
middelen beschikbaar gesteld. De universiteiten zullen die middelen onder meer inzetten voor
het aantrekken van onderwijspersoneel.
5
Kunt u nader ingaan op het signaal dat er tussen universiteiten onderling geen afstemming
plaatsvindt over vakgroepen waarop wordt bezuinigd, waardoor het gebrek aan coördinatie in
budgettaire verschuivingen potentieel negatieve gevolgen kan hebben voor specifieke en
belangrijke kennis in de Nederlandse universitaire wereld?
Antwoord
Mijn beeld is dat de universiteiten op verschillende gebieden juist steeds nauwer
samenwerken om in onderlinge afstemming het onderwijs- en onderzoekbeleid vorm te
geven. Voorbeelden daarvan zijn onder meer de geesteswetenschappen, wiskunde, scheikunde
en natuurkunde.