Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Contact met de overheid
Toespraak staatssecretaris Bijleveld bij Congres Burgerzaken
15 april 2009
Dames en heren,
Voor menigeen in dit land bent ú de overheid.
Zeker, u houdt zich niet bezig met het bouwen van bruggen, kopen van
jachtvliegtuigen, geven van subsidies en het aan pakken van boeven.
Maar de meeste mensen komen vooral met u in contact.
Ze geven ú een hand; zitten aan úw bureau; u bent niet "ze" in Den
Haag of "ze" in het gemeentehuis.
U bent die of die mevrouw of die of die meneer.
U bent: burgerzaken.
En dat schept dus een bijzondere verplichting.
Dat u hier met zo velen bijeen bent gekomen, bewijst overigens dat u
zich dat realiseert.
Juist omdat u als het ware, vaak de front- linie van de overheid bent,
ligt er ook voor u een belangrijke rol in het offensief dat we voeren
om de dienstverlening aan de burgers te verbeteren.
We willen dat de overheid - dat is natuurlijk een tussendoel -
minimaal een 7 scoort voor dienstverlening.
Voor individuele organisaties zitten we overigens ook op een 7. Maar
er is veel meer te doen.
Basisadministraties; daarover eerst:
De Ombudsman heeft net gezegd dat de dienstverlening in ketens moet
verbeteren.
Dat klopt, alle inwoners van ons land hebben recht op eenduidige en
goede dienstverlening van de overheid, ongeacht - en daar gaat het om
- bij welk loket de burger aanklopt.
Net als bij de Dienstenrichtlijn voor bedrijven moet er ook voor
burgers worden geregeld dat de overheid eenduidige diensten levert.
Ik zou dan ook graag zien dat bestaande instrumenten als Overheid.nl,
mijnoverheid.nl, en Antwoord© worden gebundeld in één loket dat door
de gehele overheid wordt gebruikt.
Het delen: het meervoudige gebruik van de gegevens die binnen de
overheid al beschikbaar zijn, maakt het mogelijk dat de overheid
gegevens nog maar één keer uitvraagt. Dit bespaart burgers en
bedrijven tijd en moeite. En het draagt bij aan effectievere
fraudebestrijding, wetshandhaving en kostenbesparing.
En voila: het káder voor het delen van gegevens, ís het stelsel van
basisregistraties binnen het breder geheel van de elektronische
overheid.
In het Nationaal Uitvoeringsprogramma Dienstverlening en e-overheid
zijn daarom prioriteiten gesteld ten aanzien van de te ontwikkelen
basisvoorzieningen en voorbeeldprojecten.
Daarmee wordt ook de kern van het stelsel van basisregistraties, waar
de GBA deel van uitmaakt, neergezet.
Samen met een aantal belangrijke gemeenschappelijke voorzieningen
zoals een terugmeldfaciliteit voor basisregistraties, een standaard
voor gegevensuitwisseling - de Overheids Service Bus - en
MijnOverheid.nl.
2009 is daarbij het jaar van realisatie, minder praten maar vooral
doen en leren van andere gemeenten. Volg de goede voorbeelden die er
al zijn!
Voor wat betreft de GBA, de basisregistratie die specifiek onder mijn
verantwoordelijkheid valt, wil ik u aansporen. De datum van 1 januari
2010 waarop u binnen uw gemeente de basisregistratie ingevoerd moet
hebben komt ras dichterbij.
Een betrouwbare GBA betekent een goed werkende basisregistratie met
betrouwbare gegevens van hoge kwaliteit. En hoge kwaliteit betekent
dat de gegevens juist, actueel, volledig en beschikbaar dienen te
zijn.
Dit is feitelijk de kern van de basisregistratie personen. Het
betekent dat overheidsinstanties van de burger niet meer die gegevens
mogen en hoeven te vragen die al bekend zijn.
Verleden jaar juni heb ik een actieplan gepresenteerd dat richting
geeft aan die inspanningen van al diegenen die betrokken zijn bij de
kwaliteit van de basisregistratie personen.
