Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 23 en 24 april 2009
09 april 2009 - kamerstuk
Kamerbrief over de derde vergadering onder Tjechnisch voorzitterschap.
Op de agenda staat onder meer: actieplan voor het beheer van haaien,
duurzame ontwikkeling van aquacultuur en vereenvoudiging GLB.
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
onderwerp bijlagen
D i rectie Internationale Zaken
Geachte Voorzitter,
Op 23 en 24 april a.s. vindt in Luxemburg de derde vergadering plaats van de Raad van
Ministers voor Landbouw en Visserij van de Europese Unie (EU) onder Tsjechisch
voorzitterschap. In deze brief informeer ik u over de onderwerpen die op de agenda staan
en de Nederlandse inzet daarbij. Het is mogelijk dat er nog onderwerpen aan de agenda
worden toegevoegd, of juist worden uitgesteld tot een volgende vergadering.
Het eerste punt op de agenda betreft de Commissiemededeling over het EU-actieplan voor
het behoud en beheer van haaien. Daarna zal de Commissie het Groenboek over de
hervorming van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid presenteren. Vervolgens zal de
Commissie ook de Mededeling presenteren over de duurzame ontwikkeling van aquacultuur.
Bovendien zal de Raad discussiëren over verdere vereenvoudiging van het
Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Als laatste zal de Raad van gedachten wisselen over
de Mededeling over de herziening van het Less Favoured Areas Scheme (LFA's), die de
Commissie zal presenteren.
Onder het agendapunt "diversen" zal op verzoek van de Spaanse delegatie de piraterij in
Somalische wateren aan bod komen. Zelf heb ik verzocht om agendering van twee
onderwerpen, namelijk: de Convention on International Trade in Endangered Species of
wild fauna and flora (CITES) en aal, en de staand want visserij.
Commissiemededeling over het EU-actieplan voor het beheer van haaien
(Aanname van Raadsconclusies en debat over toekomstig actieplan)
COM(2009) 6158, COM(2009) 7804, COM(2009) 7723
Het Voorzitterschap legt aan de Raad een aantal conclusies voor over het EU-haaienactieplan.
Het betreft onder andere maatregelen om haaien beter te beschermen. Ik ben
positief over het haaienactieplan. De situatie van veel haaien en roggen is zorgelijk en
ik acht een daadkrachtige aanpak noodzakelijk om het tij te keren. De petitie die
Nederlandse NGO's mij op 1 april in Diergaarde Blijdorp hebben aangeboden, onderstreept
de noodzaak voor acties nog eens.
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
IZ. 2009/602 9 april 2009
Geannoteerde agenda Landbouw- en
Visserijraad 23 en 24 april 2009
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
9 april 2009 IZ. 2009/602 2
Ik steun dan ook de drie uitgangspunten van de Commissiemededeling:
* betere kennis en data over haaien en hun rol in ecosystemen;
* een duurzame gerichte vangst en een goed gereguleerde bijvangst van haaien;
* een grotere coherentie tussen het interne en externe EU-visserijbeleid onderling en in
relatie tot mondiale afspraken over mariene biodiversiteit.
Ik vind dat de Gemeenschap een ambitieuze aanpak moet voorstaan op dit onderwerp en
zich proactief moet opstellen in internationaal verband. Ik steun de Raadsconclusies. Naast
de daarin genoemde prioriteiten, zoals het vergroten van de kennis met betrekking tot
haaienvisserij, haaiensoorten en hun rol in het ecosysteem, steun ik een spoedige
evaluatie van de bestaande regelgeving, met name ten aanzien van het ontvinnen. Dit
met het oog op het verder beperken van deze activiteit. Een volledig verbod - zonder
derogatie - is voor mij een reële optie.
Groenboek Herziening Gemeenschappelijk Visserijbeleid
(Presentatie Commissie)
COM(2009) 8285
De Europese Commissie zal tijdens de Raad het Groenboek over de hervorming van het
Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB) presenteren. Het Groenboek zal naar verwachting
een inventarisatie van de problemen in het huidige beleid met daaraan gekoppeld een
aantal vragen over de toekomst bevatten. Tevens worden in het Groenboek door de
Europese Commissie alle relevante partijen uitgenodigd hun visie op het GVB te geven.
Een debat tijdens de komende Raad is niet voorzien. Het Voorzitterschap streeft ernaar om
in de Raad van mei een eerste gedachtewisseling te houden.
Naar verwachting zal de herziening, die uiterlijk in 2012 een feit moet zijn, ingrijpend van
karakter zijn. De Commissie wenst daarom in een vroegtijdig stadium te beginnen met de
gedachtevorming over het toekomstig beleid. Op basis van de binnengekomen reacties zal
de Commissie te zijner tijd concrete voorstellen voor regelgeving aan de Raad voorleggen.
