Openbaar Ministerie


* >Onderzoek overlijden Denise Schouten afgerond

Onderzoek overlijden Denise Schouten afgerond

14 mei 2009 - Arrondissementsparket Breda

De Rijksrecherche heeft op verzoek van de hoofdofficier van justitie in Breda drie kwesties omtrent het onderzoek naar het overlijden van Denise Schouten nader onderzocht. De jonge vrouw overleed op 27 december 1999 na een bezoek te hebben gebracht aan een café in Tilburg. Uit de gerechtelijke sectie toentertijd en uit onderzoek van het lichaamsmateriaal is geconcludeerd dat er sprake was van een natuurlijke dood.

De hoofdofficier van Breda besloot in december 2008 tot een nader onderzoek na een gesprek met een journalist van het actualiteitenprogramma Nova waarin drie vraagpunten aan de orde werden gesteld. De hoofdofficier besloot tot het nadere onderzoek omdat hij over de vraagpunten geen onduidelijkheid wilde laten bestaan. Het onderzoek betreffende de drie kwesties is nu afgerond.

Het eerste punt dat onderzocht is betreft het in het gesprek geuite vermoeden, van wie het hart afkomstig was dat voor de contra-expertise ter beschikking was gesteld aan forensische laboratoria. Eerder in het onderzoek naar het overlijden van de vrouw werd door het forensisch laboratorium IFS vastgesteld dat het hart dat voor de contra-expertise ter beschikking werd gesteld niet van de jonge vrouw, maar van een onbekende jongen of man was. Eerdere onderzoeken hebben niet uitgewezen hoe en waar de verwisseling van het hart heeft kunnen plaatsvinden. Uit het laatste onderzoek is gebleken dat onomstotelijk vaststaat dat het betreffende hart van de onbekende jongen of man niet het hart is van de persoon die in het gesprek werd genoemd. Het nadere onderzoek heeft echter geen uitsluitsel kunnen geven over de identiteit van de onbekende man wiens hartweefsel werd onderzocht.

Ten tweede is nader onderzoek verricht naar een vermeende tegenstrijdigheid in het onderzoek waarbij de natuurlijke dood van Denise is vastgesteld. Het onderzoek heeft uitgewezen dat er geen sprake is van tegenstrijdigheid. In het dossier staat dat een deskundige op basis van moleculair onderzoek heeft vastgesteld dat twee hartblokjes van Denise afkomstig waren. Omdat een andere deskundige had gesteld dat dat alleen met DNA-vergelijkingsonderzoek kan worden vastgesteld, leek er sprake van een tegenstrijdigheid. Onderzoek heeft nu uitgewezen dat het genoemde moleculair onderzoek een DNA-vergelijkingsonderzoek betrof. Van tegenstrijdigheid is dus geen sprake.

Ten derde is het dossier nader bestudeerd om te bezien of het aanleiding gaf voor de suggestie dat het NFI op de hoogte is geweest van het verwisselen van het hart en heeft getracht die wetenschap achter te houden. Uit niets is gebleken dat het NFI bewust onderzoeksresultaten heeft willen maskeren.

Eind 2008 heeft het NFI aan het OM Breda gemeld opnieuw weefsel in de zaak Denise Schouten te hebben gevonden. De vondsten werden gedaan in het kader van de zogenoemde 100%-controle die in juli 2008 is gestart met het doel alle stukken van overtuiging die bij het NFI liggen opgeslagen te inventariseren.

De advocaat van de familie van de overleden vrouw is vandaag door de hoofdofficier van Breda over de resultaten van het nadere onderzoek geïnformeerd.