U kunt daar morgen over praten met de heer Heijnen, lid van de Tweede
Kamer voor de PvdA en de heer Van Kalmthout, directeur Openbaar
Bestuur en Democratie van mijn Ministerie.
Ook in de Kamer werd onlangs weer over de kwaliteit van de GBA
gesproken naar aanleiding van de Marokkaanse en Turkse nationaliteit
in de GBA.
U als ambtenaren burgerzaken werd door sommige kamerleden verweten
alsof u besliste over de nationaliteit van kinderen. Dat is
merkwaardig omdat ons streven juist is precies op te nemen wat de
feitelijke situatie is. Betrouwbare gegevens! Juiste gegevens. Niet
wat mensen willen dat de situatie is maar wat die is.
De Kamer vroeg mij een handreiking te doen richting ouders die zeggen
dat hun kind gewoon een Nederlander is; die niet willen dat hun kind
geregistreerd wordt met een tweede nationaliteit, waarvan zij vinden
dat hun kind daar niets mee van doen heeft.
Ik ga dat uitzoeken; er zit heel veel aan vast, ook internationale
verdragen, maar ik houd de kamer en ook u op de hoogte.
Wat ook weer in de Kamer ter sprake kwam waren de Marokkaanse
namenlijsten. Ik vind dat die lijsten niet mogen worden gebruikt. Ik
neem dit ook nog op met de minister van Justitie die over de
burgerlijke stand gaat. Maar u ontvangt daar binnenkort een brief
over.
Dames en heren, de GBA als basisregistratie personen wordt pas echt
compleet als we de GBA moderniseren. Ik ben blij te kunnen zeggen dat
ik een nieuwe start heb gemaakt met het programma.
5 maart jl heb ik met de VNG een bestuurlijk akkoord gesloten.
Het is een complexe operatie om - met alle partners - alle onderdelen
helder te krijgen en daarop stevig te sturen.
Daarom is dit bestuurlijke akkoord zo belangrijk. En natuurlijk dat er
nu voldoende financiële middelen zijn om het geheel ook daadwerkelijk
tot een goed einde te brengen.
Gezamenlijk maken we 67,3 miljoen euro vrij, waarvan ik 42,8 miljoen
voor mijn rekening neem.
We hebben ook opnieuw bevestigd dat de modernisering van de GBA
bestaat uit een verstrekkingenvoorziening en een burgerzakensysteem
dat op zijn beurt bestaat uit een standaard Kern die gelijk is voor
iedere gemeente, en uit de aanvullende modules. Ook het nieuwe
gegevensmodel zal worden gerealiseerd. We gaan dus door op de
ingeslagen weg.
De gemoderniseerde GBA heeft ook een aantal nieuwe doelen en dat gaat
dan over samenwerking.
De GBA zal vormen van samenwerking tussen gemeenten moeten
faciliteren. Plaatsonafhankelijke dienstverlening door gemeenten moet
mogelijk zijn.
Nieuwe start van het programma modernisering GBA : een nieuwe
programmamanager. Hij is hier ook aanwezig - Jan Moelker, misschien
wil je even opstaan - en u kunt hem deze twee dagen alles vragen over
de nieuwe start. Verder vindt u het bestuurlijke akkoord en alle
achtergrondstukken op de website van mijn ministerie als u bij de
zoekfunctie " modernisering GBA" invult en we hebben een stand op dit
congres.
Dat voor wat betreft de basisregistratie.
Een ander punt waar ik uw aandacht voor wil vragen is de
identiteitsfraude.
De aanpak van identiteitsfraude staat terecht hoog op de agenda. Ik
hoef u niet uit te leggen dat een identiteit de sleutel is tot onze
samenleving. De tijd dat iedereen iedereen bij gezicht kende of op hun
goede gezicht vertrouwde is definitief voorbij. Dat houdt overigens
niet in dat de overheid iedereen moet wantrouwen. Integendeel. Juist
wanneer je uitgaat van vertrouwen, is er meer ruimte oplichters te
pakken te nemen. En niet alleen oplichters. Identiteitsfraude is ook
een aspect bij zware criminaliteit zoals mensenhandel en drugs.
