Nederlands Vaccinatie Instituut


Onderzoekers NVI werpen nieuw licht op meningokokkenziekte

maandag, 27 april 2009

Meningokokkenziekte (hersenvliesontsteking) staat bekend om het zeer snelle en gevaarlijke verloop van de ziekte. Onderzoekers van het NVI en AMC hebben nu echter gevonden dat dit niet altijd het geval hoeft te zijn. Geheel onverwacht blijkt dat in zo'n 10% van alle ziekenhuisopnamen door meningokokken, de bacterie een mutatie heeft ondergaan, waardoor een veel minder actieve vorm van de ziekte ontstaat. Hun bevindingen werden gepubliceerd op PloS Pathogens.

Meningokokkenziekte is een ontsteking van de hersenvliezen, die al dan niet gepaard gaat met een bloedvergiftiging (sepsis). Ongeveer tien procent van de gezonde mensen draagt de meningokok (een bacterie) in de keel-neusholte. De ziekte wordt veroorzaakt door piepkleine druppeltjes met bacteriën die bij het hoesten, spreken en niezen vrijkomen.

Uit de hand lopen

Hoe wordt meningokokkenziekte veroorzaakt ? Al lang is bekend dat het lipopolysaccharide (LPS) of endotoxine een belangrijke bepalende factor is voor een aantal ernstige ziekteverschijnselen. Deze stof is een belangrijk onderdeel van de buitenste celwandlaag van de bacterie. Een specifieke receptor die op veel afweercellen in het menselijk lichaam aanwezig is, herkent dan LPS en brengt uiteenlopende ontstekingsreacties op gang. Dit is gunstig als het om kleine aantallen bacteriën gaat, want hierdoor wordt hun verdere groei en verspreiding tot stilstand gebracht. Maar als er grote hoeveelheden bacteriën zich in het bloed vermenigvuldigen, kan dezelfde reactie volledig uit de hand lopen en leiden tot septische shock, een levensbedreigende situatie waarbij allerlei lichaamsfuncties gaan uitvallen.

Onverwachte mutatie

Niet alle vormen van LPS worden even goed herkend door de mens. Tot op heden werd aangenomen dat Neisseria meningitidis (de meningokok) een zeer actieve vorm maakt, wat het zeer snelle en gevaarlijke verloop van de ziekte kan verklaren. Onderzoekers van het NVI en AMC hebben nu echter gevonden dat dit niet altijd het geval is. Geheel onverwacht blijkt dat ongeveer 10% van alle klinische meningokokken isolaten een mutatie heeft in een van de genen betrokken bij de aanmaak van het LPS, waardoor een veel minder actieve vorm ontstaat. Deze zogenaamde lpxL1-mutanten geven een veel minder sterke respons in menselijk afweercellen. Door in een cohort van meningokokken meningitis patiënten te kijken naar het lpxL1-gen van de geïsoleerde bacteriën, en tegelijkertijd naar het verloop van de ziekte, kon worden aangetoond dat de mutanten inderdaad een duidelijk milder verlopend ziektebeeld gaven. Dit is de eerste keer dat in Neisseria meningitidis een link kan worden gelegd tussen klinisch beeld en een specifieke mutatie in de bacterie.

In vaccins

Een minder actief LPS kan voor de bacterie het voordeel van minder goede herkenning door het afweersysteem opleveren, maar het belangrijkste voordeel voor de gastheer is wel dat het verloop van de ziekte milder is. Het feit dat de meeste meningokokken deze mutatie niet hebben, geeft echter aan dat de situatie complex is, en de mutanten lang niet altijd in het voordeel zijn. Verder onderzoek zou uit kunnen wijzen of dit misschien te maken heeft met het aanwezig zijn van eerder opgebouwde immuniteit. In ieder geval is het denkbaar dat in de toekomst snelle screening van meningokokken-isolaten gebruikt kan worden om het ziekteverloop te voorspellen. Verder wordt dezelfde mutant LPS-vorm in het NVI al geruime tijd onderzocht als mogelijk onderdeel van nieuwe meningokokken-vaccins, waarbij de lagere toxiciteit van voordeel is om LPS-bevattende vaccins te krijgen met minder bijwerkingen.

Bron:

Naturally occurring lipid A mutants in Neisseria meningitidis from patients with invasive meningococcal disease are associated with reduced coagulopathy. F. Fransen, S. Heckenberg, H.J. Hamstra, M. Feller, C. Boog, J. van Putten, D. van de Beek, A. van der Ende and P. van der Ley. PLoS Pathogens, 24 april 2009.