Ik hecht groot belang aan een goede voorbereiding van de discussies in Brussel. De
uitkomst hiervan is van doorslaggevend belang voor de toekomst van de Europese visserij
en de duurzame exploitatie van onze aquatische hulpbronnen (visbestanden). In de
informele Raad van september 2008 is al gedebatteerd over mogelijke alternatieven voor
het huidige beleid. Ik heb u daarover geïnformeerd in mijn brief van 15 oktober 2008. Met
de Europese Commissie is eind vorig jaar al een eerste gedachtewisseling gehouden over
het huidige visserijbeleid en toekomstige ontwikkelingen. Begin dit jaar ben ik gestart met
een brede maatschappelijke consultatie. Bij deze consultatie zijn belanghebbenden en
opinieleiders betrokken. Naast een aantal gesprekken met vissers en hun omgeving is ook
een samen met de Rijksvoorlichtingsdienst opgezette publieksenquête naar de beeldvorming
over visserij gehouden. De opvattingen van de samenleving over hoe het visserijbeleid
er na 2012 uit zou moeten zien, moeten evenals de opvattingen van belanghebbenden
een belangrijke bijdrage leveren aan onze nationale visie op de toekomst van
het GVB.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
9 april 2009 IZ. 2009/602 3
Uitgangspunten bij de ontwikkeling van de Nederlandse visie zijn:
* herstel en duurzaam gebruik van de visbestanden;
* perspectief voor een maatschappelijk geaccepteerde duurzame visserijsector;
* doeltreffend, uitvoerbaar én handhaafbaar beheer van visbestanden.
Ik streef ernaar om na de zomer aan de Kamer de visie op de toekomst van het Europees
visserijbeleid voor te leggen. Op basis van deze visie zullen in internationale kaders de
Nederlandse opvattingen verder worden uitgedragen.
Commissiemededeling over duurzame ontwikkeling van aquacultuur
(Presentatie Commissie)
COM(2009) 8286
De Europese Commissie zal het Actieplan voor de duurzame ontwikkeling van aquacultuur
aan de Raad presenteren. Een debat is niet voorzien. Het Voorzitterschap zal dit
onderwerp voor bespreking agenderen voor de Raad van juni. Het actieplan betreft een
herziening van de strategie uit 2002. De inhoud van het actieplan is nog niet bekend.
De Raad van juni 2008 heeft informeel over dit onderwerp gediscussieerd. Ook is het
besproken in de Raad van november vorig jaar. Ik ondersteun de drie door de Commissie
benoemde prioriteiten: duurzame groei, concurrentievermogen, en bestuur. Mijn bijdrage
is erop gericht dat de ontwikkeling van aquacultuur wordt bezien vanuit een integratie
met andere economische activiteiten, dat viswelzijn belangrijk is, en dat er coherente
wetgeving moet zijn die ook rekening houdt met het economisch belang van aquacultuur.
Vereenvoudiging GLB
(debat)
COM(2009) 128
De Raad zal aan de hand van een aantal nu nog niet bekende vragen van het voorzitterschap
discussiëren over de richting, reikwijdte en intensiteit van verdere vereenvoudiging
van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). De aanleiding van deze discussie is de
recente Mededeling van de Commissie 'Een vereenvoudigd GLB voor Europa - in het
voordeel van iedereen'. Commissaris Fischer Boel heeft deze Mededeling kort toegelicht
tijdens de Landbouwraad van 23 maart jl. De Mededeling is een voortgangsverslag en gaat
onder meer in wat er tot nu toe is bereikt op het gebied van de vereenvoudiging van het
GLB en bouwt voort op de Mededeling van de Commissie hierover uit 2005 met daarin
haar voornemens op dit gebied. Het voorzitterschap streeft ernaar in mei te komen tot
Raadsconclusies over het voortgangsverslag.
Er bestaat momenteel een Actieplan met een doorlopende lijst van veelal technische
aanpassingen en vereenvoudigingen in de bestaande regelgeving. Voor een groot deel
zijn deze vereenvoudigingen aangedragen door de lidstaten, zoals het schrappen van de
in- en uitvoercertificaten en de vereenvoudigingen in de cross compliance bepalingen. Op
uitdrukkelijk verzoek van Nederland zijn veel van de handelsnormen in de groente- en
fruitsector vorig jaar afgeschaft. De vervanging van 21 afzonderlijke marktverordeningen
door één integrale, gemeenschappelijke marktverordening is eveneens een voorbeeld van
vereenvoudiging.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
9 april 2009 IZ. 2009/602 4
In het kader van de health check van het GLB hebben de lidstaten en de Commissie zich in
een gezamenlijke verklaring uitgesproken over de wenselijkheid van verdere vereenvoudigingen.
Voor de toekomst ziet de Commissie met name mogelijkheden op het gebied van
de directe betalingen en technische aspecten.