Voor het bestrijden van identiteitsfraude is samenwerking van de alle
ketenpartners noodzakelijk, zoals de gemeentelijke diensten, de
politie, de IND, de Koninklijke Marechaussee en de RDW.
Ik heb de laatste tijd veel voorbeelden van dat soort samenwerking
gezien en het is me opgevallen dat vaak de afdeling burgerzaken de
spil was van zulke initiatieven. Dat verdient navolging en dat gebeurt
ook op landelijk niveau.
Samen met de minister van Justitie heb ik een programma opgezet dat u
misschien nog kent onder de naam `identiteitsmanagement'.
We hebben nu een nieuwe vlag, die de lading beter dekt: Versterking
Identiteitsketen Publieke Sector, kortweg VIPS.
Kernwoord hierbij is opnieuw samenwerking. Identiteitsfraude is een
zaak van ons allemaal, niet van één of twee ministeries en ook niet
alleen van de landelijke overheid. We hebben daarom de NVVB gevraagd
namens de gemeenten in de stuurgroep van dit programma deel te nemen.
Het programma VIPS is concreet en praktisch. Ik licht er twee punten
uit.
Allereerst de aanpak van misbruik van identiteitsdocumenten.
Om misbruik van identiteitsdocumenten beter aan te kunnen pakken heb
ik de afgelopen jaren een beroep op u gedaan om zo alert mogelijk te
zijn en streng waar nodig. En dat heeft gewerkt.
Het aantal personen dat vanwege vermoedens van misbruik is
gesignaleerd, is toegenomen.
Bovendien daalde het aantal gestolen en vermiste documenten de
afgelopen jaren.
Dat is dus goed.
Toch gaat het nog steeds om een groot aantal vermiste documenten. In
2008 om 180.000 paspoorten en identiteitskaarten. Daarbij nog de
rijbewijzen, vreemdelingendocumenten en buitenlandse
identiteitsdocumenten die worden gestolen of verloren en er is nog
steeds een groot potentieel voor de criminele wereld.
Belangrijk voor de aanpak van misbruik van identiteitsdocumenten is
ook slimmer samenwerken, in het bijzonder door ambtenaren burgerzaken
en de politie. Een voorbeeld: een paar maanden geleden heb in
Amsterdam ik samen met hoofdcommissaris Welten en directeur Rienk Hoff
het startsein gegeven voor de proef "Vermissing Document". Het is een
goed voorbeeld van hoe je met burgers moet omgaan.
We moeten niet meteen met wantrouwen beginnen, ook niet als iemand
zijn identiteitsdocument kwijt is. Dat kan namelijk.
De filosofie bij het maken van beleid en regels moet zijn dat de
meeste burgers te vertrouwen zijn. Zolang er niets aan de hand lijkt,
is het niet nodig mensen die hun paspoort, identiteitskaart of
rijbewijs verliezen, een extra gang naar het politiebureau laten maken
én om de politie te belasten met het opmaken van een proces-verbaal.
Ambtenaren burgerzaken zijn namelijk heel goed in staat om te
controleren of er vermoedens bestaan dat er misbruik in het spel is.
Is dat niet het geval, dan neemt de gemeente de verklaring van
vermissing op en kan de aanvraag voor een nieuw document gewoon worden
doorgezet. Pas als aan de hand van fraudecriteria het er op lijkt dat
er wat mis is, wordt van de burger verlangd dat hij of zij zichzelf
verantwoordt. En dán komt ook de politie in beeld om gedegen onderzoek
te doen. Fraudebestrijding wordt dus niet verhapsnapt en toevallig,
maar structureel efficiënter.
Op die manier maken we het mensen niet moeilijker dan nodig is. Dat is
betere dienstverlening en we doen geen onnodig beroep op
politiecapaciteit.
