Geen duidelijk aantoonbaar verband tussen vreemdelingenbeleid en asiel
13/05/2009 10:04
Adviescommissie v. Vreemdelingenzaken
In 2006 heeft de ACVZ het advies uitgebracht 'Categoriaal Beschermingsbeleid, een noodzaak', over het zogenoemde groepsgebonden beschermingsbeleid voor bijvoorbeeld asielzoekers uit Irak en Somalië. Staatssecretaris van Justitie Albayrak heeft de ACVZ verzocht een update van dat advies uit te voeren. In dit nadere (brief)advies van 6 mei 2009, constateert de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) dat de variaties in instroom van asielzoekers in een tiental Europese landen niet kunnen worden verklaard uit de (minimale) verschillen in wet- en regelgeving op het gebied van groepsbescherming.
De verschillen in instroom zoals die naar voren komen in het voor de update door het International Centre for Migration Policy Development (ICMPD, Wenen) en de European Council for Refugees and Exiles (ECRE) uitgevoerde onderzoek kunnen mogelijk het gevolg zijn van een andere beleidsuitvoering of van andere factoren, variërend van de aanwezigheid van landgenoten tot economische kansen.
De update heeft, naar de mening van de ACVZ, geen resultaten opgeleverd die een wijziging van het categoriaal beschermingsbeleid, of het één-status-systeem, rechtvaardigen. Al in 2006 bepleitte de ACVZ voortzetting van het zogenoemde groepsgebonden beschermingsbeleid en werd geconstateerd dat dit beleid geen aantoonbare 'aanzuigende werking' had.
De ACVZ beveelt in de update verder aan om binnen de Europese Unie initiatieven te ontwikkelen om de internationaalrechtelijke normen te harmoniseren zodat het groepsgebonden beschermingsbeleid voor wat betreft regelgeving en uitvoering een Europees karakter kan krijgen.
In 2006 heeft de ACVZ het advies uitgebracht 'Categoriaal Beschermingsbeleid, een noodzaak', over het zogenoemde groepsgebonden beschermingsbeleid voor bijvoorbeeld asielzoekers uit Irak en Somalië. Staatssecretaris van Justitie Albayrak heeft de ACVZ verzocht een update van dat advies uit te voeren. In dit nadere (brief)advies van 6 mei 2009, constateert de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) dat de variaties in instroom van asielzoekers in een tiental Europese landen niet kunnen worden verklaard uit de (minimale) verschillen in wet- en regelgeving op het gebied van groepsbescherming.
De verschillen in instroom zoals die naar voren komen in het voor de update door het International Centre for Migration Policy Development (ICMPD, Wenen) en de European Council for Refugees and Exiles (ECRE) uitgevoerde onderzoek kunnen mogelijk het gevolg zijn van een andere beleidsuitvoering of van andere factoren, variërend van de aanwezigheid van landgenoten tot economische kansen.
De update heeft, naar de mening van de ACVZ, geen resultaten opgeleverd die een wijziging van het categoriaal beschermingsbeleid, of het één-status-systeem, rechtvaardigen. Al in 2006 bepleitte de ACVZ voortzetting van het zogenoemde groepsgebonden beschermingsbeleid en werd geconstateerd dat dit beleid geen aantoonbare 'aanzuigende werking' had.
De ACVZ beveelt in de update verder aan om binnen de Europese Unie initiatieven te ontwikkelen om de internationaalrechtelijke normen te harmoniseren zodat het groepsgebonden beschermingsbeleid voor wat betreft regelgeving en uitvoering een Europees karakter kan krijgen.
http://www.acvz.com