Beantwoording vragen van de leden Blom en Jonker over de PACE-resolutie over
de SG-verkiezing in de Raad van Europa
11-05-2009 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bieden wij u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke
vragen gesteld door de leden Blom en Jonker over de PACE-resolutie
inzake de SG-verkiezing in de Raad van Europa. Deze vragen werden
ingezonden op 4 mei 2009 met kenmerk 2009Z08408.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
De Staatssecretaris voor Europese Zaken,
Drs. F.C.G.M. Timmermans
Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken en de
heer Timmermans, Staatssecretaris voor Europese Zaken op vragen van de
leden Blom en Jonker (PvdA, CDA) over de PACE-resolutie inzake de
SG-verkiezing in de Raad van Europa.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de resolutie van de Parlementaire Assemblee
van de Raad van Europa van 29 april j.l. over de procedure met
betrekking tot de aanstaande verkiezing van een nieuwe
secretaris-generaal van de Raad van Europa?
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Hoe oordeelt u over de in de resolutie vervatte dringende oproep van
de Parlementaire Assemblee aan het Comité van Ministers van de Raad
van Europa om de leden van de Assemblee een zo breed mogelijke keuze
tussen kandidaten voor te leggen, meer concreet om alle vier de
aangemelde kandidaten op de lijst te zetten die aan de Assemblee wordt
voorgelegd?
Antwoord
Nederland heeft zich in de discussie in het Comité van Ministers (CM)
over de ontwerpaanbeveling inzake een shortlist van kandidaten,
consequent op de positie gesteld dat de verkiezingsprocedure niet
diende te worden aangescherpt nadat de kandidaten zich bekend hadden
gemaakt en zich al in de selectieprocedure bevonden.
Wij kunnen ons dan ook vinden in de resolutie van de Parlementaire
Assemblee waarin het CM wordt verzocht zijn standpunt te herzien, en
alsnog een lijst met vier kandidaten aan te bevelen, waarbij dan
mogelijk een voorkeursvolgorde kan worden aangegeven.
Vraag 3
Bent u van zins om, in aansluiting op eerdere inspanningen van de kant
van de Nederlandse regering, verdere stappen te zetten om te
bevorderen dat de nieuwe secretaris-generaal kan rekenen op een zo
breed mogelijke steun van zowel het Comité van Ministers als de
Parlementaire Assemblee zodat een conflict tussen beide organen van de
Raad van Europa wordt vermeden?
Antwoord
Gezien de uitdagingen waar de Raad van Europa zich momenteel voor
gesteld ziet, onderstreept Nederland het belang van eenheid en
samenwerking tussen de diverse organen van de Raad. Ook vanuit het
oogpunt van legitimiteit en autoriteit geeft Nederland de voorkeur aan
een daadkrachtige nieuwe secretaris-generaal met een breed gedragen
mandaat, die de steun van zowel het CM als de PACE geniet.
Nederland zal in het CM dan ook vasthouden aan het standpunt dat de
afgelopen tijd is uitgedragen en aandringen op herziening van de
ontwerpaanbeveling, teneinde tijdens de 199e ministeriële bijeenkomst
in Madrid een aanbeveling met de vier kandidaten te kunnen
vaststellen. Gezien het krachtenveld in het CM is de kans echter niet
groot dat het CM zijn standpunt zal willen herzien.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken