Productieverplaatsing en kopstaartbedrijven
11 mei. 2009
Liberalisering van de wereldhandel en vermindering van de transportkosten hebben de afgelopen decennia gezorgd voor verplaatsing van productie op grote schaal naar locaties met kostenvoordelen: vooral loonkosten, maar ook kosten van energie en grond, beschikbaarheid van gekwalificeerde arbeid en dergelijke. Inmiddels worden ook onderzoeklaboratoria, software, administratieve werkzaamheden en diensten zoals helpdesks en callcenters 'gedelokaliseerd' met digitale uitwisseling van data (ICT) als motor, maar verplaatsing van industriële productie blijft toch de hoofdmoot en de meest in het oog vallende verschijningsvorm. Als gevolg daarvan zijn zogeheten kopstaartbedrijven ontstaan die de marketing en verkoop voor hun rekening nemen, en doorgaans ook productontwikkeling en ontwerp, maar de productie overlaten aan goedkoper werkende buitenlandse specialisten/loonbedrijven, al dan niet als dochteronderneming.
Kopstaartbedrijf: een gangbaar ondernemingsmodel
Kopstaartbedrijven zijn bedrijven die de feitelijke vervaardiging van door hen ontworpen en op de markt gebrachte producten volledig onderbrengen bij industriële loonbedrijven (outsourcing), of eigen dochterondernemingen elders (offshoring). Zelf nemen zij enerzijds ontwerp/productontwikkeling (de 'kop'), anderzijds verkoop en marketing (de 'staart') voor hun rekening. Tevens sturen zij de elders ondergebrachte productie aan (toezicht op kwaliteit en logistiek). Kopstaartbedrijven zijn in Nederland voornamelijk te vinden bij serie- en massaproductie waarvan niet de techniek maar (de kwaliteit van) het ontwerp de doorslag geeft om het verschil te maken met de concurrentie. De modebranche en sportmerken zijn daarom het schoolvoorbeeld: kopstaartbedrijven zijn er zelfs een volstrekt gangbaar ondernemingsmodel. Waar de technische content van producten een hoofdrol speelt, zoals in grote delen van de metaal, de elektrotechnische en de kunststofverwerkende industrie, komen echte kopstaartbedrijven veel minder voor. Er wordt weliswaar op grote schaal productie uitbesteed, maar dat gebeurt niet bij vitale, als 'strategisch' beschouwde onderdelen en producten: die blijft men doorgaans zelf doen.
Vanuit productielanden valt nog geen concurrentie te verwachten Dat in de huidige lagelonenlanden pogingen gedaan (zullen) worden om te upgraden naar hoogwaardiger producties met meer toegevoegde waarde staat buiten kijf. De hordes die zij daarbij moeten nemen zijn echter zodanig hoog dat het nog geruime tijd kan duren vóór de huidige kopstaartbedrijven daar serieus last van krijgen, mede door het feit dat zulke upgrading ook vaak om een 'cultuuromslag' vraagt. Naarmate het accent in de kerncompetenties van (kopstaart)bedrijven sterker ligt op kennis van de consumentenmarkt en het vertalen daarvan in ontwerpen - en minder op technische kennis van product en productiemethodiek - is het bovendien lastiger voor bedrijven uit de huidige lagelonenlanden om de kop en de staart van hun opdrachtgevers over te nemen. Kopstaartbedrijven in modeproducten zoals kleding en schoeisel hoeven daarom voorlopig niet te vrezen voor serieuze concurrentie uit de huidige productielanden. Voor inlichtingen: 079 343 06 04
Pagina's: 26 | 11 mei. 2009 | ISBN: 9037110029 | Prijs gedrukte versie: 30,00 euro Auteurs: drs. R.M. Braaksma
Beschrijving:
Dit rapport gaat over kopstaartbedrijven. Wat zijn kopstaartbedrijven precies, in welke bedrijfsactiviteiten zijn ze (vooral) te vinden, hoe zit het met de uitbestedingstrend en wat levert die op?