De eerste resultaten van de proef bewijzen mijn stelling dat de meeste
burgers te vertrouwen zijn. In de maanden januari en februari werden
ruim 3000 reisdocumenten en rijbewijzen in Amsterdam als gestolen of
vermist opgegeven. Daarbij werden minder dan honderd mensen nader
onderzocht door de politie. In ongeveer twintig gevallen was er
uiteindelijk voldoende aanleiding voor het starten van een diepgaander
onderzoek of strafrechtelijk traject.
In 97% van de vermissingen hoeft de burger dus niet meer langs 2
loketten!
Zonder op de zaken vooruit te willen lopen, zal ik nog met de politie
en de gemeente en met u overleggen om te bekijken in hoeverre en op
welke wijze we de aanpak in de proef landelijk mogelijk zullen maken.
Een ander belangrijk onderdeel van het landelijk programma VIPS is de
opzet van een Centraal Meldpunt Identiteitsfraude.
Op 1 december zijn we begonnen met een proef.
Burgers, bedrijven en overheden kunnen hier fraude melden of fouten in
de registratie van persoonsgegevens. De proef loopt tot 1 juni dit
jaar, daarna bekijken we of en hoe het meldpunt vaste vorm moet
krijgen.
We willen hiermee beter zicht krijgen in aard en omvang van fraude, en
daadwerkelijke afhandeling bevorderen door bijvoorbeeld de politie, de
Koninklijke Marechaussee of Openbaar Ministerie.
Ik geef u enkele cijfers uit de eerste maanden van de proefperiode.
Tot nu 70 meldingen waarvan er 44 te maken hebben met
identiteitsfraude. De meeste meldingen komen van burgers.
Is dit veel?
Lastig te bepalen. Betrouwbare cijfers over de reële omvang van
identiteitsfraude heb ik niet. Daarom hebben we die proef ook.
Ik vind 44 meldingen van vermoedelijke identiteitsfraude in een
periode van vier maanden tamelijk veel, zeker gelet op het low-profile
karakter van de proef.
Ik wil nog even terug komen op mijn beleid om administratieve lasten
terug te dringen.
Het verminderen van uitvraag van GBA uittreksels is daarbij een
prioriteit. Burgers hoeven - dat hebben we uitgezocht - inmiddels 40%
minder uittreksels uit de GBA op te vragen.
In 2006 moesten er nog 2,3 miljoen GBA uittreksels worden aangeleverd.
Ik heb hard geduwd en getrokken dit aantal fors terug te dringen. Door
slimmer te werken en beter gebruik te maken van bestaande gegevens
zijn ruim 1 miljoen minder uittreksels nodig. Minder regeldruk, minder
lasten.
Zo hoeven veel studenten geen GBA-uittreksels meer aan te leveren bij
de inschrijving aan een hogeschool of universiteit.
Ook hoeven burgers tegenwoordig niet meer een GBA-uittreksel aan te
leveren bij het aanvragen van een rijbewijs. Dit scheelt op jaarbasis
zo'n 700.000 uittreksels.
Verder zijn er steeds meer gemeenten die aan de eigen inwoners geen
uittreksel van de GBA en ook geen geboorteakte meer vragen bij het
sluiten van een huwelijk. Dat is immers informatie die de gemeente al
in bezit heeft of kan verkrijgen van een andere gemeente. Dat hoeft
geen twee keer.
Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Groningen, Enschede, Bronckhorst, en
Borsele en nog vele anderen hebben inmiddels besloten geen
GBA-uittreksels meer te vragen bij een huwelijk. Verschillende
gemeenten, waaronder Den Haag hebben te kennen gegeven zich hier later
dit jaar bij aan te sluiten. Ik wil u, net als de NVVB al eerder deed,
oproepen om met uw gemeente dit goede voorbeeld te volgen!
Wanneer alle gemeenten dat zo doen, scheelt dat zo'n 200.000
uitreksels en 200.000 geboorteakten.
Voor een GBA-uittreksel betaalt de burger gemiddeld 8,75 euro. Een
miljoen minder uittreksels scheelt de burger dus in totaal 8,75
miljoen euro.