Net zoals veel andere lidstaten zet Nederland in op een daadwerkelijke verdere
vereenvoudiging van het GLB. Intensieve samenwerking tussen de lidstaten en de
Commissie is van groot belang om de doelstelling van de Commissie te bereiken om in
2012 de administratieve lasten met een kwart te hebben verminderd. Daarom zet ik in op
de volgende drie sporen. Ten eerste hebben de lidstaten in de discussies over de health
check veel concrete ideeën voor vereenvoudiging aangedragen in de eerste pijler van het
GLB, onder meer over cross compliance. Voorts benadruk ik dat ook in andere onderdelen
van het GLB verdere vereenvoudiging noodzakelijk en mogelijk is, zoals het markt- en
prijsbeleid en de tweede pijler. Ten derde lijkt mij het een goed idee dat de Raad voortaan
elk halfjaar discussieert over de concrete suggesties voor vereenvoudiging die de
directeuren van de Europese betaalorganen van de lidstaten halfjaarlijks gezamenlijk
opstellen. Zij hebben als uitvoerders van het beleid dagelijks directe contacten met
landbouwers. Zij mogen daarom geacht worden het beste zicht te hebben op de
complexiteit van de regelgeving en op mogelijkheden tot vereenvoudiging daarvan.
Less Favoured Areas
(presentatie en discussie)
De Commissie zal tijdens de Landbouw- en Visserijraad een - nu nog niet gepubliceerde -
mededeling over de (deel)herziening van het communautaire beleid voor probleemgebieden
(Less Favoured Areas) presenteren. De Raad zal vervolgens over dit dossier
discussiëren. Sinds de start in 1975 van de LFA-regeling is het doel van dit probleemgebiedenbeleid
de landbouw te continueren in gebieden die hiervoor niet optimaal zijn.
Sinds 2000 is de regeling een onderdeel geworden van de plattelandsverordening en
daarmee van de tweede pijler van het GLB. In de huidige plattelandsverordening voor de
periode 2007-2013 valt de LFA-regeling onder as 2: 'verbetering van het milieu en het
platteland'. De regeling voorziet in directe inkomenssteun aan boeren, zodat de landbouw
ondanks de nadelige productieomstandigheden (die vaak juist de grote landschappelijke
of ecologische waarde van het gebied bepalen) behouden blijft. De plattelandsverordening
biedt de lidstaten de mogelijkheid om op basis van vier hoofdcriteria
gebieden aan te wijzen. Nederland heeft op dit moment circa 233.000 ha aangewezen als
gebieden met specifieke handicaps. Nederland heeft voor haar eigen gebieden een
onderverdeling gemaakt naar vijf categorieën: diepveenweidegebieden, kleinschalige
zandlandschappen, beekdalen en overstromingsgebieden, uiterwaarden en hellingen.
De Europese Commissie is naar verwachting van plan om de criteria voor de aanwijzing en
begrenzing van één van de vier hoofdcategorieën te herzien. Het betreft de categorie
'andere probleemgebieden'. De voorgenomen herziening is ingegeven door het verzoek
daartoe van de Europese Rekenkamer uit 2003. Eén van de gronden op basis waarvan
lidstaten deze gebieden kunnen aanwijzen zijn sociaal-economische factoren. De
Commissie wil nu naar verwachting duidelijkere fysieke criteria introduceren zoals
klimaat, bodem, wateroverlast of -tekort ter vervanging van de sociaal-economische
factoren.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
9 april 2009 IZ. 2009/602 5
Haar overwegingen zal de Commissie toelichten in de Mededeling, waarbij zij zich onder
meer zal baseren op een in 2007 gestart onderzoek en gesprekken met lidstaten.
Ik onderschrijf in beginsel de wens van de Commissie om de criteria voor het aanwijzen
van LFA-gebieden in de categorie 'andere probleemgebieden' aan te scherpen. Een
aanscherping van de begrenzing kan ertoe bijdragen dat het aantal gebieden en/of
hectares dat als LFA-gebied aangewezen kan worden, duidelijker wordt gekoppeld aan
fysieke criteria. De verwachte ideeën voor wijziging raken het huidige beleid in Nederland
niet direct, maar kunnen in de toekomst wel meer beleidsruimte geven.
Diversen
a) Piraterij in Somalische wateren
(Verzoek van de Spaanse Delegatie)
Spanje zal in de Raad de piraterij in de wateren van Somalië aan de orde stellen. Op dit
moment is niet bekend wat het precieze verzoek van Spanje is.
b) CITES en aal
(Verzoek Nederlandse Delegatie)
Op mijn verzoek zal van gedachten worden gewisseld over de im- en export van glasaal
buiten de communautaire in het kader van de Europese aalverordening en het CITESverdrag.
Ik heb u daarover geïnformeerd in mijn brief van 3 april jl. De implementatie van
het CITES-verdrag in Nederland vereist gegeven het niet afgeven van een 'non-detriment
finding' door het Nederlandse wetenschappelijke CITES-commissie een exportverbod
buiten de communautaire grenzen. Om die reden wil ik mij inzetten voor een Europees
exportverbod, ook vanwege het feit dat in dit geval de regels voor CITES en de nationale
invulling daarvan op gespannen voet lijken te staan met het functioneren van de Europese
interne markt.
c) Staand want visserij
(Verzoek Nederlandse Delegatie)
Tevens zal ik aandacht vragen voor een gezamenlijke aanpak ten aanzien van regelgeving
met betrekking tot het gebruik van staand want in de kustzone. Ik zal daarbij de problematiek
van de strandingen van bruinvis op de Nederlandse kust aan de orde stellen en de
Commissie verzoeken na te gaan in hoeverre deze problematiek ook speelt in andere
lidstaten.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit