Cees Wensing overleden
15 mei 2009
Onderdeel: Animal Sciences Group
Op 13 mei jl. is op 71-jarige leeftijd Prof. Dr. C.J.G. (Cees) Wensing
overleden. Hij was van 1 maart 1987 tot 1 oktober 1999 directeur van
het Centraal Diergeneeskundig Instituut (CDI) dat in de jaren 90
fuseerde tot het Instituut voor Dierhouderij en Diergezondheid
(ID-DLO). Bij zijn afscheid kreeg hij de Koninklijke onderscheiding
âRidder in de Orde van de Nederlandse Leeuwâ.
Cees Wensing studeerde diergeneeskunde in Utrecht en behaalde in 1961
cum laude zijn doctoraal examen. Daarna heeft hij o.a. bij de
Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht gewerkt, waar
hij decaan was en hoogleraar in de veterinaire anatomie en
embryologie. Zijn hoogleraarschap continueerde hij toen hij op 1 maart
1987 directeur werd van het Centraal Diergeneeskundig Instituut in
Lelystad. Dit instituut fuseerde onder zijn leiding in 1993 met het
IVO, het IVVO en het COVP tot het Instituut voor Dierhouderij en
Diergezondheid (ID-DLO). Dit instituut groeide uit tot een
internationaal gerenommeerd instituut met meer dan 750 medewerkers. Na
zijn afscheid is het instituut gefuseerd met het Praktijkonderzoek
Veehouderij en het Departement Dierwetenschappen van Wageningen
Universiteit tot de Animal Sciences Group van Wageningen UR. Het
Centraal Veterinair Instituut is hiervan een onderdeel.
Cees Wensing heeft met veel deskundigheid en grote betrokkenheid de
omslag bewerkstelligd naar een marktgerichte organisatie. Onder zijn
leiding zijn de niet-LNV programma-inkomsten van het ID-DLO in vijf
jaar tijd gegroeid van 10% naar 55% van de omzet. Ondanks de sterk
dalende budgetten voor innovatief onderzoek en een sterke politieke
tegenwind heeft hij blijvend geïnvesteerd in de ontwikkeling van
nieuwe dierziektebestrijding middels speciaal ontwikkelde diagnostiek
in combinatie met markervaccins, die we tegenwoordig DIVA-vaccins
noemen (differentiating infected from vaccinated animals). Dit bleek
een succes want deze vaccins zijn en worden wereldwijd op grote schaal
toegepast om dierziekten uit te roeien.
Wensing was de initiator van hechte samenwerkingsrelaties met
strategisch partners. Binnen Wageningen UR was hij een groot
voorvechter van een sterke bundeling van krachten van de universiteit,
het marktgericht onderzoek en het praktijkonderzoek. Wetenschappelijke
kracht en een verantwoorde inzet van gemeenschapsgeld gingen voor hem
daarbij hand in hand. Hij creëerde concrete samenwerkingsverbanden
met partners zoals de faculteit Diergeneeskunde, TNO Voeding en de
Gezondheidsdienst voor Dieren. Met zijn visie heeft hij een onmisbare
bijdrage geleverd aan de kwaliteit en de toekomst van het
wetenschappelijk en maatschappijgerichte onderzoek en heeft een
stempel gedrukt op het gebied van veterinaire, biomedische en
dierwetenschappen in Nederland.
Naast zijn werk bij Wageningen UR heeft Cees Wensing diverse
bestuursfuncties vervuld, als lid van het Clusterbestuur Instituten
Levenswetenschappen van de KNAW, de Adviescommissie Wetenschapsbeleid
van de Universiteit Utrecht, het bestuur van de Nederlandse Anatomen
Vereniging, het bestuur van de Stichting Flevolandschap en als
voorzitter van het bestuur van het Regionaal OnderwijsCentrum
Flevoland in Almere. Vanuit deze functies heeft hij actief bijgedragen
aan de toekomst, de ontwikkeling en de versterking van enerzijds de
veterinairbiomedische wetenschap en anderzijds van de provincie
Flevoland.
Zijn aanstelling als 0,0 hoogleraar veterinaire anatomie en
embryologie bij de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit
Utrecht heeft hij, naast zijn directeurschap van het ID-DLO, steeds
zeer serieus genomen door colleges te verzorgen en deel te nemen in
promotiecommissies. Het schrijven van wetenschappelijke publicaties
vond hij ook erg belangrijk. Hij heeft als auteur of coauteur meer dan
200 publicaties in gerefereerde tijdschriften en meer dan 50 kleinere
publicaties op zijn naam staan. Verder is hij, samen met professor
Dyce en professor Sack van Cornell University, auteur van het
âTextbook of Veterinary Anatomyâ. Dit geldt wereldwijd als
standaardwerk dat door de meerderheid van Veterinaire Faculteiten in
Europa, de Verenigde Staten en Canada wordt gebruikt en aanbevolen.
Het toonaangevende naslagwerk is in diverse talen uitgebracht. Na zijn
pensionering heeft hij zich samen met een van zijn coauteurs gewijd
aan een volledig herziene derde editie.
Ook na zijn pensionering in 1999 bleef hij nog zeer actief in het
veterinaire werkveld. Zo was hij o.a. voorzitter van de Raad voor
Dieraangelegenheden en heeft bijvoorbeeld op verzoek van het
ministerie van LNV advies uitgebracht over de wijze waarop Nederland
zich kon voorbereiden op bioterrorisme in relatie tot besmettelijke
dierziekten
Wij zullen Cees Wensing herinneren als een zeer bekwaam directeur, die
enerzijds inhoudelijk zeer goed wist waar hij over sprak, maar
anderzijds ook visie had op het veterinaire werkveld en een uitstekend
bestuurder was. Hij had veel belangstelling voor de wetenschappelijke
voortgang van het onderzoek binnen het instituut en sprak veel met
onderzoekers over de voortgang van hun projecten. Terecht werd hij
daarom bij zijn afscheid als directeur koninklijk onderscheiden tot
Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Ook na zijn pensionering
toonde hij veel belangstelling voor de ontwikkelingen binnen het
instituut en ontmoetten we hem regelmatig tijdens diverse symposia en
recepties, zelfs toen hij al ernstig ziek was. Wij wensen zijn
echtgenote Imel, zijn kinderen, kleinkinderen en de verdere familie en
vrienden heel veel sterkte toe.
Directie, managementteam en medewerkers van de Animal Sciences Group
van Wageningen UR
Wageningen Universiteit en Researchcentrum