Ik wil maar zeggen: als u de boel vereenvoudigd zodat veel minder of
geen uittreksels nodig zijn scheelt dat enorme bedragen. En uw burgers
hoeven niet lang in de rij te staan.
Ik beloof u meer van deze goede voorbeelden te stimuleren en te komen
tot een merkbare verbetering voor burgers.
Dames en heren, in mei starten we met een versnellingsaanpak om
regeldruk fors terug te dringen.
Deze versnellingsagenda slaat op de lijst van10 belangrijkste
knelpunten die burgers ervaren.
Op de gehele top10 zijn de eerste effecten merkbaar, zoals meer
begrijpelijke taal, minder wachttijden, meer en betere elektronische
dienstverlening en minder bezwaarschriften. Het wegnemen van de 10
belangrijkste knelpunten levert de burger een besparing op van 40
miljoen euro en bijna 10 miljoen uur.
Tot besluit nog twee punten:
De verkiezingen en het paspoort.
Op 4 juni vinden weer Europese verkiezingen plaats. En die zijn
bijzonder omdat in alle gemeenten weer met potlood en papier wordt
gestemd. Dit betekent ook dat de stemmen met de hand worden geteld.
We kennen allemaal de voorgeschiedenis die hiertoe heeft geleid. Ik
vertrouw er volledig op dat de gemeenten al het mogelijke zullen doen
om de verkiezing goed en controleerbaar te laten verlopen.
Ook nu hebben heel veel gemeenten zich aangemeld voor het experiment
met het stemmen in een willekeurig stemlokaal.
Het is mooi dat zo nog meer kiezers de kans krijgen te stemmen waar
zij willen.
Er geldt deze keer wel een identificatieplicht bij het stemmen. In de
landelijke voorlichtingscampagne wordt daar uitdrukkelijk op gewezen.
Immers zonder een geldig identiteitsbewijs kan er niet worden gestemd.
Samen met de NVVB is een werkmap gemaakt die gemeenten kunnen
gebruiken bij de instructie van stembureauleden.
De werkmap bevat oefeningen die stembureauleden kunnen doen om na te
gaan hoe de verschillende taken van het stembureau het beste
uitgevoerd kunnen worden. In de parallelsessie over verkiezingen kunt
u hier meer over horen.
Over het paspoort dan nog:
De gemeenten krijgen de volgende weken de nieuwe apparatuur om
vingerafdrukken op te nemen voor de Nederlandse reisdocumenten.
Dat gebeurt in een periode waar de gemeenten het extra druk hebben
vanwege de piekperiode en dat is lastig, ik weet het. Maar er wordt
goed meegewerkt. Daar wil ik hier mijn waardering voor uitspreken.
Vanaf afgelopen 2 maart konden medewerkers van de gemeenten de
digitale opleiding reisdocumenten volgen.
Meer dan 4300 medewerkers hebben dat ook met succes gedaan.
De praktijkopleidingen om te leren werken met de nieuwe apparatuur
zijn onlangs van start gegaan. Over de praktijkopleiding zijn
afspraken met de NVVB gemaakt. In mei en juni kunnen gemeenten vrij
inschrijven voor deelname en in augustus en september worden nieuwe
data voor opleidingen gepland.
Ik heb ook nog een aanvulling op de digitale opleiding laten
ontwikkelen. Dat is een als het ware een "digitale docent" die de
medewerker helpt om oefenopdrachten uit te voeren. Feitelijk kan
daarmee dezelfde stof op de werkplek worden behandeld als in de
praktijkopleiding. Ik verwacht dat deze digitale docent in de eerste
week van mei aan de gemeenten ter beschikking kan worden gesteld.
Dames en heren,
U gaat twee dagen aan de slag. Ik hoop dat u nog weet dat ik twintig
minuten geleden begon met u er op te wijzen dat u DE overheid bent.
Ik hoop dat die zware last u er niet van weerhoudt om deze twee dagen
ook met plezier door te brengen. Want - laten we eerlijk zijn - het is
ook ontzettend leuk om in het openbaar bestuur te mogen werken.