---
1
> Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer Plesmanweg 1-6
der Staten-Generaal 2597 JG Den Haag
Postbus 20901
Binnenhof 4
2500 EX Den Haag
2513 AA DEN HAAG T 070 351 61 71
F 070 351 78 95
Contactpersoon
---
T -
Ons kenmerk
VENW/DGMO-2009/3022
Uw kenmerk
---
Datum 20 april 2009
Onderwerp Kamervragen Bijlage(n)
---
Geachte voorzitter,
Hiermee beantwoord ik de vragen die het lid Roemer heeft gesteld over de
invoering van de nieuwe reserveringssystematiek van het CBR.
1. Wat is uw mening over de invoering van het nieuwe reserveringssysteem van
het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) op 16 maart 2009?
Waarom is dit al op 16 maart in praktijk ingevoerd terwijl dit eigenlijk pas op
1 april zou gebeuren?
1. Zoals bekend zijn in bepaalde periodes in 2007 en 2008 de wachttijden voor
praktijkexamens bij het CBR onacceptabel hoog geweest. Naar aanleiding
hiervan heb ik het CBR in april 2008 een aanwijzing gegeven om de kwaliteit
van de dienstverlening te verbeteren. Daarop heeft het CBR een aantal
effectieve maar tijdelijke maatregelen genomen. Structurele beheersing van
de reserveringstermijnen is volgens het CBR alleen mogelijk als een verdere
aanpassing van het reserveringssysteem wordt gerealiseerd. Om fase 1 van
deze aanpassing per 1 april van start te kunnen laten gaan, was het voor het
CBR nodig voorafgaand aan deze datum al een aantal voorbereidingen te
treffen, bijvoorbeeld door het reserveren vanaf 16 maart mogelijk te maken.
2. Wat is uw oordeel over dit snelle optreden van het CBR terwijl er op dat
moment een motie in de Kamer was ingediend die op z'n vroegst op 17 maart
in stemming zou komen? Is hierdoor in praktische zin de Kamer niet
buitenspel gezet? Bent u bereid het CBR hier op aan te spreken? Zo nee,
waarom niet?
2. Ik heb er begrip voor dat het CBR voor een soepele overgang naar het
aangepaste reserveringssysteem per 1 april voorafgaand aan deze datum een
aantal voorbereidingen heeft moeten treffen. Als gevolg daarvan kon fase 1,
conform de planning, ook daadwerkelijk per 1 april van start gaan. Het
betroffen geen onomkeerbare stappen zodat, indien de motie zou zijn
aangenomen, conform de motie had kunnen worden gehandeld. Ik ben dan
ook niet van mening dat de Kamer buiten spel is gezet.
a
Pagina 1 van 2
3. Bent u bereid u in te zetten voor het toelaten van de Werkgroep Rijschool Datum
Belangen als volwaardige gesprekspartner van het CBR? Kunt u uw antwoord
toelichten? Ons kenmerk
VENW/DGMO-2009/3022
3. Ja, ik ben bereid mij hier voor in te zetten. Zoals ik eerder richting de Tweede
Kamer heb aangegeven, vind ik het een prima ontwikkeling dat de kleine
rijscholen zich verenigen. Het initiatief van de Werkgroep Rijschool Belangen
(WRB) juich ik daarom toe. Ik zal met voorrang met het CBR overleggen op
welke manier en onder welke voorwaarden de WRB als volwaardig
gesprekspartner voor het CBR kan gaan fungeren.
4. Bent u bereid de invoering van fase 1 van de nieuwe reserveringssystematiek
nog in april 2009 te evalueren om snel duidelijk te maken in hoeverre
aanpassingen nodig zijn? Zo nee, waarom niet en wanneer dan wel?
4. Het nieuwe reserveringssysteem zal geleidelijk worden ingevoerd, in drie
fasen, waarbij steeds een fase wordt geëvalueerd alvorens de volgende fase
wordt ingevoerd. Sinds de invoering van fase 1 op 1 april wordt de
ontwikkeling van de reserveringstermijnen door het CBR nauwlettend
gevolgd. Daarnaast wordt door het CBR een digitale enquête voorbereid
waarover met de brancheorganisaties BOVAG en FAM overleg is gevoerd en
de Werkgroep Rijschool Belangen gevraagd is om suggesties te doen. In de
eerste twee weken van mei zal de enquête onder alle rijschoolhouders worden
verspreid. Ik verwacht dat de uitkomsten van de enquête eind mei
beschikbaar zullen zijn. Op basis van de tussentijdse evaluatie zal worden
bekeken of de eerste fase in de praktijk werkbaar is gebleken en of die heeft
toegevoegd wat ervan wordt verwacht. Waar nodig zal het CBR aanpassingen
doen.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
ir. Camiel Eurlings
Pagina 2 van 2
Ministerie van Verkeer en Waterstaat