European Union



Brussel, 20 april 2009

Commissie roept aanbieders van mobiele diensten op kinderveiligheidsbeleid te blijven verbeteren

50% van de tienjarigen, 87% van de dertienjarigen en 95% van de zestienjarigen in de EU heeft een mobiele telefoon, maar volgens een enquête is de helft van de Europese ouders bezorgd dat het gebruik van mobiele telefoons hun kinderen kan blootstellen aan seksueel getint of gewelddadig beeldmateriaal (51%), of aan pesten door andere kinderen (49%). Om kinderen bij het gebruik van mobiele telefoons betere bescherming te bieden, heeft de Europese Commissie vandaag de aanbieders van mobiele diensten opgeroepen de maatregelen van een vrijwillige gedragscode die 26 van hen in 2007 hebben ondertekend, ook daadwerkelijk allemaal uit te voeren. Uit een zojuist gepubliceerd rapport van de GSM Association, de brancheorganisatie van aanbieders van mobiele diensten, blijkt dat nu in 22 lidstaten nationale gedragscodes zijn ingevoerd op basis van de kaderovereenkomst die door bemiddeling van de Europese Commissie tot stand is gebracht. Voor 90% is dit gebeurd in overeenstemming met de overeenkomst van 2007, terwijl 80% van de aanbieders maatregelen heeft getroffen om kinderen de toegang te beletten tot niet voor minderjarigen geschikte inhoud.

Viviane Reding, EU-commissaris voor telecommunicatie, zei hierover het volgende: "Uit het nieuwe rapport van de brancheorganisatie van aanbieders van mobiele diensten blijkt dat de aanbieders hun verantwoordelijkheid om kinderen bij het gebruik van telefoons bescherming te bieden, serieus zijn gaan nemen. Niettemin verwacht ik dat de nationale gedragscodes snel zullen worden ondertekend in de vier landen waar ze nog niet bestaan, te weten Cyprus, Estland, Finland en Luxemburg, en ook verwacht ik dat de Belgische code nog ingrijpend zal worden herzien. De bescherming van minderjarigen is geen luxe maar bittere noodzaak, willen de nieuwe communicatietechnologieën door de Europese burgers geaccepteerd worden. Aanbieders van mobiele diensten moeten er met nog meer ambitie naar streven de maatregelen ter bescherming van minderjarigen in alle Europese landen effectiever en de classificatie van inhoud transparanter te maken. De 12 aanbieders die nog steeds zonder enige beperking niet voor minderjarigen geschikte inhoud doorgeven, moeten deze situatie verhelpen. Ik behoud mij het recht voor om hier in september dit jaar op terug te komen om te kijken of er verder nog actie moet worden ondernomen."

Uit een nieuw rapport van de brancheorganisatie van aanbieders van mobiele diensten blijkt dat vooruitgang is geboekt bij de 26 aanbieders van mobiele diensten die het in februari 2007 door bemiddeling van de Commissie tot stand gebrachte "Europees kader voor veiliger gsm-gebruik bij tieners en kinderen" hebben ondertekend (IP/07/139). Deze aanbieders bedienen ongeveer 580 miljoen klanten, 96% van alle mobiele klanten in de EU.

De maatregelen om kinderen te beschermen worden op nationaal niveau genomen door middel van nationale gedragscodes die reeds in 22 EU-lidstaten zijn overeengekomen. Deze passen 90% van de Europese code toe. Alleen de Belgische code wijkt sterk af, en in Cyprus, Estland, Finland en Luxemburg moet de nationale code nog worden ondertekend. Uit het rapport blijkt hoe aanbieders van mobiele diensten gevolg hebben gegeven aan de vier actiepunten die in de gedragscode van 2007 waren aangegeven.

* 80% van de aanbieders heeft maatregelen genomen om kinderen de toegang te beletten tot niet voor minderjarigen geschikte inhoud. Slechts 41% van de aanbieders verklaarde echter de doeltreffendheid van hun toegangscontrolesystemen actief te controleren.

* Meer dan 65% van de ondertekenaars produceert educatief materiaal of organiseert bewustwordingscampagnes over veiliger gebruik van mobiele diensten. 16% van de ondertekenaars heeft echter helemaal geen bewustwordingsactiviteiten georganiseerd.
* 80% van de aanbieders maakt onderscheid tussen ten minste twee categorieën commerciële inhoud: "niet voor minderjarigen geschikte inhoud" en "andere", maar er bestaan weinig tekenen dat op nationaal niveau een specifieke classificatie is overeengekomen, zoals in 2007 afgesproken was.

* De meeste aanbieders van mobiele diensten werken nauw samen met de nationale rechtshandhavingsinstanties om illegale inhoud op mobiele telefoons te melden, maar de acties op dat gebied verschillen aanzienlijk per land, vanwege de uiteenlopende nationale wetgevingen en meldingsmechanismen.

Achtergrond

Op 6 februari 2007 hebben de aanbieders van mobiele diensten een overeenkomst ondertekend, "Europees kader voor veiliger gsm-gebruik bij tieners en kinderen" genaamd, over de bescherming van minderjarigen die mobiele telefoons gebruiken (IP/07/139). Dit Europees kader is ontwikkeld in reactie op de vele vragen die werden opgeworpen in de openbare raadpleging door de Commissie in 2006 over veilig gebruik van mobiele diensten (IP/06/1059).

Deze overeenkomst werd in eerste instantie ondertekend door Bouygues Telecom, Cosmote, Deutsche Telekom Group, Go Mobile, Hutchison 3G Europe, Jamba! GmbH, Mobile Entertainment Forum, Orange Group, Royal KPN N.V., SFR, Telecom Italia S.p.A, Telefonica Moviles S.A., Telenor, TeliaSonera en Vodafone Limited. Sindsdien hebben ook de volgende bedrijven de overeenkomst nog ondertekend: Tele2 AB, Mobitel EAD, Belgacom Mobile S.A., Mobilkom Austria A.G., TDC Mobil Norden, Wind Hellas Telecommunications SA, Alands Mobiltelefon Ab, BTC Mobile EOOD (Vivatel), CYTA, P&T Luxembourg en Mobitel d.d.

Meer over het rapport van de GSM Association over de kaderovereenkomst "Veiliger gsm-gebruik bij tieners en kinderen" vindt u op: http://ec.europa.eu/information_society/activities/sip/self_reg/phones /index_en.htm