K.V Archivarissen
Het heffen van gebruiksvergoeding op reproducties door
archiefinstellingen
Aan de Universiteit van Amsterdam is op 15 april aan Sandra Flaat
(werkzaam in het Nationaal Archief) het doctoraaldiploma Communicatie-
en Informatiewetenschappen (Archiefwetenschap)/tevens diploma
Archivistiek A uitgereikt.
Sandras scriptie is getiteld Het heffen van gebruiksvergoeding op
reproducties door archiefinstellingen. Onder openbare
archiefinstellingen is in 2006 een vragenlijst uitgezet. Uit de
antwoorden is naar voren gekomen dat de helft van de aan de enquête
deelnemende instellingen gebruiksvergoeding heft. Gevraagd naar de
rechtsgrond gaven zeven respondenten aan zich te baseren op het
auteursrecht en noemden veertien instellingen (indirect) eigendom als
rechtsgrond. Ruim een derde van de instellingen kon geen rechtsgrond
aangeven.
Geconcludeerd wordt dat wat het auteursrecht betreft
een archiefinstelling gebruiksvergoeding mag vragen voor het gebruik
van reproducties van door de instelling beheerd materiaal in
publicaties, mits zij auteursrechthebbende is en behoudens de
beperkingen die door de Auteurswet aan dit recht worden gesteld. In
het hoofdstuk over het heffen van gebruiksvergoeding op grond van
eigendom van archiefbescheiden wordt, nadat is vastgesteld wie de
eigenaar is van de (archief)bescheiden, ingegaan op de verhouding
eigendom-Archiefwet respectievelijk Auteurswet. De conclusie is dat de
enige optie die de overheid als eigenaar heeft, de optie is waarbij
commercieel gebruik van reproducties van overheidsdocumenten wordt
belast met een beheersvergoeding, zodat commerciële gebruikers ook
geconfronteerd worden met de kosten voor het behouden, bewerken en
benutten van stukken.
De scriptie behandelt ook de vraag of het heffen van
gebruiksvergoeding door archiefinstellingen wenselijk is. Wetgever en
archiefwezen zullen een standpunt moeten innemen ten aanzien van de
discussie publiek domein versus profijtbeginsel. Overwogen moet worden
of in plaats van het heffen van gebruiksvergoeding op reproducties
niet beter gekeken kan worden naar de prijzen die voor reproducties in
rekening worden gebracht, waarbij met betrekking tot de prijsstelling
onderscheid gemaakt kan worden tussen basisproducten en producten die
onder extra dienstverlening vallen.
De scriptie is beschikbaar via www.scriptiesonline.uba.uva.nl